Andrea Pirlo is bezig aan zijn afscheidstournee. Mocht New York City de finale van de MLS Cup halen, dan hangt hij op 9 december de schoenen aan de haak.
Wanneer hij rechtstaat van het tafeltje aan de bar rechtover zijn huis, in de New Yorkse wijk Chelsea, klaagt Andrea Pirlo over de pijn in zijn rechterknie die hem al maanden kwelt. Aan de knieschijf zit geen kraakbeen meer, zucht hij. ‘Toen Juventus hier in juli op tournee kwam, heb ik me laten checken door hun clubdokter. Maar ook die kon er niets aan doen.’ Vanwege die hardnekkige klachten moest Pirlo een aantal matchen in zijn derde seizoen in de MLS overslaan. Wanneer hij toch inzetbaar was, nam hij vaak plaats op de bank. Daardoor speelde hij dit jaar minder dan de helft van de wedstrijden, terwijl hij vorig seizoen bijna geen match miste en altijd basisspeler was. Hij heeft daar vrede mee: ‘Het is tijd dat op mijn plek jongeren spelen, Yangel Herrera en Alexander Ring. Als je 38 jaar bent, moet je ruimte geven aan jonger talent. Boos ben ik daar niet om. Integendeel. Op die manier help ik de anderen, én de trainer.’
Afgelopen weekend werkte New York City FC zijn laatste match af in de reguliere competitie. Via de tweede plaats in de Eastern Conference was het team van Pirlo al eerder zeker van deelname aan de play-offs, waarvan de finale op 9 december gespeeld wordt, met als inzet de MLS Cup.
In december, wanneer het seizoen in de MLS erop zit, loopt je contract af.
ANDREA PIRLO: ‘Je voelt op een gegeven moment zelf aan dat het moment om te stoppen aangebroken is. Als je elke dag fysieke problemen heb, niet meer kan trainen zoals het hoort omdat je altijd wel ergens last hebt. Op mijn leeftijd moet je kunnen zeggen: genoeg. Ik ga me niet forceren om door te gaan tot mijn vijftigste. Ik ga iets anders doen.’
Ben je er al uit wat je gaat doen?
PIRLO: ‘Ik weet het nog niet. In december keer ik terug naar Italië. Ik hoor van alles. Dat ik assistent zou worden van AntonioConte, maar ook andere geruchten. Ik heb wel een idee van wat ik zou willen, maar ik gun mezelf tijd om een beslissing te nemen.’
Veel van je voormalige ploegmaats kozen voor een trainersloopbaan: Nesta, Sjevtsjenko, Gattuso, Inzaghi, …
PIRLO (vult aan): ‘…Grosso, Cannavaro, Brocchi, Oddo, Zambrotta.Bijna al mijn ex-ploegmaats. Maar het is niet omdat je een goed voetballer geweest bent dat je een goeie trainer kan worden. Je moet voorbestemd zijn, die drang in je voelen. De vlam moet aanslaan. Bij mij is die nog niet aangeslagen.’
Als je trainer wordt, wil je dan onderaan beginnen, of meteen bij een eersteklasser?
PIRLO: ‘Er is in de aanloop naar het trainersvak geen goeie en geen slechte weg. Je hangt af van de kansen die je aangeboden krijgt. Maar op dit moment ben ik niet met een mogelijk trainerschap bezig. Na 25 jaar voetbal is het tijd voor mijn familie (in augustus werd Pirlo nog papa van een tweeling, nvdr). Om in vorm te blijven ga ik golfen en tennissen.’
Squadra
Na jouw afscheid is de Italiaanse nationale ploeg aan het zwalpen geslagen.
PIRLO: ‘Het Italiaanse voetbal is niet ziek, vind ik. We zijn twee keer voortijdig uitgeschakeld op een WK maar tussendoor hebben we twee goeie EK’s afgewerkt, met een finaleplaats in 2012 en in Frankrijk een mooi parcours dat met wat meeval ook tot de finale had kunnen voeren. Er is sprake van een generatiewissel, zoals ook andere landen als Frankrijk, Duitsland en Spanje hebben meegemaakt. Daarna gaan we weer winnen. Het is niet makkelijk om nieuwe Totti‘sen Del Piero‘ste krijgen. Je moet hopen dat een paar jonge talenten zich stap voor stap ontwikkelen tot kampioenen, ook al herken je een buitengewoon talent al op zijn achttiende.’
Jij hebt vijf bondscoaches meegemaakt, van Trapattoni tot Conte. Pik er eens de beste uit.
PIRLO: ‘Onder Marcello Lippi speelden we goed, met Cesare Prandelli brachten we ook mooi voetbal, ook met RobertoDonadoni waren er goeie matchen, maar die onder Contevielen op.’
Jij vond Conte als trainer een fenomeen, schreef je ook in je boek (‘Ik denk, dus ik voetbal’). Waarom?
PIRLO: ‘Indrukwekkend vond ik hoe hij met elke speler apart omging. Hij slaagt er altijd in je een overtuigende uitleg te geven. Eén videosessie van 20 minuten met hem is drie trainingen waard. Je snapt meteen wat van je verwacht wordt. Met de jaren is hij nog beter geworden, met zijn wil om alles te winnen en alles zo perfect mogelijk te willen doen. Ik vind hem een van de beste trainers.’
Real
Jij hebt jaren goed samengewerkt met Carlo Ancelotti. Heeft zijn ontslag bij Bayern je verrast?
PIRLO: ‘Absoluut. Vooral omdat het de spelers zijn die aangestuurd hebben op zijn ontslag. Terwijl hij toch altijd een meester is geweest in het beheren van de kleedkamer en de verhouding met zijn spelers. Dat net zijn sterk punt zo snel een zwak punt werd, verbaast me.’
Bij je oude club Milan ligt de trainer, Vincenzo Montella, onder vuur.
PIRLO: ‘Het is moeilijk om een nieuwe ploeg te bouwen. Van 20 spelers één geheel maken vraagt tijd, én vertrouwen, ook als de resultaten niet meteen komen. Een project moet je uitwerken. De vele trainerswissels bij Milan de voorbije jaren lijken me ook niet echt gewerkt te hebben.’
Wat vind je van het werk van Maurizio Sarri, een trainer die in de belangstelling kwam toen jij net weg was uit Italië?
PIRLO: ‘Napoli speelt het beste voetbal in Italië en is een van de best voetballende teams in Europa. Napoli zien spelen is puur amusement.’
Dé verrassing in Italië is een oude club van je, Inter.
PIRLO: ‘De aanpak van Luciano Spalletti bevalt me. Hij weet hoe en waar zijn mannetjes op het veld te plaatsen, en hoe ze allemaal in dezelfde richting te doen kijken. Dat is heel belangrijk.’
De eigenaars van Miami FC, waar je oude ploegmaat Alessandro Nesta coach is, hebben aan het TAS in Lausanne gevraagd dat het Amerikaanse voetbal aangepast wordt aan de algemene regelgeving waarbij ploegen promoveren en degraderen.
PIRLO: ‘Dat zou ik een goeie zaak vinden. Als er meer druk zou komen om niet te verliezen omdat je door veel te verliezen kan degraderen, zou dat de kwaliteit ten goede komen. Een ander punt is de transferregeling hier. Als de MLS de reglementen die de mercato beheersen niet vrijer maken, zal hier nooit een club als Real Madrid zijn.’
DOOR MASSIMO LOPES PEGNA IN NEW YORK – FOTO BELGAIMAGE
