Marko Marin ooit het wonderkind bij Werder Bremen en ex-RSC Anderlecht, is in drie jaar tijd aan zijn vijfde club toe. ‘Ik wil echt niet het record van meest getransfereerde speler verbreken.’
Marko Marin (26), ooit het wonderkind bij Werder Bremen, is in drie jaar tijd aan zijn vijfde club toe. In een interview met het Duitse voetbalblad Kicker vertelt de man die vorig jaar amper speelde bij Anderlecht hoe het hem vergaat.
De aanvallende middenvelder maakte vorig seizoen weinig indruk bij Anderlecht en speelt momenteel bij Trabzonspor, dat pas op de achtste plek in de Turkse competitie staat. Ondanks de teleurstellende prestaties van zijn club blijft Marin positief: “Voor mij loopt het eigenlijk wel goed en ik voel me lichamelijk sterker. Ik ben op de goede weg om me weer aan Europa te tonen.”
De zestienvoudige Duitse international is nog steeds eigendom van Chelsea, waar hij in 2012 naar verkaste. “Ik kende een hele goede voorbereiding in Londen, tot ik mij blesseerde. Het was hoe dan ook een schitterende ervaring om met topspelers als Terry, Lampard en Cech te trainen. Momenteel ziet het er niet naar uit dat ik een comeback in Londen kan maken, tenzij ik nu echt een topseizoen speel. De club blijft me hoe dan ook elke wedstrijd volgen en stuurt elke dinsdag een analyse door van mijn acties en prestaties via een speciale app. Uit zo’n intensieve begeleiding haal je als speler veel kracht.”
Vijf clubs in drie jaar
Marko Marin wordt al voor de vierde keer op rij uitgeleend en kon zo bij geen enkele club echt doorbreken. “Vijf ploegen in drie jaar tijd is te veel en ik wil echt niet het record van meest getransfereerde speler verbreken. Mijn laatste seizoenen waren niet goed, maar zonder mijn blessures was het anders gelopen. De trainers van Sevilla en Fiorentina waren het geloof in mij verloren door mijn blessuregevoeligheid. Daarna wou ik absoluut naar een club waar een coach wel voor 100% achter mijn komst stond. Zo belandde ik bij Anderlecht. Daar kreeg ik het vertrouwen van Besnik Hasi en wist ik zeker dat ik ging spelen, maar door een scheur aan de hamstrings (in de bekerfinale tegen Club Brugge, nvdr) stond ik ook daar weinig op het veld.”
Xander Crokaert, Philippe Briers
