Het debuut van Iniesta op Brugge: ‘Hij moest soms ook weleens achter Englebert lopen, hoor’

© Belga Image

Camp Nou en heel voetbalminnend Europa nemen zondag omstreeks 22.30 uur afscheid van Barça-icoon Andrés Iniesta. Debuteren deed El Blanquito tijdens de CL-campagne in 2002 op bezoek bij Club Brugge. Een terugblik op die memorabele avond in het Jan Breydelstadion.

Andrés Iniesta vierde vorige week zijn 34e verjaardag en speelt komend weekend tegen Racing Santander zijn allerlaatste competitiewedstrijd voor de Spaanse kampioen FC Barcelona, na in totaal 32 clubtrofeeën en 3 met de Spaanse nationale ploeg. De middenvelder trekt dan voor drie jaar naar het Japanse Vissel Kobe, waar hij 25 miljoen euro zal opstrijken. Het was de tovenaar zelf die op een persconferentie eind april aangaf dat 29 oktober 2002 voor altijd in zijn geheugen gegrift zal blijven. ‘Het mooiste moment uit mijn loopbaan’, verklaarde Iniesta in de perszaal van trainingscomplex Ciutat Esportiva. ‘Ik stond er voor de eerste keer in de basisploeg. Daar, tegen Club Brugge, begon mijn voetbaldroom.’

Door zijn eenvoud werd Iniesta waarschijnlijk nooit uitgeroepen tot beste speler ter wereld.

Chris Van Puyvelde

‘Ik moet Andrés bedanken. Door hem te zien spelen, verbeterde ik mijn spelinzicht. Hij leerde me voetbal begrijpen.’ Pep Guardiola

Chris Van Puyvelde, momenteel sportief adviseur van de Pro League en technisch directeur van de Belgische voetbalbond KBVB, was destijds assistent-trainer. ‘In onze tactische bespreking onder Trond Sollied werd er eigenlijk nooit veel info gegeven over de tegenstander, en werd zeker geen speciale aandacht gevestigd op specifieke spelers’, zegt de Waaslander. ‘Je moet hen niet belangrijker maken dan ze zijn. Als je daar te veel op focust, ga je ook schrik krijgen. Iedereen wist heel duidelijk hoe Barcelona toen voetbalde onder Louis van Gaal. Een heel aanvallend ingesteld basiselftal, met veel beweging rond de bal, in een 4-3-3-veldbezetting. Wij opteerden ook altijd consequent voor een 4-3-3, met Gaëtan Englebert als lopende speler, Timmy Simons als controleur en Nastja Ceh of Alin Stoica als creatievelingen. Trond paste zich vrijwel nooit aan.

‘Van Iniesta viel me vooral het overzicht op en het gemak waarmee hij voetbalde. In Spanje wordt veel futsal gespeeld in de opleiding, om te leren omgaan met tijd en ruimte. Als er één speler is die dat perfect beheerst, dan is het Iniesta. Zeker qua perfecte eerste balaanname. Eigenlijk spelen ze een rondo op een geheel veld, wat positioneel bijzonder moeilijk is. Met veel opposite moves, ruimte maken en krijgen, de aanname in eerste tijd en weten waar de tegenstander precies staat. Ook een Kevin De Bruyne beheerst dat aspect bijzonder goed bij Manchester City. Van zodra je hem de bal toespeelt, weet hij al waar de beweging is en kan hij die – zelfs nagenoeg blindelings – al een richting uit sturen. Je moet eens de hoofdjes van de Barçaspelers observeren. Die kijken constant om, scannen en willen situaties herkennen. En daar voegen ze zo’n technische flair aan toe dat ze in alle omstandigheden – tot zelfs met twee spelers in de rug – altijd iets goeds met de bal doen.’

‘Mocht Iniesta Andresinho heten, dan had hij nu al twee Gouden Ballen in huis.’ Sergio Ramos

Van Puyvelde: ‘In Barcelona werden toen en nu geen vedetten geduld. Ze moeten echt low profile blijven. Voetbal als het ultieme plezier, om het te mogen spelen en tonen. Vanuit een positieve ingesteldheid. Dat kun je gewoon niet nadoen. Barcelona staat gelijk met passie, enthousiasme zit in hun DNA.

‘Het offensief doordraaien, dat werd er toen bij Van Gaal echt ingepompt. Dagelijks deed hij oefeningen op pass- en trapvormen, om te maken dat die eerste aanname de perfectie benaderde. Alles was gebaseerd op kaatsen of doordraaien, om de snelheid van uitvoering te bevorderen. Je moet eens letten op de hardheid van die passing, dat zat er sterk ingeslepen. Voor Van Gaal het evangelie, want ze moesten zuiver zijn.’

‘Dat we die wedstrijd verloren, was eigenlijk logisch. Juan RománRiquelme scoorde in de 64e minuut. Barcelona maakte goed gebruik van de ruimte die er ontstond tussen de linies. Daar bleken zij koningen in. Maar Iniesta moest soms ook weleens achter Englebert lopen, hoor.

‘Door zijn eenvoud werd Iniesta waarschijnlijk nooit uitgeroepen tot beste speler ter wereld. Voetbal is zo moeilijk, maar hij doet het zo goed dat het gemakkelijk lijkt. Hij maakt het voetbal, in al zijn complexiteit, zo eenvoudig. Door zijn techniek, inzicht en inschattingsvermogen. Links of rechts, binnen- of buitenkant voet, die bal is altijd juist en op de juiste voet ingespeeld.’

‘We speelden samen sinds ons vijftiende. Nooit zag ik hem een slecht duel afwerken.’ Fernando Torres

Ex-Rode Duivel Peter Van Der Heyden was de vaste linksachter, die in die match in 2002 heel hoog stond en met rushes constant voor gevaar zorgde. ‘Dat waren de wedstrijden van het jaar. Ik leefde sterk toe naar die confrontaties, mijn voorbereiding was fysiek en mentaal tot in de puntjes nageleefd’, rakelt de 21-voudige oud-international op. ‘En zeker tegen een topploeg als Barcelona, wat altijd tot de verbeelding spreekt. Ongelofelijke ervaringen, want gans België zakte af naar Brugge om dat mee te maken. Ik herinner me nog lange mensenrijen om die tickets te bemachtigen. Er zaten 27.000 mensen op de tribune, een vol huis. Ook al was Barça niet met zijn sterkste selectie gekomen. Patrick Kluivert, Marc Overmars, Xavi, Frank de Boer, doelman Roberto Bonano en Phillip Cocu bleven in Spanje en werden vervangen door zes jongeren uit de B-kern. Maar zelfs dan, je leefde daar intens naartoe. Want niet elke week kreeg je de kans aan te treden tegen gasten als Carles Puyol, Robert Enke, Gerard of Fernando Navarro.

29 oktober 2002: Gaëtan Englebert probeert Andrés Iniesta van de bal te zetten in de debuutmatch van de Barçaspeler in Jan Breydel.
29 oktober 2002: Gaëtan Englebert probeert Andrés Iniesta van de bal te zetten in de debuutmatch van de Barçaspeler in Jan Breydel.© BELGAIMAGE

‘Onder Sollied was alles voorgeprogrammeerd. Wij kenden perfect onze eigen moves en hoe we bepaalde acties van hen moesten opvangen. Meer hadden we volgens hem niet nodig. Wij moesten gewoon op en top geconcentreerd zijn en individuele fouten proberen te vermijden. Sollied zei altijd dat je op 90 tot 95 minuten maximaal twee minuten de bal had. Wat deed je de rest van de tijd? Lopen, hé. Daarmee wilde hij aangeven dat je continu in beweging moest zijn. Wie geen 12 kilometer per wedstrijd aflegde, had niet goed gepresteerd.

‘Wij bekeken die match tegen Barcelona bijzonder nuchter, met een gezonde nieuwsgierigheid. Opzichtig om truitjes gaan bedelen op het veld, dat hoorde er niet bij. Wij deden dat discreet in de catacomben, na affluiten. Ik kreeg een plastic zakje met een ongebruikt shirt van een invaller. Echt naar hen opkijken deden we niet. Het waren nu ook geen godenkinderen, gewoon een team van profvoetballers dat probeerde te winnen.’

‘Iniesta, dat is een unicum. Een tovenaar, een klasbak voor wie je je hoed afdoet. Ik bewonder hem omdat hij tussen veel personen op de korte ruimte de bal niet verliest, gemakkelijk kort wegdraait of via een kaats in één tijd de juiste medespeler bereikt. Het is precies alsof die met driehoekjes over het terrein lopen, constant zijn er twee gasten die zich aanbieden en aanspeelbaar blijken. Maar vooral: op een soepele en speelse wijze, terwijl dat net verdomd moeilijk is. Iniesta heeft dan nog die fijne voetjes en tackelt nagenoeg nooit. Hij is een complete prof, die weinig kracht verspeelt en toch bijzonder flegmatiek acteert. Zalig om naar te kijken, maar wel een uitstervend ras.’

‘Het was een eer om deel te hebben uitgemaakt van je loopbaan. Ik werd verliefd op je voetbal, maar nog meer op de persoon die je bent naast het veld.’ Neymar Jr.

Michel D’Hooghe was in 2001 gestopt als bondsvoorzitter en werd in 2003 door Michel Van Maele gevraagd om zijn rol als Clubvoorzitter over te nemen. ‘In mijn wonderbaarlijke leven als voetbaldirigent deed de manier waarop Club Brugge onder Sollied voor de dag kwam me altijd terugdenken aan de glorietijd onder Ernst Happel‘, herinnert de 72-jarige Bruggeling zich. ‘Ik had het geluk als clubarts vijf jaar naast die topper op de bank te mogen zitten. Als je hem vroeg naar de sterkte van de tegenstrever, dan luidde het antwoord gegarandeerd ‘ Scheisse habe ich dran!’ Het kon hem dus geen moer schelen. In die sfeer dacht en werkte ook Sollied. Met het nodige respect, maar vooral met het rotsvaste geloof in je eigen kansen en mogelijkheden van zodra je het veld op stapt. In die tijd stonden er nog negen Belgen in onze basiself. Enkel Milan Lesnjak en Alin Stoica waren buitenlanders. Trond wist dat hij met intellectuele jongens als Dany Verlinden, Olivier De Cock, Birger Maertens, Philippe Clement, Peter Van Der Heyden, Gaëtan Englebert, Timmy Simons, Gert Verheyen en Sandy Martens naar de oorlog kon. Zij absorbeerden optimaal zijn oefenstof, vooral gebaseerd op die fameuze looplijnen. De meesten haalden het maximale eruit. Dat verdient enkel maar bewondering.’

‘Partner, teamgenoot, vriend. Jouw vrijgevigheid is groter dan je talent. Het was prachtig naast je te kunnen spelen. Bedankt voor al dat moois!’ Xavi

D’Hooghe: ‘Je mag dit gerust vragen aan iedereen uit mijn onmiddellijke omgeving. Ik heb altijd beweerd dat Cristiano Ronaldo en Lionel Messi de grote stars zijn van het voetbal, maar gedurende mijn hele leven had ik een zwak voor Andrés Iniesta. Wanneer je zijn ganse loopbaan bekijkt, dan staat hij voor mij op nummer één. Iniesta mag dan niet de meest spectaculaire zijn of springt misschien minder snel in het oog, qua efficiëntie en degelijkheid voor het team beheerst niemand het voetbalspelletje zoals hij. Die man staat altijd vrij, durft constant de bal te vragen, doet er veelal iets goeds mee – vaak in één tijd – en maakt daardoor zijn ploeg beter. Terwijl hij toch nooit dé atletische figuur bleek. Dat blijft zo opmerkelijk. Van een tovenaar verwacht je uitzonderlijke zaken, terwijl bij Iniesta op het veld juist het tegenovergestelde gebeurt: een superieure kennis van zijn sport en de vereisten die daarmee gepaard gaan.

‘Door mijn job als voorzitter van de medische commissie bij de FIFA heb ik vrij intensieve contacten met de medische staf van Barcelona. Inzake begeleiding komt altijd één naam naar voor als de prof pur sang die zich optimaal verzorgt, dagelijks leeft voor zijn job en zowel fysiek, technisch als tactisch hoog boven de rest uittorent: Iniesta. Het zal een verdomd moeilijke uitdaging zijn om iemand van zijn kaliber en niveau te vinden. Ze wisten wat ze hadden, maar niet wat ze straks verliezen.’

‘Ik zat naast hem op de bus’

Claude Bamelis (46) is zaakvoerder van Reflecta Graphics. Maar de West-Vlaming werkte ook dertien jaar voor Nike, waar hij onverwacht in contact kwam met Andrés Iniesta. ‘In juni 2000, toen in Zandvoort bij Amsterdam de Nike Premier Cup Wereldfinales werd gehouden’, vertelt Bamelis. ‘De openingswedstrijd was een confrontatie tussen PSV en Barcelona. Ik was aangesteld als verantwoordelijke voor hun begeleiding. Ze tipten me dat een van hun middenvelders een ongelofelijk toptalent was. Ik moest extra voor hem zorgen. Meteen zag ik dat er niks van was gelogen. De klasse spatte eraf, qua vista en spelintelligentie sprong dat mannetje ver boven de rest uit.’

Het toeval wilde dat het team amper een dag later, in het kader van het EK 2000, naar Brugge trok voor Frankrijk-Spanje. ‘Ik zat naast Iniesta op de bus’, gaat Bamelis verder. ‘Tijdens de rit leerde ik hem kennen als een bescheiden en respectvolle kerel. Qua intelligentie en beleefdheid zag ik hetzelfde terug bij de familie Hazard, alhoewel Eden iets speelser is. Uit affectie heb ik dan zijn parcours gevolgd. Toen Iniesta debuteerde in Brugge, was de cirkel rond. Ik weet ook nog dat huidig spelersmakelaar Pere Guardiola, de broer van Pep, toen voor Nike werkte en talentdetectie deed. Hij is jarenlang de vaste begeleider van Andrés geweest. Pere kreeg goud in zijn handen gestopt.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content