Thomas Meunier: de opmerkelijke opgang van een nuchtere Belg in Parijs

© BELGAIMAGE
Thomas Bricmont

Hij kwam onopvallend, op kousenvoeten, maar het duurde niet lang voor hij zijn stoute schoenen aantrok. Een terugblik op de Parijse opgang van Thomas Meunier.

We gaan er niet over liegen: toen de transfer van Thomas Meunier naar PSG werd aangekondigd, waren we allemaal wat verrast. Oké, de flankverdediger speelde wel een beloftevol EK, waar hij na de zeperd van de Rode Duivels tegen Italië titularis werd. Het was trouwens terwijl het EK nog volop bezig was, enkele dagen voor de desillusie tegen Wales, dat hij met het Parijse bestuur ging spreken.

De contacten tussen Meunier en PSG waren niet nieuw. Een jaar eerder vertelde Patrick De Koster, de makelaar van Kevin De Bruyne, dat hij Olivier Létang (destijds de adjunct sportief directeur van PSG) ontmoet had om te praten over de toekomst van KDB, maar ook over een mogelijke transfer van de Brugse rechtsachter naar de Franse hoofdstad. De interesse in Meunier nam alleen maar toe, zeker tijdens het EK. Napoli, West Ham, Manchester City en Torino toonden belangstelling, maar PSG sloot de deal.

‘Ik kreeg voorstellen van andere clubs, die financieel aantrekkelijker waren, vooral uit Engeland, maar dat was niet mijn prioriteit.’ Zelfs Aston Villa, nochtans gedegradeerd naar The Championship, toonde zich genereuzer dan de Franse club. ‘Maar toen mijn makelaar me vertelde dat PSG in de dans gesprongen was, heb ik hem gezegd om die andere pistes te laten vallen. Ik heb mijn moeder en mijn vriendin gebeld en zij gingen honderd procent akkoord. Het was tenslotte Parijs! Het ging daarbij om meer dan het louter sportieve: ik kreeg de kans om te gaan wonen in een mythische stad met een onvoorstelbare culturele rijkdom.’

Op 3 juli 2016 werd de transfer officieel bekendgemaakt. De Ardennees zette zijn krabbel onder een contract van vier jaar, met een jaarsalaris van meer dan een miljoen euro zonder premies. Club Brugge streek tussen de zes en de zeven miljoen op. Hoge bedragen, maar in overeenstemming met de maatstaf die de laatste jaren wordt gehanteerd door de nouveau riche van het Europese voetbal.

Meunier arriveert met de status van nobody. Hij is het symbool van de erg bescheiden transfercampagne van PSG in de zomer van 2016, met andere nieuwkomers als Hatem Ben Arfa en Grzegorz Krychowiak – in de winter kwam Julian Draxler er nog bij. Een jaar later zou dat een heel andere affaire worden. In de fanshop op de Champs Elysées trekken sommige verkopers de wenkbrauwen op wanneer ze het shirt zien met de naam van de Belgische international erop: ‘Meunier qui?

Patrick Kluivert

Ik zat in een taxi naast Kluivert en die vroeg mij… wie ik was! Terwijl hij kort daarvoor mijn transfer had geregeld

Nog verrassender, zelfs enigszins verontrustend, is een anekdote die Thomas Meunier recent onthulde. Toen hij nog geen woonst had en in het vaste hotel van PSG verbleef, stapte de nieuwbakken Parijzenaar eens in een taxi, samen met de sportief directeur van toen, Patrick Kluivert. ‘Ik zat op de achterbank naast Kluivert en die vroeg mij… wie ik was! Terwijl hij kort daarvoor mijn transfer had geregeld.’ Van dat laatste gaan we tenminste toch uit…

‘Iedereen zei me dat ik met mijn hoofd tegen de muur zou lopen toen ik naar Brugge ging. Niemand geloofde erin, zelf mijn naaste vrienden niet. Hier hoorde ik weer mensen zeggen dat het te hoog gegrepen was voor mij, dat ik het niveau niet had om aan de zijde te spelen van vedetten als Marco Verratti of Angel Di María. Om daar tegenin te gaan, moet je jezelf niet te veel vragen stellen. Het zijn kansen die zich niet elke dag voordoen, dus moet je ze grijpen.’

Zijn eerste contact met de groep vond plaats op de luchthaven Charles de Gaulle. PSG vloog naar Los Angeles voor de traditionele voorbereiding in de States. ‘Ik kwam dan ook nog als een van de laatsten op de luchthaven aan. Daar zaten ze allemaal voor mij: Verratti, Thiago Motta, Edinson Cavani… Ik dacht: wat doe ik in godsnaam hier?’, lacht hij. ‘Ik betwijfel het of iemand mij herkende.’

Tijdens de stage knoopt Meunier al snel vriendschapsbanden aan met de leden van de technische staf, van wie er meerderen hun studies in Brussel afwerkten. De integratie verloopt stap per stap, ook al is het verschil enorm groot. ‘Ik was onder de indruk van het technische niveau. Ik weet nog dat het tijdens een van mijn eerste trainingen in de Verenigde Staten broeierig heet was. We speelden op balbezit op een ruimte van 20 bij 20 meter en dat ging zó snel. Ik zag Motta en Verratti aan het werk, hoe ze de bal rondtikten, ik durfde hem amper te raken. Maar ik was wel blij om daar te zijn. Tot dan was ik het gewend om onder Michel Preud’homme de voorbereiding af te werken in Nederland, in een verloren gat in de bossen. Hier kwam ik in een andere wereld terecht. Ik zei bij mezelf: dit is de reden waarom ik dit beroep uitoefen. Er waren elke dag zes tv-ploegen die ons volgden, de organisatie was op en top professioneel.’

Thomas Meunier
Thomas Meunier© Belga Image

Na vijf seizoenen bij blauw-zwart, waarin Meunier geregeld het gebrek aan inzet op training aan de kaak had gesteld, kwam hij terecht in een kleedkamer met spelers die de betekenis van het woord ‘overwinning’ kennen en opgegroeid zijn met stevige concurrentie. Thiago Motta bijvoorbeeld, die een indrukwekkend cv kan voorleggen, of Thiago Silva, die indruk maakt met zijn karakter en zijn winnaarsmentaliteit opdeed tijdens zijn jaren in Italië.

Als groot voorstander van Michel Preud’homme, raakt Thomas Meunier ook snel onder de charme van de coachingkwaliteiten van zijn nieuwe mentor Unai Emery. ‘Een echte prof. Hij houdt van mensen die zich honderd procent geven, zowel op training als in de match, en ik beantwoord wel aan dat profiel. Tijdens onze eerste ontmoeting vertelde hij me dat hij me al had willen aantrekken toen hij coach was van Sevilla, maar dat het toen financieel nog moeilijk lag.’

De ‘kleine Belg’ observeert en leert snel bij. Hij krijgt video’s te zien om de positionering van Maxwell te bestuderen. Die loopt geen 15 kilometer per match, maar met zijn ervaring en rust weet je dat hij de bal niet zal verliezen.

Ivan Drago

Tijdens mijn eerste ontmoeting met Emery vertelde hij me dat hij me al had willen aantrekken toen hij coach was van Sevilla

Al van bij de Amerikaanse tournee maakte Meunier indruk, hij scoort zelfs twee keer tegen Real Madrid. David Luiz, die kort daarna PSG zal verlaten voor Chelsea, doopt hem om tot Ivan Drago, de Russische bokser uit Rocky 4. De integratie verloopt vlot, de waarnemers zijn zelfs verrast door zijn aanpassingsvermogen. Meunier heeft daar een simpele verklaring voor: ‘Ook als ik een slechte pass geeft, weet de ontvanger die te controleren. Met wat moeite misschien, maar hij zal er wel iets mee doen. Dat is hier gewoon zo. Het is gebeurd dat ik een ziekenhuisbal gaf aan Motta, die de bal met zijn scheenbeen controleerde maar dan wel wist bij te houden. Ik ben erg verwend, ik besef heel goed wat een geluk ik heb door bij PSG te kunnen tekenen.’

In de heenronde van de competitie is hij niet altijd titularis, maar in de loop der weken verzamelt hij toch wat speeltijd. Waar hij aanvankelijk nog denigrerend bekeken werd door enkele roeptoeters van de Franse media, weet de Belg de teneur al snel te doen keren.

Op 1 november 2016, in zijn eerste Champions Leaguewedstrijd, tegen FC Basel, maakt hij een buitengewone goal met een volley buitenkant voet na een voorzet van Adrien Rabiot. Eind december begint ook in de competitie zijn teller te lopen, eveneens op een wondermooie manier. Aanname, boogballetje over MajeedWaris, borstcontrole en dan de bal aan de tweede paal in doel. Zo opende hij de score tegen Lorient. Maar zijn populariteit gaat echt door het dak bij de komst van Barça naar het Parc des Princes op 17 februari 2017, voor de achtste finales van de Champions league. Die avond lukt bijna alles voor de jongen uit Saint-Ode, die zijn prestatie bekroont met een uitbraak over rechts en een assist op Edinson Cavani, die de eindstand vastlegt op 4-0. Na een moeilijk matchbegin weet Meunier zelfs Neymar aan de ketting te leggen. Alle waarnemers zijn onder de indruk van zijn atletisch vermogen en gave techniek. Hij loopt 12,7 kilometer op zijn flank, met een gemiddelde snelheid van 8 kilometer per uur. Niemand doet beter. Na het laatste fluitsignaal van de spetterende wedstrijd wordt hij tot man van de match verkozen. Nochtans geeft de Rode Duivel toe dat hij heeft afgezien. ‘Voor een offensief ingestelde en wat nonchalante speler als ik was het niet evident tegen een speler die zo snel is als Neymar. Wanneer hij versnelt, heb ik een brommer nodig om hem in te halen. Hij heeft me twee of drie keer op snelheid genomen, maar ik kreeg telkens rugdekking van een ploegmaat. Aan het eind was ik erg moe. De laatste tien minuten keek ik voortdurend naar de klok.’

Drie weken later ziet de wereld er heel anders uit. Na de misschien wel mooiste Europese avond uit zijn carrière, volgt de zwaarste vernedering. De fameuze remontada (6-1). Neymar is de held en bezorgt de Parijse flankverdediger nachtmerries. ‘Als Marco zijn eerste twee ballen verliest, terwijl hij er geen meer had verloren sinds 2004, dan weet je dat het gaat mislopen’, glimlacht hij rustig. ‘Ik denk vooral dat we geprogrammeerd werden om schrik te hebben van Barcelona. Want na de 4-0 uit de heenmatch herinnerde iedereen er ons aan dat het risico op uitschakeling nog altijd bestond. Als je iets voortdurend hoort, dan gaat dat op den duur in je hoofd zitten.’

PSG begeeft onder de druk en vertrekt uit Barcelona in de wetenschap dat het nog geen echte topclub is. ‘Het is nog maar vier jaar dat PSG seizoen na seizoen in de Champions League speelt. En toch hebben we de indruk dat het publiek zich niks meer aantrekt van de competitie, dat alleen de Champions League telt. Maar zo werkt het niet. De verwachtingen zijn te hooggespannen voor een club die nog wat tijd nodig heeft om een vaste waarde te worden.’

In de competitie loopt het ook niet van een leien dakje. Hoewel PSG al vier jaar de concurrentie overvleugelt, stuit het dit keer op weerstand: het Monaco van Leonardo Jardim, Kylian Mbappé en Thomas Lemar. ‘Ik zou me behoorlijk lullig voelen als we niet opnieuw aan kop eindigen.’ Dat is nochtans exact wat gebeurt. Monaco pakt de Franse landstitel en maakt zo een einde aan de Parijse hegemonie.

Zomer van sterren

‘Laten we grootser dromen’, zo luidt de slogan op de tribunes van het Parc des Princes. En afgelopen zomer paste de Parijse club die ook toe. Neymar, Mbappé, Dani Alves: beter doen gaat moeilijk in de tijdsspanne van één zomer. Alle ogen waren op PSG gericht. ‘Die transfers tilden de club naar een ander niveau’, erkent Meunier. Dani Alves is de eerste ster die naar Parijs komt. Nadat de Belgische international vorig jaar zijn duel met Serge Aurier had gewonnen – die trok afgelopen zomer naar Tottenham – zag hij nu opnieuw een ijzersterke rechtsback opduiken. ‘Ik heb me daar vragen bij gesteld’, bekent Meunier. Hij dacht er evenwel niet aan om halsoverkop te vertrekken, hoewel een Spaans dagblad op zijn voorpagina ‘OpciónMeunier‘ titelde, over een mogelijke transfer naar Real Madrid. Ook vandaag nog zien sommige media hem komende winter naar Juventus vertrekken. De Ardennees is ambitieus en baalt dus om het statuut van doublure – dat hem net bij zijn komst, toen Aurier er nog was, werd voorgespiegeld. ‘Ik wil titularis zijn.’

Met Neymar, Mbappé, Cavani, enzovoort, is PSG momenteel een van de attractiefste clubs in Europa. Maar ondanks dat sterrenensemble is de kleedkamer gezond. ‘Iedereen babbelt met elkaar, ook al is het logisch dat sommigen beter met elkaar opschieten. Ik ben uiteraard heel blij dat ik naast zo’n voetballer als Neymar mag spelen, die samen met Lionel Messi en Cristiano Ronaldo zeker tot de besten van de wereld behoort. Maar dat maakt eigenlijk niet zoveel uit.’

Vorige zaterdag, in Dijon, was noch Neymar, noch Mbappé de redder van de avond. Wel een Belg van net 26 jaar, die zes jaar geleden nog in derde klasse speelde en die Club Brugge kort na zijn komst bij Westerlo wilde stallen. Een vreemde geschiedenis, waar iedereen nu raar van opkijkt. ‘Nu heb ik een ander statuut’, erkent Meunier. ‘In een stad als Parijs, waar de verleidingen groot zijn en alles snel bekend raakt, ben ik dan ook voorzichtig. Maar ik blijf het leven leiden dat ik altijd al geleid heb. Ik heb geen zin om dat te veranderen.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content