Hoe Custovic beton giet in Oostende

© belgaimage
Christian Vandenabeele
Christian Vandenabeele Freelancejournalist

Net voor de aftrap van KV Oostende tegen KAS Eupen wou stadionomroeper Wim De Meyer van Brecht Capon weten hoe de thuisploeg het moest aanpakken. De roodgeschorste rechtsback gaf het antwoord dat je voor een thuismatch tegen de laatste in de Jupiler Pro League mag verwachten, tegen een team met een zeefverdediging dat in de heenronde al veertig doelpunten binnenkreeg. Hij zei: ‘Er meteen vollen bak tegenaan gaan, met de steun van het publiek direct op zoek gaan naar dat doelpuntje.’ Toch was het een vreemd antwoord uit de mond van een KVO-speler, want dat is niet de visie van coach Adnan Custovic. Dat was eerder de visie van zijn voorganger.

Ook op eigen veld tegen de rode lantaarn verdedigde KVO met vijf verdedigers, met daarvoor drie centrale middenvelders die op een lijn terugplooien, met hangende spits Knowledge Musona die tot halverwege de eigen speelhelft komt meehelpen én met een hardwerkende diepe spits als Joseph Akpala. Twee van de drie centrale middenvelders waren roodgeschorst, Andile Jali en Kevin Vandendriessche. Maar hun vervangers, Fernando Canesin en Hasan Özkan, toonden zich even gedisciplineerd en dynamisch. Hun rol in de nieuwe spelwijze is ontzettend belangrijk. Omdat KVO met enkelbezette flanken speelt, moeten zij tegen ploegen die het zoals Eupen met dubbelbezette flanken doen ook elk aan een kant de vrije, opkomende back van de tegenstander opvangen. Bovendien moeten ze in de offensieve omschakeling steun bieden aan de spitsen. Veelbetekenend is dat Özkan de enige goal maakte op een assist van Canesin. Laatstgenoemde liet zien dat hij ook geschikt is om als box-to-boxmiddenvelder te functioneren. Als flankspeler is hij kansloos, want Custovic doet het dus op elke flank maar met één man en kiest altijd voor een defensief type.

Er is moeilijk doorheen te geraken. Ook op flankvoorzetten kwam KVO met een vrij laag blok en een centrale verdediger extra zelden in de problemen. Het valt op hoe ze zich centraal achterin meer op hun gemak voelen met drie man in plaats van met twee en met spelers naast en voor zich die op hun verdedigend werk gefocust zijn. Niet toevallig hield KVO al voor de vierde keer in de laatste vijf competitiewedstrijden de nul. Dat is de voorbije jaren in Oostende nooit eerder gebeurd.

La maison était fermée‘, zei Custovic achteraf. Hij sprak zijn spelers vooraf over Claudio Ranieri, bekende hij voor de camera, de Romeinse coach die het ooit als volgt verwoordde: als je een huis bouwt, zorg dan dat er een slot op je deur zit, zodat er geen dieven binnen kunnen, alvorens je met de inrichting van het interieur begint. In Oostende is het beton gewapend, het slot van staal en het interieur vooralsnog zeer sober.

Slechts 46 procent balbezit in een thuismatch tegen de laatste? Aan de bal kon het iets beter, aldus Custovic, die uitstraalde en benadrukte zeer blij te zijn met het verdedigende werk van zijn elf spelers (én met de drie punten). Naar esthetische normen was dit een vertoning om zo snel mogelijk te vergeten, maar daar malen ze in Oostende niet om. Winnen doe je in de Breugheliaanse Versluys Arena op eender welke manier.

Intussen wordt er al een spelsysteem naar de jonge hoofdcoach van KVO genoemd. In Het Laatste Nieuws sprak Michiel Jonckheere zaterdag over ‘het systeem van Custovic’. Zullen we het tot nader order eerder hyperrealistisch van inslag noemen?

Christian Vandenabeele

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content