‘Met mij in doel heeft Oostende nooit laatste gestaan’

© BELGAIMAGE

Didier Ovono speelde bijna honderd wedstrijden voor KV Oostende, maar een meningsverschil over zijn deelname aan de Afrika Cup kostte hem zijn job. Ovono vond opnieuw het voetbalgeluk bij tweedeklasser Paris FC en spreekt voor het eerst over zijn afscheid bij KVO.

‘Man, wat is het verdomd moeilijk om zich met de auto te verplaatsen in Parijs.’ Didier Ovono is nog niet uitgeraasd wanneer hij aankomt in Paris-Gare de Lyon, een van de drie drukste stations van Parijs. ‘Ik was van plan om van mijn woonplaats in Choisiy-le-Roi met de auto naar hier te komen. Ik heb mij bedacht toen ik op de gps mijn reistijd zag verschijnen: 55 minuten! Voor een kleine tien kilometer. Met de RER (regionale expresstrein, nvdr) is het slechts twee haltes pendelen. Mijn vrouw moet haar Range Rover vaak thuislaten omdat het verkeer in Parijs niet te doen is. Maar ik voel mij al een beetje een Parisien. Ik ben mee met het contactloos betalen – dat is hier helemaal ingeburgerd.’

Nu heeft Oostende twee goede doelmannen, maar ze spelen telkens op safe.’ Didier Ovono

Zoals veel Parijzenaars heeft Ovono moeten leren leven op een kleine ruimte. Zijn Oostendse villa heeft hij ingeruild voor een duplexappartement. ‘In Parijs vind je niet zomaar een comfortabel appartement voor een schappelijke prijs. Na lang zoeken hebben we toch iets gevonden in de buurt van het oefencomplex van Paris FC. Toen ik mijn huis aan het leegmaken was, kreeg ik plots te maken met enkele praktische problemen. Daar sta je dan met een grasmaaier en een opblaasbaar zwembad. Op een appartement ben je er niets mee. Een deel staat in mijn garagebox, de andere helft heb ik elders gestockeerd.’

Mis je het gemoedelijke leven in Oostende?

DIDIER OVONO: ‘Mijn gezin had het goed in Oostende, we waren echt gelukkig. Ik was mijn leven na mijn voetbalcarrière al aan het voorbereiden en Oostende moest als uitvalsbasis dienen. De rust, de kalmte, dat is onbetaalbaar. Maar Parijs heeft ook zijn charmes. Voor mijn vrouw Daniëlla, die haar eigen modelabel heeft, zijn er in Parijs tal van doorgroeimogelijkheden. De aanpassing verloopt iets moeizamer voor mijn zoon: aangezien hij in het Nederlands naar school ging, moet hij vanaf nul beginnen. Maar we willen niet dat hij het Nederlands afleert. Ik heb hem Nederlandstalige boeken gekocht en we hebben enkele Vlaamse zenders aangeschaft.’

Hoe vlot het met je aanpassing bij Paris FC?

OVONO: ‘Ik ben bij Paris FC aangekomen toen de competitie al volop bezig was. Ik heb eerst mijn conditionele achterstand moeten wegwerken, tussendoor ben ik met de nationale ploeg van Gabon weggeweest, en nu werk ik keihard om mijn vorm van in de eerste helft van vorig seizoen weer op te pikken. Ik heb maanden aan een stuk niet gespeeld en dat veeg je niet zomaar weg. Zaken zoals ritme, wendbaarheid en snelheid komen pas terug als je elke dag traint.’

De opvatting dat een doelman zonder voorbereiding tussen de palen zou kunnen staan klopt dus niet?

OVONO: ‘Tijdens een match staan wij soms lange periodes stil, maar we werken veel harder op training dan de veldspelers. Weet je waarom? Omdat wij als enige geen recht hebben op een foutje. Een aanvaller mag drie kansen missen, een verdediger mag vijf keer de mist ingaan bij een pass, maar van een doelman wordt verwacht dat hij feilloos keept. Onze foutenmarge is nul. Daar streven we toch naar.’

Geen logica

Maak eens de balans op van je vier jaar KV Oostende.

OVONO: ‘Bij mijn aankomst stond de ploeg voorlaatste, ik ben er vertrokken met een Europa Leagueticket op zak… De basis om van Oostende een Belgische topclub te maken staat er – los van Marc Coucke. Maar voorlopig kan je het verhaal van Oostende in twee lijnen samenvatten: bekerfinalist in 2017 en Europa Leaguedeelname in 2017. We hebben een hele generatie fans fier gemaakt, die binnen enkele jaren zullen zeggen: ‘We waren erbij in Marseille.’ Ik heb dus mijn plaats in de geschiedenisboeken van de club verdiend. Als ik in de kwartfinales geen cruciale strafschop stop tegen Gent is er van een finale geen sprake.’

Beschouw je jezelf als een clublegende?

OVONO: ‘Op mijn positie wel. Met net geen honderd wedstrijden voor Oostende in eerste klasse en in de beker heb ik iets tastbaars achtergelaten. Er is geen andere keeper die beter doet.’

Bij Oostende is er één man die beter doet: Marc Coucke. Hij is toch dé man die Oostende groot heeft gemaakt.

OVONO: ‘Coucke heeft veel geld geïnvesteerd, maar het zijn wel de spelers die het verschil hebben gemaakt. Als er geen symbiose is tussen alle componenten binnen een club dan krijg je niets gedaan. Coucke komt uit de zakenwereld, een milieu dat logisch in elkaar zit, maar het voetbal beantwoordt niet aan die logica. De stadions lopen vol omdat voetbal onvoorspelbaar is. De trainer kan zijn ploeg perfect voorbereid aan de aftrap brengen, maar alles kan in een fractie van een seconde omslaan door een detail waar niemand vat op heeft. Daarom ben ik zo trots op hoe wij als club geëvolueerd zijn. Oostende kan een blijver zijn aan de top. Op voorwaarde dat het geen stappen meer overslaat.’

Je spreekt in de wij-vorm.

OVONO: ‘Omdat ik mij nog sterk verbonden voel met de club. Ik heb bij veel clubs gespeeld, maar mijn band met Oostende is héél speciaal. Ik voel mij nog altijd thuis wanneer ik terugkom. Alsof ik thuis in mijn sofa zit. De fans zijn mij ook niet vergeten. Voor de thuiswedstrijd tegen Lorient moest ik zelfs twintig kaarten reserveren.’

Zware opoffering

De fans hebben wellicht niet begrepen waarom je contract niet verlengd werd. Wat was uiteindelijk de ware toedracht van dat verhaal?

OVONO: ‘Er is iets gebroken met Coucke toen ik hem duidelijk heb gemaakt dat ik naar Gabon zou afzakken voor de Afrika Cup. Niemand kan mij verwijten dat ik mijn land gekozen heb boven mijn werkgever. Veel spelers zouden hetzelfde gedaan hebben. Als ik de redenering van Oostende volg, had ik als aanvoerder van Gabon de Afrika Cup in mijn eigen land moeten laten schieten? Hoe zou ik aan mijn familie en vrienden in Gabon uitgelegd krijgen dat ik liever in Oostende blijf terwijl mijn land het belangrijkste voetbalevenement van Afrika organiseert?’

Didier Ovono: 'Ik heb mijn plaats in de geschiedenisboeken van de club verdiend. Als ik in de kwartfinales van de beker geen cruciale strafschop stop tegen Gent is er van een finale geen sprake.'
Didier Ovono: ‘Ik heb mijn plaats in de geschiedenisboeken van de club verdiend. Als ik in de kwartfinales van de beker geen cruciale strafschop stop tegen Gent is er van een finale geen sprake.’© BELGAIMAGE

Ze hadden je in Gabon gelyncht.

OVONO: ‘Voilà. Of ik zou het land niet meer binnen mogen. We zijn uiteindelijk niet verder geraakt dan de eerste ronde, maar zelfs de president van Gabon heeft mijn geste geapprecieerd. Hij zei: ‘Het is beter dat je hier zit terwijl het land wordt uitgeschakeld dan in Oostende.‘Mijn landgenoten zouden het verkeerd geïnterpreteerd hebben, mochten ze een lachende Ovono gezien hebben bij Oostende. Mensen begrijpen niet dat voetbal maar één aspect is van ons leven. In Gabon is voetbal een staatszaak. Voor elke interland zoeken ze mijn moeder op met dezelfde boodschap: ik hoop dat je zoon goed zal spelen vandaag.’

Coucke heeft veel geld geïnvesteerd, maar het zijn wel de spelers die het verschil hebben gemaakt.’ Didier Ovono

Heeft de club jou gechanteerd? Een contractverlenging in ruil voor je deelname aan de Afrika Cup?

OVONO: ‘Ze hebben het iets subtieler aangepakt, maar het kwam daar wel op neer. Anders hadden ze de optie voor twee bijkomende seizoenen zeker gelicht. Er was geen reden om mijn contract niet te verlengen. Ik speelde mijn matchen, we stonden bovenaan en Silvio Proto was nog geblesseerd. Na de Afrika Cup was het voor mij gedaan bij Oostende. Ze hadden een jonge doelman tussen de palen kunnen zetten of iemand kunnen huren, maar ze hebben William Dutoit gepakt. Ik kreeg van Yves Vanderhaeghe te horen dat Dutoit de nieuwe nummer één was. Vervolgens beweerde keeperstrainer Patrick Deman dat het zijn keuze was. Sinds wanneer heeft de keeperstrainer het laatste woord? Als het slecht gaat, wordt de hoofdtrainer ontslagen, niet de keeperstrainer. Het bewijs daarvan is geleverd: Vanderhaeghe is weg en Deman is er nog. Ik heb meteen begrepen dat de beslissing om mij opzij te schuiven van hogerhand kwam. Ze wilden zich revancheren omdat ik hen in de steek had gelaten.’

Op wie ben je het meeste kwaad Luc Devroe, Yves Vanderhaeghe of Marc Coucke?

OVONO: ‘Als ik boos moet zijn op iemand, dan is het op mezelf. Was ik in januari in België gebleven, dan zat ik nu nog bij Oostende… Toen ik zonder club zat, heb ik de bondsinstanties van Gabon geïnterpelleerd over mijn situatie: ‘Zien jullie wat er gaande is? Ik ben een tijd werkloos geweest omdat ik mijn land voorrang heb gegeven op mijn club.’

‘In mijn land hebben ze mijn opofferingen niet begrepen – zij vonden het vanzelfsprekend dat Gabon op de eerste plaats komt. Eigenlijk verwijt ik Oostende één ding: een gebrek aan sentiment. Ze hebben mijn vier dienstjaren bij de club zomaar in de prullenmand gegooid. Spelers krijgen niet meer de mogelijkheid om lang carrière te maken bij dezelfde club. Na twee of drie jaar moet je weg omdat de nieuwe coach een jongere speler wil opstellen of zijn eigen spelers wil meebrengen. Clubs moeten dus niet verrast zijn dat spelers zich niet meer voor lange tijd willen binden aan een club.’

Slechte casting

Hoe verklaar je de slechte start van Oostende?

OVONO: ‘Op het einde van vorig seizoen was het ieder voor zich. De ploeg viel uit elkaar, spelers belden hun makelaar omdat ze weg wilden… Nu mist Oostende vooral spelers die de identiteit van de club uitdragen. En dan kom je tot de kern van de zaak: bepaalde mensen werden verkeerd gecast. Een film staat of valt met zijn acteurs. Kan je goede acteurs strikken, dan krijg je een goede film. Een slechte casting betekent een flop. De laatste tijd hebben ze bij Oostende vaak missers begaan. Neem nu de transfer van Proto: dat was geen succes. Integendeel. Zijn komst was echt niet noodzakelijk. Bij Oostende weten ze niet hoe om te springen met vedetten. Het bestuur heeft nagelaten om Proto te beschermen.’

Ondanks je staat van dienst werd jou vaak een gebrek aan regelmaat verweten. Volgens je criticasters was je goed voor één grote flater om de paar matchen.

OVONO: ‘In vier jaar Oostende heb ik nooit op de laatste plaats gestaan, met Vanderhaeghe zijn we nooit buiten de top vijf geëindigd en twee seizoenen geleden pakte Oostende voor het eerst de herfsttitel. En wie stond er in doel? Zogezegd een blunderende doelman. Soit, mijn reputatie werd door sommigen in stand gehouden om hun eigen keeper aan te prijzen.Ik nam inderdaad veel risico’s bij het uitvoetballen, maar dat werd van mij verwacht.Nu heeft Oostende twee goede doelmannen, maar ze spelen telkens op safe.’

Heb je bij Oostende het afscheid gekregen dat je verdiende?

OVONO: ‘Er zijn spelers vertrokken zonder enige vorm van erkenning – voor mij hebben ze wel moeite gedaan. Ik zal hen daar altijd dankbaar voor zijn. Zonder Oostende zat ik nu niet bij een ambitieuze clubs als Paris FC. We staan vijfde, hoewel we pas eind juli werden opgevist uit derde klasse. We maken dus nog een kans om naar de Ligue 1 te promoveren. Beeld je in: een derby Paris FC – PSG. Dat zou toch voer zijn voor een mooi verhaal, nietwaar?’

‘Afrikaanse voetballeiders zijn vooral uit op geldgewin’

Het gaat volgens Didier Ovono nog niet de goede kant op met het Afrikaanse voetbal. De 34-jarige Gabonees wijst met een beschuldigende vinger naar de bewindvoerders op het Afrikaanse vasteland. ‘Het voetbal moet geleid worden door mensen die ooit op een veld hebben gestaan. Je kan toch geen bokscoach worden als je nooit overeind bent gebleven in een ring? In Afrika is het de normaalste zaak dat een douane-inspecteur of een militair plots aan het hoofd staat van een federatie. En vaak zijn ze gewoon uit op geldgewin.’

Om het Afrikaanse voetbal een zetje te geven wil Ovono met een aantal gelijkgezinden een structuur opzetten die jonge Afrikaanse spelers moet helpen om in de beste omstandigheden de oversteek te maken naar Europa. ‘Veel jongeren dromen van het Parc des Princes. Ze worden verleid door malafide makelaars en worden aan hun lot overgelaten als er geen contract in het verschiet ligt. Voor die jongens blijft er niets anders over dan in de grote Parijse treinstations rond te hangen met een lege maag. We moeten aan de jongeren duidelijk maken dat het geen zin heeft om zomaar op avontuur te trekken in Europa. Bij Dinamo Tbilisi heb ik ooit een zestienjarige Kameroener ontmoet die er door zijn makelaar gedropt werd. Hij zat daar op zijn eentje en verdiende 300 euro per maand. Terwijl onze winstpremie alleen al 3000 euro bedroeg… Wij moeten onwetende Afrikaanse jongens tegen dat soort onrechtvaardigheden beschermen.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content