‘We gaan dapper zijn en risico nemen in Rusland’

© belgaimage - laurie dieffembacq

Bondscoach Roberto Martínez was te gast op onze redactie in Evere. Drie uur lang mochten we hem onder vuur nemen. Het werd een boeiend gesprek.

Vrijdag maakt Roberto Martínez opnieuw een selectie bekend, dit keer voor de vriendschappelijke interlands tegen Mexico (vrijdag 10 november) en Japan (dinsdag 14 november). Het zijn de eerste van een hele reeks in de aanloop naar het WK. Bestaat de kans dat we nieuwe namen zien? ‘Zeker’, knikte Martínez toen hij twee weken geleden langskwam op onze redactie. Hij vond onze werkplek ‘zeer aangenaam’ en genoot van de rondleiding en de lunch. ‘It must be great to work here.’ Dat is het, al lijkt zijn werk ons anders ook niet slecht. Na de koffie vertrok de Spanjaard richting luchthaven. Bestemming: Manchester, voor de topper tussen City en Napoli. ’s Anderendaags zat hij in Londen bij Chelsea-Roma. Meteen de ideale aanloop voor een prikkelende eerste vraag.

Nog acht maanden en dan terug naar Engeland: is dat het plan?

Roberto Martínez🙁pareert met de glimlach) ‘Mijn contract loopt af na het WK, maar ik heb nog niks beslist. Het is aan de bond om te zien wat ze daarna wil. Ik vind niet dat ze nu met een contractverlenging moeten komen omdat we ons voor het WK plaatsten. Het maakt ook niets uit, ik zal altijd werken alsof ik er nog honderd jaar ben.’

Kan u wel wachten tot half juli? Contracten met clubs worden toch vroeger afgerond?

Martínez: ‘Dat is een hypothetische situatie. Wat als? Ik herhaal: de zaak is in de handen van de Belgische voetbalbond.’

Heeft u het veld niet nodig?

Martínez: ‘Ja, ik mis het veld, maar heb het niet nodig om voldoening te halen uit mijn job. Het valt mij op hoe dynamisch deze bond kan werken. In elk ander land zijn bond en profliga met mekaar in oorlog, hier niet. Als je een model zou ontwerpen, moet je voor het Belgische kiezen: zelfde gebouw, bijna allemaal dezelfde mensen in de twee instellingen, een technisch directeur die de agenda bepaalt….. In twee meetings kreeg Chris Van Puyvelde er de verandering van de jeugdcategorieën door. Fascinerend.’

U hebt zich nu ruim een jaar in ons voetbal kunnen onderdompelen. Bent u optimistisch over onze toekomst?

Martínez: ‘Ja. Ik weet dat je eerst iets moet winnen, voor je optimistisch mag zijn, maar ik zie alvast bij de U21 een grote mentaliteitswijziging. Er is veel individueel talent, maar tegelijk is het een team dat wil winnen.’

De kwaliteit is wel minder dan een paar jaar geleden.

Martínez: ‘Argentinië moet ook aan een opvolger van Lionel Messi denken. Wie dat wordt, is niet de vraag. De vraag is: creëer je voldoende spelers om voor opvolging te zorgen? België doet het op dat vlak ontzettend goed, vind ik. Het talent dat hier uit een groep van minder dan 11 miljoen mensen wordt ontwikkeld, is indrukwekkend.’

Mentaliteit

De kok heeft voor het gezelschap – we interviewen Martínez met drie journalisten – wat lekkers klaargemaakt. Op tafel staan wijn en een fles uitmuntende cava. De bondscoach monstert de fles maar vraagt toch om water.

U drinkt nooit. Zit daar een verhaal achter?

Martínez: ‘Mijn vader was zelf ook voetballer. Op mijn zestiende kreeg ik een kans als prof bij Real Zaragoza. Mijn pa zei: ‘Je moet je hart volgen, maar als je nu naar Zaragoza gaat, geef je je studies op en ga je beginnen drinken. Als je dan over twee à drie jaar niet geslaagd bent als voetballer, zit je in een slechtere positie dan nu.’ Ik heb toen beloofd nooit te drinken én mijn diploma te halen. Als je wil voetballen, moet je een zware prijs betalen. Je moet acht uur slapen en je gaat nooit in je lichaam kunnen gieten wat anderen wel doen. Het is een verbintenis met de job. Zo zie ik het.’

Hoe ontspant u zich dan?

Martínez: ‘Door naar voetbal te kijken! Ik vind het zeer relaxerend – mijn vrouw noemt het een verslaving – om te zien hoe andere managers omgaan met problemen op het veld. Van elk van de vijftig spelers die we volgen, bekijk ik élke wedstrijd. De volledige wedstrijd, waarbij we gelukkig wel een programma hebben dat alleen die momenten laat zien wanneer de bal in het spel is. Iets tussen 23 en 28 minuten per helft.’

U hebt spelers die elke dag werken met topcoaches, genre Mourinho, Guardiola, Klopp, Conte, Emery… Hoe uitdagend is dat?

Martínez: ‘Die spelers werken met trainers wiens normen heel hoog liggen en zij hanteren dus zelf ook die normen. Als ze dan ergens komen waar de normen niet zo hoog liggen, raken ze gefrustreerd. Dan beginnen ze te vergelijken.’

Maakt het u nerveus om Kevin De Bruyne dingen uit te leggen, wetende dat hij u met Guardiola gaat vergelijken?

Martínez: ‘Nee. Ik heb ook zeven jaar ervaring in de Premier League, 265 opeenvolgende wedstrijden. Je moet je concentreren op de duidelijkheid in de boodschap. Met deze spelers werken is genieten: ze verwerken informatie heel snel. Hoge normen, ongelooflijk talent én een bende die houdt van zijn nationale ploeg. Naar Bosnië gaan, op een slecht veld moeten spelen, niet meer moeten winnen omdat je toch al bent geplaatst maar dat toch doen… Ik zie echt een verschil inzake focus! Duitsland heeft dat ook. Goed of slecht spelen, maakt niet uit, ze winnen altijd. Idem met Spanje. Als wij die mentaliteit krijgen, waarom zouden we dan geen groot tornooi kunnen winnen?’

Hoe gaat u concreet te werk om die mentaliteit erin te krijgen?

Martínez: ‘Het gaat om focus. Waarom is het ondanks alles toch belangrijk om in Bosnië te winnen? Je moet hen een reden aanreiken. Ook in vriendschappelijke wedstrijden. In de kwalificaties hebben we 28 spelers gebruikt. Niet allemaal op het veld, maar ze waren betrokken. Die selectie moet worden teruggebracht naar 23. De informatie om dat te doen kan ik alleen krijgen op momenten dat we samen zijn. Als coach kijk je niet alleen naar het individu, maar ook naar de relatie van dat individu met de anderen.’

Kunnen er nog nieuwe namen bij komen?

Martínez: ‘Ja. Als je na januari niet speelt bij je ploeg, is dat een zorg. Spelers moeten wedstrijdfit zijn.’

Thomas Vermaelen moet dus van ploeg veranderen.

Martínez: ‘Ja, dat beseft hij. Dat beseffen ze allemaal, alleen zijn hun belangen en die van hun club niet altijd dezelfde. Barcelona wil vier centrale verdedigers en hij is nummer vier.’

Als hij niet speelt, gaat hij niet naar Rusland?

Martínez: ‘Dat kan je niet zeggen. Ik sprak met Barcelona voor ik hem de vorige keer opriep. Hij is volledig fit, verzekerden ze, deed alles mee op training, is klaar om te spelen. Als de club dat zegt…’

Er is een verschil tussen fit zijn op training en wedstrijdfit…

Martínez: ‘Klopt. Elke speler zal straks ritme moeten hebben. Maar als verdediger kan je daar misschien nog wat mee wegkomen.’

Axel Witsel voetbalt in een competitie waar het ritme wat lager ligt. Ziet u dat als een nadeel?

Martínez: ‘Niet voor het type dat hij is, eerder een tactische speler. Bovendien is de kalender van het Chinese voetbal met het oog op het WK perfect. Na de komende interlands kan hij met vakantie. Vervolgens begint hij aan een nieuwe voorbereiding, Axel zal haast fris aan het WK beginnen.’

Als u zegt dat er nog nieuwe namen bij kunnen komen, aan wie denkt u dan? Hoe kijkt u bijvoorbeeld naar de evolutie van Charly Musonda?

Martínez: ‘Een moeilijke vraag… Ik snap dat het lastig is voor een speler om Chelsea te verlaten, maar efficiënt zal hij pas worden door te spelen. Het was de bedoeling van Chelsea om hem uit te lenen, maar de speler vond zelf dat hij dicht bij de eerste ploeg stond. Dan klagen over je situatie is heel moeilijk. Algemeen zijn er twee dingen in een carrière: potential en performance. Coaches worden soms ‘verliefd’ op een bepaald type. Potential. Maar laten spelen kan alleen als ze ook performen. Een voorbeeld: ik had een ongelooflijke liefde voor Thomas Foket. Hij maakte van AA Gent de ploeg die ze waren. Voor Foket maakte het niks uit of Lokeren of Tottenham de tegenstander was. Ook bij zijn debuut voor de nationale ploeg trok hij zich nergens iets van aan. Dat soort mensen zijn goud waard. Zo zijn er nog in België, jongens die goed zijn in wat ze kunnen. Ik ben naar STVV-Standard gaan kijken. Daar viel Alexis de Sart op. Dan roep je die op voor de U21 en kan je de mentaliteit van die jongen eens zien. Als u me spreekt over Charly Musonda, zeg ik: veel potential, maar waar zijn de prestaties? De rapporten over Adnan Januzaj zijn zeer positief, hij wordt wat beschermd door zijn trainer, maar mag in belangrijke wedstrijden starten. En er zijn nog positieve rapporten over spelers in de Pro League.’

Zoals wie?

Martínez: ‘Dat kan ik u niet zeggen. Ik kan u wel zeggen dat ik Anthony Limbombe volg. Linksvoetig, veel energie, zeer goed defensief. Als een nieuwe coach voluit kiest voor een speler, betekent dit dat die iets ziet in die jongen op basis van dagelijks werk. Hans Vanaken blijft ook in moeilijke wedstrijden voor de bal gaan. Hij is niet snel, maar denkt snel. Van dat soort spelers hou ik…’

U hebt het altijd over 50 spelers, maar eigenlijk telt de groep waaruit u kiest maar 25 tot 30 man.

Martínez: ‘Klopt. Je ontwikkelt een bepaalde loyauteit tegenover spelers, of ze nu spelen of niet. Tegelijk moet je ook eerlijk zijn met jongens die op dezelfde positie voetballen. Die kunnen alleen indruk maken op clubniveau. Dat is een dunne lijn. Neem Dennis Praet. Ik ben hem vorig jaar gaan bekijken. Dat was toen een aanpassingsjaar, nu is hij een heel andere speler. Ik volg hem van nabij en weeg af. Idem met Timothy Castagne. Dat soort jongens volgen we, maar zij moeten misschien véél meer doen dan diegenen die nu al bij de groep zijn, om erbij te komen. Vanwege die loyauteit tegenover diegenen die al veertien maanden weten waarmee we bezig zijn.’

Radja

Kan u nog één keer uitleggen waarom Radja Nainggolan niet in uw plannen past?

Martínez: ‘Mij gaat het altijd om de grootst mogelijke balans in de kern. Elke speler heeft op het veld een beste positie en in het geval van Radja is dat de nummer tien. Maar daar hebben we al twee goeie spelers: Dries en Eden. Hun verstandhouding met Romelu is zeer goed. Op momenten dat wij Radja als tien gebruikten, liep het niet zo goed. Drie keer hebben we het geprobeerd, met verschillende opties naast en voor hem, en geen van die matchen wonnen we. En dan is Radja van een te groot kaliber om hem er zomaar bij te nemen. Elk land heeft wel een speler van wie je denkt: die hoort in de selectie. In Spanje leeft dezelfde discussie rond Cesc Fábregas. Maar ik versta dat het geen populaire beslissing is.’

Heeft het uw zaak geschaad dat zoveel spelers Radja verdedigden?

Martínez: ‘Dat is normaal. De spelers waren eerlijk en ik snap dat, ze zijn al zolang samen.’

Zou zijn aanwezigheid storen tijdens een tornooi?

Martínez: ‘Dat is een volgende beslissing die je moet nemen. Tot nu was mijn beslissing gebaseerd op wat ik op het veld zag. Als ik later een selectie maak, moet ik afwegen of het ook naast het veld klikt. Zover zijn we nog niet.’

Wereldkampioen

Welke lessen trekt u uit de vorige tornooien?

Martínez: ‘Ik was een hele maand op het WK in Zuid-Afrika én in Brazilië en volgde het hele EK in Polen en Oekraïne. Wat ik daaruit leerde was dat spelers uit veeleisende competities uitgeput op een tornooi aankomen. Niet zozeer fysiek, dat kun je nog voor een stuk rechttrekken, maar vooral mentaal. Je moet hen mentaal verfrissen.’

Duitsland werd wereldkampioen, maar Campo Bahia leek op een vakantiekamp, met villa’s voor spelers en vrienden, vrouwen en kinderen die langs konden komen, …

Martínez: ‘Dat was fantastisch, maar tegelijk een groot risico. Ik hoorde in het begin veel mensen zeggen dat ze zo onmogelijk konden presteren.’

Wil u ook zoiets in Moskou?

Martínez: ‘Je moet binnen de Belgische voetbalcultuur blijven. Ik denk niet dat we kunnen werken met familie erbij. Je moet je concentreren op wedstrijden, maar vervolgens wel momenten inbouwen waarop de familie bereikbaar is. Daarvoor zijn faciliteiten nodig. Na de loting begin december gaan we definitief bepalen wat ons basiskamp is en daar rekening mee houden. Tijdens elke afzondering heb ik al in de gaten gehouden hoe spelers reageerden op vrije tijd. Hoe fris kwamen ze terug? De vrouwen kunnen straks vlakbij logeren, maar niet in het hotel zelf. Alles moet wel goed georganiseerd zijn. Wat je zeker niet wil, is dat voetballers zich zorgen maken over hun familie.’

Welke andere conclusies trekt u nog?

Martínez: ‘Dat je moet proberen te genieten, niet onder de druk te bezwijken. Zuid-Amerikanen op een WK, dat is vieren. Bij Europeanen krijg je de idee van (zet een strak gezicht op): hier kan ik sterven. Koptelefoons, individuele kamers, veel stress, lijkwitte gezichten, … Europese landen bereiden allemaal op dezelfde manier tornooien voor, maar het verschil kan je maken in wat je doet na het einde van een competitie. Vorige zomer kreeg iedereen zes tot tien dagen vrij. In Spanje, Italië of Frankrijk hebben ze een winterstop. In Engeland niet, daar gaat het maar door en door. Daarom gaan we niet op stage, maar blijven we in België, zodat iedereen zijn periode van verfrissing kan krijgen.’

Mogen ze dan gaan en staan waar ze willen, desnoods naar de VS?

Martínez: ‘Het is hun tijd. Die jongens letten goed op zichzelf. Het is belangrijk om eruit te zijn en dat mogen ze elk op hun manier doen.’

U bent geen politieagent?

Martínez: ‘Neen. Je moet managen vanuit de hoop: wij willen het WK winnen. Daarvoor moet ik niet zeggen: vandaag iedereen om zes uur in bed. Wie deel wil uitmaken van onze groep, weet dat hij er alles voor moet doen. En dan zal ik altijd wat dichter staan bij mensen die volledig gefocust zijn. Zolang spelers presteren, moeten ze doen wat hen goed lijkt om in hun ‘zone’ te raken. Zelfs al is dat in jouw ogen verkeerd.’

Wat heeft dit team nodig om in Rusland succes te halen?

Martínez: (beslist) ‘Flexibiliteit. We gaan soms van wedstrijd tot wedstrijd veranderen, soms aan de rust moeten bijstellen, of in de laatste twintig minuten. Die schema’s hebben we. Je voetbalt altijd tegen een concrete tegenstander, geen ingebeelde ploeg. Jullie vragen na een match altijd naar wat niet goed was. Dat is cultureel. Wat ik wil van de ploeg is dat ze goed genoeg is om de tegenstander te kloppen, niet om de perfecte prestatie te brengen. In de eerste plaats ga je uit van je eigen kwaliteiten. Wij hebben een team dat de bal wil, en een pak talent om te scoren. In balbezit kunnen we ploegen pijn doen maar tegen goeie ploegen gaan we hard moeten werken om dat balbezit te veroveren. Dat leerde de oefenwedstrijd tegen Spanje ons.’

Dat was uw eerste match. De ploeg staat ondertussen verder, neen?

Martínez: ‘Ik ben geneigd te geloven dat de twintig minuten waarin we toen onze voet naast hen konden zetten, nu negentig minuten kunnen duren. Maar Spanje staat inmiddels ook verder. Ze zijn ongeslagen, ook na Italië uit en thuis, de integratie van Isco maakt hen wat rijker, … Als je naar de kwalificaties kijkt, was Duitsland de beste, daarna Spanje en daarna wij. Frankrijk heeft individueel een fantastische groep, maar Spanje staat nog wat verder omdat zij de winnaarsmentaliteit hebben. Duitsland won de Confederations Cup met een halve U21-ploeg en won tegelijk bij de U21 het EK. Van hen verwacht je winst.’

En van ons?

Martínez: ‘Na de loting kunnen we meer zeggen. De kwalificaties hebben aangetoond dat we klaar zijn om onszelf te testen op een hoger niveau, wedstrijden tegen de top zeven. Ik heb nog steeds een aantal vragen, maar na de eerste drie wedstrijden in Rusland gaan we al heel veel weten. Op een WK kunnen alleen landen die ooit wonnen, tot favoriet worden uitgeroepen.’

Voorbije tornooien leerden wel dat niemand wint zonder sterke verdediging. Spanje kreeg in Zuid-Afrika twee tegengoals in zeven matchen, Duitsland in Brazilië vier.

Martínez: ‘Waarbij iedereen de fout maakt te kijken naar de achterste drie en de vleugelbacks. Je moet verdedigen met elf, de eerste verdediger is de man die in balverlies het dichtste bij de bal staat.’

Slikken we te veel goals?

Martínez: ‘Zegt u het maar, op basis van de statistieken.’

Zes in de kwalificaties. Staren we ons blind op de 3-4 in Bosnië?

Martínez: ‘Voor mij gaat het in wedstrijden over het vinden van een manier om te winnen. Ik ben niet gelukkiger met een 0-0 en de perfecte defensieve wedstrijd, dan met een 3-4 waarin je fouten maakte.’

Heeft Kevin De Bruyne ongelijk om te vragen meer op het defensieve te werken?

Martínez: ‘Ik geef hem gelijk, maar iets wat ik zeer snel leerde als bondscoach is dat je niet aan alles tegelijk kan werken. Je moet prioriteiten stellen en werken aan wat je direct nodig hebt. Ook straks op het WK. Ik wil daar winnen. Slikken we daarbij een goal, dan is dat zo. Wie Mertens, De Bruyne, Lukaku en Hazard in de ploeg heeft, wil vooral balbezit en aanvallen.’

Op de voorbije WK’s hadden Spanje en Duitsland op het middenveld voetballers die voor defensieve stabiliteit zorgden, maar die ook het ritme uit een wedstrijd konden halen. België lijkt ons een ploeg die aanvalt en blijft aanvallen. Kan dat op het WK een probleem zijn tegen een moeilijke tegenstander?

Martínez: ‘Nee. Je mag nooit een wedstrijd analyseren zonder context en conclusies van de ene match extrapoleren naar een andere. We gaan nooit tegen Spanje aanvallen zoals we tegen Gibraltar speelden. Dat bedoelde ik daarnet met flexibiliteit. We kunnen voetballen met twee nummers zes, met drie achterin, met vier achterin, met een valse negen, … Wij kunnen van systeem veranderen, én van spelers, waarbij ze de opdrachten ook nog eens zeer precies kunnen uitvoeren. Of we daarmee ook winnen, hangt van de dag af. Gaan we straks dapper zijn en risico nemen? Ja, we hébben een ploeg om dapper te zijn. We gaan ver van doel spelen, want Jan Vertonghen en Toby Alderweireld kunnen dat.’

Maar als het nodig is, gaan we ook een wedstrijd dood kunnen maken?

Martínez: ‘Yes! Net zoals we ook vanuit de omschakeling kunnen spelen als dat moet. Iedereen doet nu negatief over het feit dat er zoveel jongens in Engeland voetballen, maar ik vind dat de intensiteit nergens zo hoog is als in de Premier League. Onze flair gekoppeld aan dat tempo én de omschakeling, dat is een grote kwaliteit. En ligt het tempo niet zo hoog, dan geeft Witsel je dat klein beetje extra intelligentie om ademruimte te vinden tussen de lijnen. Griekenland deed het hier zo in Brussel, geholpen door het slechte veld. Het kostte ons véél moeite om alsnog gelijk te spelen. De fout die we die dag maakten, was een goal incasseren. Een kleine concentratiefout. Op dat vlak hebben we vooruitgang geboekt. Een van de lessen uit de kwalificaties is: als het niet lukt je tempo op te leggen, moet je de nul houden. En dan win je wel in de laatste tien minuten.’

Stel dat alle spelers zijn fit zijn, hebt u dan de 23 namen voor Rusland al in uw hoofd?

Martínez: ‘Neen. De komende zes à zeven maanden gaan nog veel wijzigingen brengen. Vorm, blessures… Ik sta met open geest te kijken. Ik heb op clubniveau ook nooit met een vaste elf gewerkt. Het goeie gevoel na Cyprus was dat ik op zes, zeven plaatsen moest wijzigen, maar dat er nog steeds een ploeg stond. Dat is dankzij de spelers en daar ben ik fier op.’

door Thomas Bricmont, Guillaume Gautier en Peter T’Kint – foto’s Belgaimage – Laurie Dieffembacq

‘Hans Vanaken is niet snel, maar denkt snel. Van dat soort spelers hou ik.’ Roberto Martínez

‘De beste positie van Radja is de nummer 10, maar daar hebben we al twee goeie spelers: Dries en Eden.’ Roberto Martínez

‘Ik moet niet zeggen: vandaag iedereen om zes uur in bed. Wie deel wil uitmaken van onze groep, weet dat hij er alles voor moet doen.’ Roberto Martínez

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content