Frank Van Laeken

‘De strengere criteria voor atleten: vrouwen met snorren niet meer toegelaten’

Frank Van Laeken Freelance journalist en auteur

De Europese atletiekbond EAA wil oude records van de tabellen schrappen: te zeer gelinkt aan dopingverhalen. Vooral bij de vrouwen vormden met name de jaren tachtig een verdacht decennium. ‘Maar is dat botweg schrappen ook de juiste methode?,’ vraagt Frank Van Laeken zich af. ‘En wat met het principe van de rechtsstaat, waarin iedereen onschuldig is tot hij veroordeeld wordt?’

Vrouwen met snorren niet meer toegelaten

Twee uur en vijfentwintig seconden. 2.00.25. Dat was zaterdag in alle vroegte de eindtijd van de Keniaan Eliud Kipchoge op de marathon. Geen mens liep ooit sneller over 42 km en 195 meter, meer dan tweeënhalve minuut sneller dan het wereldrecord van Dennis Kimetto, een andere Keniaan. En toch las je her en der: ‘Recordpoging mislukt’. Dat had met de door sponsor en schoeiselleverancier Nike opgeblazen verwachtingen te maken: het sportmerk kondigde de eerste marathon beneden de twee uur aan. Dát is dus inderdaad niet gelukt. Daarvoor deed Kipchoge op het autocircuit van Monza zesentwintig seconden te lang over de mythische afstand.

Dan sta je daar met de snelste marathontijd aller tijden en dan weet je dat je tijd niet zal gehomologeerd worden. Op Wikipedia wordt de lijst met atletiekrecords niet aangepast. Geen sprake van Kipchoge daar. Dat had met de omstandigheden te maken (geen officiële marathon, volledig vlak circuit, hazen toegelaten, elektrische auto die het tempo aangaf) en met de technologische innovaties die Nike introduceerde, zoals aan het parcours aangepaste loopschoenen. Verend naar de finish, of iets van die strekking. Ach, Eliud Kipchoge zal er niet lang wakker van liggen. Hij blijft Olympisch kampioen en zal een aardige stuiver verdiend hebben aan dit experiment, waarbij – laten we zeggen – vestimentaire doping te pas kwam.

Atletiekgeschiedenis begint pas in 2005

Drastische maatregelen dringen zich op omdat de atletiek stilaan de rol van het wielrennen als grootste dopingsport begint over te nemen

Ook over andere vormen van doping ging het weer de voorbije week. De Europese Atletiekbond is namelijk bekommerd om het imago van de hedendaagse atletiek. Te veel schandalen, zo vinden de bonzen, waarbij de recente georganiseerde dopingpraktijken in Rusland er natuurlijk uit springen. Dus wil de EAA strengere criteria. Als er een record wordt gelopen, gesprongen of geworpen moet de atleet in kwestie de maanden voordien voldoende dopingcontroles hebben ondergaan. Zijn testresultaten moeten tien jaar beschikbaar blijven voor onderzoek, onder meer om nieuwe tests met betere wetenschappelijke methoden mogelijk te kunnen maken. En wie eenmaal op doping wordt betrapt, verliest al zijn records, ook al zijn die lang voor het positieve plasje gevestigd.

Florence Griffith-Joyner
Florence Griffith-Joyner© Belga Image

Drastische maatregelen, die zich opdringen omdat de atletiek stilaan de rol van het wielrennen als grootste dopingsport begint over te nemen. (Grootste bij ons zeer populaire kijksport, moet ik eigenlijk schrijven. We mogen de bodybuilders niet vergeten…) De EAA wil oudere records van de tabellen vegen. Prestaties van jaren geleden die helemaal niet beantwoorden aan de nieuwe criteria zouden voortaan op een ‘ranglijst aller tijden’ terechtkomen. Vrij vertaald: goed gedaan, maar we geloven je niet.

Er werd ook een jaartal op gekleefd: 2005. Dat valt samen met de voorzichtige introductie van het biologisch paspoort in de topsport. Lord Coe, zelf voormalig wereldrecordhouder en vandaag voorzitter van de wereldatletiekbond IAAF, is voorstander van het EAA-voorstel, ook al zou dat bijvoorbeeld betekenen dat zijn Britse landgenote Paula Radcliffe meer dan waarschijnlijk haar wereldrecord op de marathon, gelopen in 2003, moet inleveren. In augustus legt het IAAF het voorstel voor en wordt de knoop doorgehakt.

Koch & co: andere tijden

Prestaties van jaren geleden die niet beantwoorden aan de nieuwe criteria zouden voortaan op een ‘ranglijst aller tijden’ terechtkomen. Vrij vertaald: goed gedaan, maar we geloven je niet

Er valt iets voor te zeggen om (eindelijk!) streng op te treden tegen ongeloofwaardige prestaties uit het verleden. Die 10.49 van Florence Griffith-Joyner, gelopen in 1988, blijft tegelijk fenomenaal en extreem verdacht. Geen enkele vrouw kwam sindsdien in de buurt van die tijd. Carmelita Jeter liep in 2009 10.64, vijftien honderdsten trager dan Griffith-Joyner. Een eeuwigheid op die afstand. Ook op de tweehonderd meter liep ‘Flo Jo’ in 1988 een toptijd: 21.34. Achtentwintig honderdsten – ook dat is een eeuwigheid – sneller dan Marion Jones tien jaar later en die Jones is nu ook niet direct de meest betrouwbare atlete geweest in haar hoogdagen.

De Oost-Duitse Marita Koch heeft na tweeëndertig jaar nog altijd het wereldrecord op de 400 meter in handen: 47.60. Meer dan een halve seconde sneller dan de beste tijden ná 1985. U wilt meer? U krijgt meer! De Tsjecho-Slowaakse Jarmila Kratochvilová is niet alleen de tweede beste ooit op de 400 meter bij de vrouwen (ze speelde in 1985 haar wereldrecord kwijt aan Koch), maar ze blijft de beste tijd op de 800 meter behouden. Op 26 juli zal het precies vierendertig (34!) jaar geleden zijn dat ze 1.53.28 liep over die afstand. De beste atlete ná de jaren tachtig had driekwart seconde méér nodig.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Sterker nog: als je dertien pistenummers bij de vrouwen neemt (loopnummers tot 1.500 meter, hoogspringen, verspringen, hinkstapspringen, kogelstoten, discuswerpen, zevenkamp), dan dateren maar liefst tien van de dertien wereldrecords nog uit de jaren tachtig. Ondanks de technologische revoluties, nieuwe trainingsmethodes, professionalisme van de atleten, betere entourage. Pas in 1989 werden de eerste tests buiten competitie gedaan, vandaar de breuklijn in de tijd. Ter vergelijking: bij de mannen hebben slechts twee records de jaren tachtig overleefd, in het hamerslingeren en discuswerpen. Ze staan op naam van een Oost-Duitser en een Sovjet-Rus. Ook dat zal wel geen toeval zijn.

De conclusie lijkt voor de hand te liggen: net zoals er de voorbije jaren systematisch sprake was van op z’n minst laksheid tegenover en wellicht regelrecht misbruik van verboden middelen binnen de Russische atletiekfederatie, kon je in de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw niet naast de stringente en zich aan alle controles onttrekkende sportcultuur van intussen niet meer bestaande landen uit het Oostblok kijken. In die zin zou het mooi zijn dat Marita Koch, Jarmila Kratochvilová en Florence Griffith-Joyner weldra niet meer de beste aller tijden mogen genoemd worden.

Wat met de principes van de rechtsstaat?

Hoezeer we de Kochs en consoorten ook verdenken en hoezeer we ervan overtuigd zijn dat ze aan het verboden spul hebben gezeten, toch moeten we ook de principes van de rechtsstaat respecteren. Iedereen is onschuldig tot ie veroordeeld wordt

Gejuich op alle banken als IAAF straks het voorstel van de EAA klakkeloos overneemt en records uit verdachte tijden schrapt? Nou, dat nu ook weer niet. Want hoezeer we de Kochs en consoorten ook verdenken en hoezeer we ervan overtuigd zijn dat ze aan het verboden spul hebben gezeten – het beeld van de vrouwen met snorren staat op mijn netvlies gebrand! -, toch moeten we ook de principes van de rechtsstaat respecteren. Het is niet omdat de IAAF een overkoepelende, wereldwijde sportbond is, dat het uitgangspunt dat iemand onschuldig is tot ie veroordeeld wordt, hier niet zou moeten gelden.

En dan luidt het verdict: Koch & co zijn nooit betrapt. Griffith-Joyner kan het niet meer navertellen: zij stierf al op haar 38ste. In haar slaap, door ‘verstikking bij een epileptische aanval ten gevolge van een afwijkende bloedvatstructuur in haar hersenen’, zoals het officieel rapport destijds vermeldde. Ruim twee jaar voor haar dood had ze ook al een beroerte gehad. Een laat gevolg van dopingmisbruik of brute pech? We zullen het nooit weten. Ze kan zich ook niet meer verdedigen.

Soms vraag ik me af: hoe kan je als atleet leven met die aantijgingen van dopinggebruik? Als je het gedaan hebt, dan denk je wellicht: wat kan mij het schelen, ik heb mijn medailles en mijn records. Als je het niet gedaan hebt, is het eigenlijk veel erger. Dan word je valselijk beschuldigd.

Op andere momenten vraag ik me dan weer af: waarom zijn we toch zo geobsedeerd door records? De Olympische slogans ‘Deelnemen is belangrijker dan winnen’ en ‘Citius, altius, fortius’ staan haaks op elkaar. Het eerste is voor de sukkels, het tweede voor de kandidaat-winnaars. Om te kunnen winnen moet je al eens valsspelen, dat zit in de menselijke natuur. Misschien moeten wij, sport- en spektakelliefhebbers, minder wakker liggen van die sneller-hoger-sterker en zullen we daardoor sporters niet langer opjutten om over hun fysieke én morele grenzen te gaan? Of klink ik nu weer zéér naïef?

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content