Voetbal in Mexico: moord & spelen

© BELGAIMAGE

In Mexico is 2017 het jaar met de meeste drugsmoorden ooit geworden, meer dan 25.000. In Ciudad Juárez, een stad op de grens met de Verenigde Staten, biedt de lokale voetbalclub troost.

Als de muur van Donald Trump er straks komt, dan zul je die vanuit Ciudad Juárez kunnen zien. De stad ligt helemaal in het noorden van Mexico en schurkt aan tegen de Verenigde Staten. De Río Bravo, of Rio Grande zoals hij in Amerika genoemd wordt, zorgt voor een natuurlijke grens, aan de andere kant van de rivier ligt het Amerikaanse El Paso. Ciudad Juárez, met 1,5 miljoen inwoners een van de grootste steden in noordelijk Mexico, ligt midden in de woestijn van Chihuahua. In de zomer is het er extreem warm, in de winter extreem koud. Maar de thermische verschillen zijn niet het grootste probleem van de stad.

In 2010 werden in Ciudad Juárez 3103 moorden geregistreerd, bijna tien doden per dag.

‘Hier overleven we de oorlog’, zegt Raúl Reveles. De oorlog waarvan hij spreekt is die van de drugshandel die al tien jaar lang Ciudad Juárez treft. De man, slager en voetballiefhebber, herinnert zich dat er in 2010 een mail naar hem en veel van zijn buren gestuurd werd. Daarin werd gevraagd om niet op straat te komen, anders zouden gewapende mannen hen doden. Dat jaar werden in Ciudad Juárez 3103 moorden geregistreerd, bijna tien doden per dag. De stad ademde paranoia, de mensen durfden elkaar niet meer in de ogen te kijken. De inwoners konden nog maar op één plaats vrij zijn: hun oase was het voetbalstadion van FC Juárez, de lokale club, ook wel Bravos genoemd. ‘Het waren twee uren waarin je alles vergat. Tijdens de wedstrijden van Bravos gebeurde er niets, er waren geen doden’, zegt Reveles, terwijl hij klanten bedient in zijn slagerij.

‘Hier in Juárez is er niet veel ontspanning voor gezinnen, op cultureel vlak is er weinig te doen’, voegt Roberto Sierra eraan toe. Sierra is de oprichter van een van de fanclubs van FC Juárez. De groep heeft een nogal prikkelende naam: El Kartel.

Is die benaming niet een beetje agressief? Roberto Sierra legt uit: ‘Als je dat woord opzoekt in het woordenboek, staat er dat het een vereniging van personen is met een gemeenschappelijk doel. In 2002 was de term nog niet zo beladen. Toen leek het ons toepasselijk.’

Ciudad Juárez is een van de belangrijkste toevoersteden van drugs naar de Verenigde Staten. Om de controle daarover te hebben kwam het er de afgelopen jaren tot een brutale strijd tussen de drugskartels van Juárez en die van Sinaloa, een staat in het noordwesten van Mexico. Het meest dodelijke jaar van die drugsoorlog was 2010, waarna Ciudad Juárez uitgeroepen werd tot meest gewelddadige stad ter wereld.

Supporteren voor een lege grasmat

In dat sinistere klimaat zorgt het voetbal voor afleiding. De inwoners van Ciudad Juárez hebben al een paar voetbalclubs de revue zien passeren. In de tweede helft van de jaren 80 werd CF Cobras in het leven geroepen, maar zes jaar later was de club al ter ziele gegaan. In 2005 was het de beurt aan Club de Fútbol Indios. Die verdween in 2012 door slecht beheer, maar had het daarvoor wel tot eerste klasse geschopt. Dat gebeurde in 2008, na een wedstrijd tegen Club León. De supporters wilden dat succes vieren, maar al snel deed het gerucht de ronde dat er in de straten van de stad een groep huurmoordenaars rondliep die iedereen afmaakten. Angst maakte zich meester van de fans en dus bleven ze in de buurt van de luchthaven, ver van het centrum. Of hoe vreugde en verschrikking soms dicht bij elkaar liggen.

Uit de as van Indios werd in 2015 FC Juárez opgericht, maar de liefde voor Indios is nog intact. In het begin van dit seizoen vroeg El Kartel, de fanclub van Roberto Sierra, om het stadion open te doen. De supporters gingen op de tribunes zitten en zongen en klapten negentig minuten lang. Eén detail: de grasmat was leeg.

Heden ten dag staan diezelfde supporters als één man achter FC Juárez. Dat de stad nu opnieuw een professionele voetbalclub heeft, is eigenlijk te danken aan twee momenten.

In 2010 lag een bloedige slachtpartij aan de basis van een burgerinitiatief. Bij die moordaanslag, bekend als ‘de massacre van Villas de Salvárcar’, doodde een gewapend commando zestien personen, onder wie een aantal studenten. In een reactie daarop bundelden ondernemers en burgers in de stad hun krachten om het geweld tegen te gaan: ze riepen een commissie in het leven voor de bevordering van de veiligheid. Voorzitter Luis Alonso Valle: ‘We gingen op zoek naar meer ruimtes voor ontspanning. Als je om zes uur ’s avonds de stad in ging, was er niks te doen. Nu zijn er activiteiten, zoals het voetbal. De mensen beginnen ook weer uit te gaan.’

Een tweede moment kwam er in 2015. Toen vond een groep ondernemers het na drie jaar zonder profvoetbal in de stad welletjes. Juan Carlos Talavera, de huidige voorzitter van FC Juárez, vertelt: ‘Het project kwam tot stand dankzij zes families. In redelijk korte tijd sloten we ons aan bij de voetbalbond en legden we spelers onder contract.’ De nieuwe voetbalclub werd een instant succes. Honderdnegentig dagen na de heroprichting van de ploeg veroverde ze de periodetitel in tweede klasse. Het rood-wit van Indios maakte plaats voor het knalgroen van Bravos. Met mondjesmaat kwamen de mensen terug naar het stadion.

Ciudad Juárez? Het was alsof ze me vroegen om naar Irak te gaan. Maar mijn beeld van de stad veranderde toen ik hier kwam wonen.’ Miguel Fuentes

Geen lijken op straat

FC Juárez zorgde voor een primeur toen een van de investeerders, Alejandra de la Vega, de eerste vrouwelijke voorzitter ooit werd van een Mexicaanse voetbalclub. En dat in een stad die tot voor kort bekend stond als een van de meest vrouwonvriendelijke ter wereld. Sinds 1993 worden er immers jaarlijks tientallen vrouwen vermoord. De vrouwenmoorden in Ciudad Juárez zijn het onderwerp van tal van documentaires en films. Het is ook het centrale thema van de Amerikaanse versie van The Bridge. De titel van die serie verwijst naar de brug over de Río Bravo die het Amerikaanse El Paso verbindt met Ciudad Juárez. De serie werd zelfs opgenomen in deze streek.

Door de drugs- en vrouwenmoorden heeft de stad uiteraard een bepaalde reputatie. Het is dan ook niet verwonderlijk dat niet iedereen er even happig op is om naar de Noord-Mexicaanse stad te verhuizen. Toen aan trainer Miguel Fuentes, afkomstig van Guadalajara, gevraagd werd of hij zich in Ciudad Juárez wilde vestigen, vond hij dat niet zo evident. ‘Het was alsof ze me vroegen om naar Irak te gaan. Maar mijn beeld van de stad veranderde toen ik hier kwam wonen. Het enige wat weerklank vindt, is het slechte. De mensen denken dat er hier om de zoveel tijd lijken op straat liggen, maar dat is niet zo. Ik leef hier op mijn gemak.’ Voorzitter Talavera geeft wel toe dat het toch wat overtuigingskracht vergt om voetballers en hun gezin naar de club te halen. ‘Maar vanaf het moment dat je hen de stad toont en hen laat kennismaken met ons project, zijn ze verkocht. De spelers die hier het eerst waren, helpen ons om anderen te overtuigen.’

Ciudad Juárez begint er stilaan weer bovenop te komen, met voetbal als wekelijkse therapie. Of zoals de voorzitter het verwoordt op de website: ‘Blijf ons steunen met die grote liefde die zo typisch is voor grensbewoners. Na elke tegenslag richten we ons op en doen we voort. Als Bravos speelt, speelt heel Juárez!’

Copyright Diego Mancera/El Pais

Een aantal spelers van FC Juárez vieren een doelpunt. Voetbal als wekelijkse therapie.
Een aantal spelers van FC Juárez vieren een doelpunt. Voetbal als wekelijkse therapie.© BELGAIMAGE

Anti-Trumptoernooi

Opmerkelijk: FC Juárez speelde al eens een wedstrijd tegen een ploeg samengesteld uit leden van de Mexicaanse grenspolitie, de douane en de federale politie. ‘Wij geloven dat voetbal kan helpen om een gemeenschap te laten integreren’, vindt voorzitter Juan Carlos Talavera.

Een jaar geleden, toen Donald Trump net verkozen was tot Amerikaans president, wilden een aantal Mexicaanse tweedeklassers een breder initiatief uit de grond stampen. Bedoeling was een toernooi te organiseren, onder de noemer The Bridge, met een aantal clubs uit de MLS, zoals FC Dallas en Dynamo Houston. ‘Voetbal over de muur heen’ was het motto. Door problemen om de kalenders op elkaar af te stemmen kon het toernooi echter niet doorgaan. Het is niet bekend of er dit jaar een nieuw initiatief komt.

Op een nog hoger niveau is er natuurlijk de kandidatuur van Mexico, de Verenigde Staten en Canada voor het WK 2026, het eerste wereldkampioenschap waaraan 48 landen zullen deelnemen. De voetbalbonden uit de drie landen sturen daarmee ook een niet mis te verstane boodschap aan de president van de Verenigde Staten. Trump herhaalde onlangs nog eens dat de muur op de grens met Mexico er wel degelijk zal komen, maar vreemd genoeg zou hij ook achter de gezamenlijke kandidatuur met Mexico staan.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content