Rome moet op zoek naar een nieuwe koning

© Belga Image

Van 509 voor Christus tot 1993 na Christus moest Rome het zonder koning stellen. Tussen 753 voor Christus en 509 voor Christus waren er koning Romulus en zijn opvolgers, van 1993 tot eind mei 2017 was en is er Francesco Totti. Straks dreigt een akelige leegte.

De nieuwe sportieve directeur van AS Roma, Ramón Rodríguez Verdejo beter gekend als Monchi – die op 26 april in functie trad, zal zich woensdag meteen gerealiseerd hebben wat Totti nog voor de buitenwereld betekent. Toen hij zijn allereerste persconferentie gaf over de sportieve stand van zaken, was het enige wat in de media nazinderde dat hij terloops bevestigde dat Totti aan zijn laatste seizoen als speler bezig is. Dat werd vorig jaar ook al door de directie aangegeven. Totti kan na eind mei aan de slag als bestuurder. Dat was contractueel ook voorzien, tenminste voor een periode van zes jaar.

Een aangeslagen Totti bood zich ’s avonds laat op het feestje voor de 29e verjaardag van zijn vriend en ploeggenoot Radja Nainggolan aan en liet zich ontvallen dat dit ‘een dag was waarvan ik hoopte dat hij nooit zou komen’. Stiekem hoopte Totti tot woensdag dat zijn contract als speler met nog een jaar zou verlengd worden.

Niet dat de opvolging niet verzekerd is: vorige week won zijn elfjarige zoon Cristian nog de Gouden Schoen op de Memorial Mariotti, een jeugdtoernooi in het Toscaanse kuuroord Montecatini, waar Totti Jr acht goals maakte in vijf matchen. Zijn ouders waren er niet bij. Zij willen dat de jongen in alle anonimiteit opgroeit en weinig media-aandacht krijgt.

Bijna naar Lazio

Toen Totti (40) op 28 maart 1993 zijn allereerste speelminuten maakte in de slotfase van AS Roma-Brescia, nadat Sinisha Mihajlovic trainer Vujadin Boskov aanmaande ‘die jongen’ in te brengen, wasRomelu Lukaku nog niet geboren en lag Italië aan de voeten van de nieuwe ster Laura Pausini met haar grote hit ‘La solitudine’, toen ook hier een megahit.

De laatste jaren speelt de geboren Romein niet meer voor het geld, maar vooral voor het plezier.

Aanvankelijk speelde de ’trequartista’ met nummer tien vooral in dienst van de anderen, pas in de laatste jaren van zijn carrière begon hij vaker eigen succes te zoeken, nadat een aantal trainers hem erop gewezen hadden dat hij meer goals kon maken.

Oorspronkelijk zou de jonge Totti naar Lazio verhuizen, maar omdat zijn ouders hevige Romanista’s waren, trok zijn moeder naar de jeugdcoördinator van AS Roma en kon hij toch bij de favoriete club van het gezin aan de slag. Hij zou er nooit meer vertrekken, al wilde toenmalig trainer Carlos Bianchi hem in 1987 uitlenen aan Sampdoria en was er later één bod dat hij in overweging nam: toen in 2004 zijn andere favoriete club Real Madrid aan hem dacht. Een bod van Chelsea overwoog hij niet eens. In Engeland voetballen interesseerde hem niet.

1,2 miljoen euro

Vorig jaar voelde hij al eens dat het einde dichtbij kwam, toen trainer Luciano Spalletti hem gewoon uit de selectie liet voor een thuismatch tegen Palermo op 21 februari 2016. ‘Ze hebben hem die dag uit zijn huis gezet’, verkondigde zijn echtgenote, de bekende Italiaanse tv-presentatrice Ilary Blasi toen. Totti trok die avond toch naar het stadion, en kreeg een staande ovatie.

De laatste jaren speelt de geboren Romein niet meer voor het geld, maar vooral voor het plezier. Met een jaarloon van 1,2 miljoen euro (de helft van vorig seizoen) is hij pas de nummer negentien op de loonlijst van AS Roma en zelfs een haalbare kaart voor de betere Belgische clubs (misschien nog een idee voor Anderlecht of een extra stunt voor Marc Coucke?).

Uiteindelijk ging zijn clubtrouw ten koste van zijn palmares, al werd hij wél wereldkampioen in 2006 en Italiaans kampioen in 2001 (hij won ook twee keer de Italiaanse beker).

Favoriete mop

Altijd bleef hij de ietwat minder snuggere Romeinse volksjongen met een sterk Romeins accent. Het leverde hem een reeks grappen op, te vergelijken met de domme blondjes-moppen, waar hij gevat en met gevoel voor zelfspot op reageerde, door ze te verzamelen en te bundelen in enkele boeken waarvan de opbrengst ging naar de Unesco, onder de titel ‘Tutte le barzellette di Totti.’

Onze favoriet?

Totti maakt een puzzel. Hij doet er vier maanden over. Wanneer hij op de doos leest ‘van twee tot drie jaar’ roept hij trots: ‘ik ben een genie!’

Laatste wedstrijden

Sinds woensdag weet Totti dat hij vorige week zijn laatste Romeinse derby beleefde, zijn favoriete wedstrijd. Hij mocht er zeven minuten voor tijd invallen. Wie hem nog eens aan het werk wil zien, heeft nog vier kansen, tot en met de laatste match op zondag 28 mei thuis tegen Genoa.

Zekerheid dat hij in die matchen op het veld komt, is er niet. Dit seizoen startte hij nog maar één keer in de basis, thuis tegen Crotone in de heenronde. Na Nieuwjaar sprokkelt hij eens drie, dan weer vijf minuten. Alleen tegen het Udinese van Sven Kums stond hij bijna een half uur op het veld. Het brengt zijn totale speeltijd in competitie tot dusver op 376 minuten in 15 wedstrijden. Vorig jaar kwam hij in 13 competitiematchen aan de bak, het seizoen daarvoor nog in 27.

Zo lijkt hij op één van die westernhelden die op het einde van de film altijd langzaam in de verte uit beeld verdwijnen. Heroes don’t die, they fade away. Helden sterven niet, ze glijden langzaam weg uit beeld.

Zo is dat.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content