Een finale vol ergernis

Antireclame voor het voetbal was de bekerfinale van afgelopen zaterdag in de ijskelder van het Koning Boudewijnstadion. Rillende toeschouwers op de tribunes, ongemeen veel irritatie langs de zijlijn, een festival van slechte voorzetten op de grasmat, discussies bij haast iedere arbitrale beslissing, een aanmoedigingspremie verdient iedereen die de ruim 120 minuten in het middeleeuwse stadion bleef en de snijdende wind overleefde.

Eigenlijk hoort de bekerfinale een apotheose te zijn van het seizoen. Een week na de laatste competitiewedstrijd. De vakantie hangt in de lucht, de temperaturen zijn doorgaans zacht en er wordt op een zondagnamiddag gespeeld. Nu gaat die wedstrijd midden maart door, op een zaterdagavond en dan nog om kwart voor negen. Door de formule van de play-offs wordt de bekerfinale er gewoon tussen geperst. Dat resulteerde zaterdagavond in een tragisch dieptepunt. Gelukkig wordt de bekerfinale volgend jaar op 1 mei gespeeld.

Standard verdient ruimschoots de beker. Vooral dan vanwege het sterke parcours dat werd afgelegd. Maar de Rouches irriteerden tegen KRC Genk door de theatrale acts die er zaterdag werden opgevoerd tussen de pogingen door om te voetballen. Lang blijven liggen na een overtreding, de driftige reacties van trainer Ricardo Sá Pinto, al vrijwel het hele seizoen een niet te corrigeren ongeleid projectiel. En dan als wrange, ontluisterende uitschuiver de puberale provocatie van Mehdi Carcela toen hij het veld verliet. Van een voetballer van dat niveau mag je wat meer volwassenheid verwachten, ook als hij verbolgen is over de talrijke fouten die op hem werden gemaakt.

Ricardo Sá Pinto is meer dan een druktemaker.

Veel ergernis was er ook bij Philippe Clement die als beginnend hoofdtrainer van Waasland-Beveren frappeerde door zijn rust, bij RC Genk aanzienlijk zenuwachtiger werd en zich zaterdag helemaal liet opnaaien door de bijzondere sfeer rond deze wedstrijd. Moeilijk is het dan om nog helder te denken. De Clement van zaterdag deed weer denken aan de assistent-trainer van Club Brugge die, in het spoor van Michel Preud’homme, beslissingen van de scheidsrechter aanvocht en steeds in discussie ging met de vierde ref.

Standard nam dit seizoen een risico door met Ricardo Sá Pinto in zee te gaan. Zeven clubs in zes jaar, het staat haaks op de politiek van stabiliteit waarnaar het na vele roerige jaren streefde. Maar ook toen de club slecht aan het seizoen begon, bleef de bestuurlijke top achter de trainer staan. Het probleem van Sá Pinto is dat hij vooral beoordeeld wordt op zijn attitude langs de lijn. Terwijl de Portugees uiteraard kwaliteiten heeft en meer is dan een druktemaker: hij vormde Standard weer om tot een hecht blok, een fysiek sterke ploeg die met verbetenheid voetbalt, naar de stijl van het huis.

Eén jaar geleden was radeloosheid troef bij Standard. Het had play-off 1 weer gemist en speelde te veel zielloze wedstrijden, ook nadat Yannick Ferrera werd vervangen door Aleksandar Jankovic. Het moest op speeldag 3 in play-off 2 spelen in het … Koning Boudewijnstadion, tegen Union. Vanaf het moment dat Bruno Venanzi voorzitter werd, in juni 2015, werden er tot dan, maart 2017, 44 inkomende transfers gedaan. Nu laat deze beker en het vooruitzicht op Europees voetbal de club toe rustig verder te bouwen. Intussen duikt in de wandelgangen de naam van Michel Preud’homme op als nieuwe trainer voor volgend seizoen. Venanzi is al lang gecharmeerd door Preud’homme die in het verleden te duur was en bovendien zelf de boot afhield omdat hij er niet de organisatie aantrof om goed te werken. Nu is de perceptie veranderd. Maar het zou wel een vreemde move zijn op een moment dat vrijwel heel de spelersgroep zich zo nadrukkelijk achter Sá Pinto schaart.

@JacquesSys

Ricardo Sá Pinto
Ricardo Sá Pinto© belgAimage
Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content