Clásico te koop (met korting)

© BELGAIMAGE
Alain Eliasy Journalist bij Sport/Voetbalmagazine

In Spanje nemen Barça en Real het tegen elkaar op in El Clásico. Frankrijk heeft zijn Classique tussen PSG en Marseille. En België heeft zijn eigen clásico tussen Anderlecht en Standard. Maar waarom kampt de Belgische versie sinds enkele jaren met een tanend enthousiasme?

Het affront staat op een doek van vijftig bij dertig meter. De kern van de boodschap is samengebald in hoofdletters: RED OR DEAD. Bijna dag op dag drie jaar geleden sterft de mythe rond Steven Defour een stille dood. Hij wordt onthoofd door een paar heerschappen die met hun gevoelens in de knoop zitten. Hun emoties ten aanzien van Defour balanceren tussen verraad, onrechtvaardigheid en walging. Het internet ontploft, de media gooien olie op het vuur. De realiteit overstijgt het script van de meest gedurfde fictiereeksen. Dat is althans de mening van veel voetbalanalisten. Het is niet gelogen: deze editie van Standard-Anderlecht heeft alle ingrediënten van de perfecte blockbuster. Het is een melodramatische clásico met twee hoofdpersonages. Steven Defour, de ex-aanvoerder van de Rouches die zijn heldenstatus moet afstaan en met rood van het veld wordt gestuurd, en Laurent Ciman, de beul van Anderlecht die een einde zal maken aan de titelaspiraties van de Brusselaars en als een icoon uit Luik vertrekt. Standard wint met 2-0. Sinds die beruchte match modderen ze wat aan in Luik en blijven ze steken in goede bedoelingen. Anderlecht won vorig jaar de titel, maar beleeft een van zijn slechtste periodes sinds mensenheugenis.

Het Standardbestuur werkt nauw samen met de supporters om een bisnummer van de Defourtifo te vermijden.

Doordeweekse match

Wordt de clash van komende zondag dus een flauw afkooksel van weleer? ‘Club Brugge- Anderlecht heeft de clásico voorbijgestoken, omdat Standard al jaren niet meer voor de titel speelt’, aldus Thomas Chatelle, die jaren de rechterflank van Anderlecht heeft afgedweild. ‘Van wanneer dateert de laatste Anderlecht-Standard die beslissend was voor de titel?’

De titelstrijd van 2009 geleden ligt nog vers in het geheugen. Toen besliste een strafschop van Axel Witsel, de man die een paar maanden eerder een aanslag had gepleegd op Marcin Wasilewski, de testmatchen. En er was de play-off 1-match van 30 maart 2014. Die dag krijgt leider Standard de gelegenheid om eerste achtervolger Anderlecht op acht punten te zetten. ‘De drive om kampioen te spelen was toen héél groot bij spelers, staf en supporters’, vertelt Dino Arslanagic, titularis tijdens de bewuste match. ‘Alles was aanwezig: er was spanning, er waren incidentjes, de nervositeit was voelbaar… Er hing toen duidelijk iets in de lucht. Op het veld was het nog erger. Ik zou het niet met woorden kunnen uitleggen wat er toen gaande was. Het was alsof we allemaal met een extra gewicht op onze schouders speelden.’

Een doelpunt van Mehdi Carcela beslist de match. In de eindspurt gaat het echter helemaal mis: Standard geeft zijn riante voorsprong weg en eindigt tweede na Anderlecht. Sindsdien gaat de clásico niet meer om de knikkers en daar heeft vooral Standard schuld aan. Het kijkspel met de Grote Drie Anderlecht, Standard en Club Brugge heeft al lang plaatsgemaakt voor een competitie die haar horizonten heeft verruimd. De vrijbuiters van de Jupiler League heten dit seizoen STVV, Antwerp, Excel Mouscron en in minder mate Charleroi. Standard houdt zich ergens in de luwte op en doet de clásico nog verder afglijden naar het statuut van doodgewone wedstrijd. Aangezien de clásico grijs wordt gedraaid, kampt die al een tijdje met een soort burn-out. ‘De play-offs hebben de clásico gedevalueerd. Vroeger werd er weken op voorhand naar die match toegeleefd. Dat is nu niet meer het geval’, denkt Ariël Jacobs, coach bij Anderlecht in de periode waarin Standard twee keer na elkaar de titel won. ‘Het lijkt alsof het een match als een andere geworden is.’

Een stelling waar Benjamin Deceuninck, co-presentator van La Tribune op RTBF, het mee eens is. Hij geeft net niet toe dat de openbare zender de waarde van de clásico kunstmatig hoog houdt. ‘Het blijft iets bijzonders, maar wanneer je er zelf tussenzit, voel je dat de opwinding minder is. Een schaars goed is veel waard. In het geval van de clásico is het niet meer zeldzaam, het is dus minder waard.’

Bij Telenet zijn ze karig met het vrijgeven van kijkcijfers, maar ze benadrukken dat de belangstelling voor alle topmatchen in stijgende lijn gaat. Blijkbaar spreekt de clásico de Vlaamse voetballiefhebber nog altijd aan. ‘Het gaat minder goed met Standard, maar de clásico blijft tot de verbeelding spreken’, zegt Bart Raes, presentator, commentator en adjunct-hoofdredacteur bij Play Sports. ‘Vraag aan een Anderlechtsupporter naar welke match hij uitkijkt en hij zal zeggen Standard. Dat is een overblijfsel van vroeger. Papa gaf zijn liefde mee aan zoonlief en daarna waren de kleinkinderen aan de beurt. De vraag is wellicht: hoe kijk je naar zo’n match? Als je oogkleppen ophebt, dan zul je concluderen dat de wedstrijd minder prestige heeft dan vroeger. Of je kunt het bredere plaatje zien. Het is onze taak als commentatoren, presentatoren en journalisten om geen rekening te houden met de waan van de dag. Wij mogen niet blind zijn voor de geschiedenis. En Anderlecht-Standard heeft zeker een rijke historie.’

Een beeld uit 1971: Paul Van Himst (Anderlecht) in duel met Christian Piot (Standard).
Een beeld uit 1971: Paul Van Himst (Anderlecht) in duel met Christian Piot (Standard).© BELGAIMAGE

Telenet dus als behoeder van een Belgisch voetbalpatrimonium. De omkadering, de technische middelen en de mankracht die er tegenaan worden gegooid zijn dezelfde bij pakweg Brugge-Gent of een andere topper. Bij Telenet beseffen ze dat de slag om Vlaanderen nog niet aan de enkels van de clásico komt. Bart Raes: ‘Als het de komende tien jaar bergaf blijft gaan met Standard, dan zal de clásico zijn uitstraling verliezen. Alleen in dat scenario kunnen de wedstrijden tussen Club en Gent de clásico inhalen.’

Het gaat minder goed met Standard, maar de clásico blijft tot de verbeelding spreken.

Bart Raes, presentator Play Sports

Door de sportieve verloedering van de twee clubs heeft de clásico een deel van zijn geloofwaardigheid verloren. Ook de kalendermakers, die de match in een overvol speelschema gepropt hebben, mogen zich aangesproken voelen. Standard moet vier matchen spelen op tien dagen, Anderlecht drie. ‘We weten op voorhand dat de mensen bij ons zullen afstemmen om de wedstrijd live te bekijken’, aldus Jean-François Remy, programmadirecteur bij VOO en BeTV. ‘De verwachtingen liggen altijd hoog, achteraf zijn we meestal ontgoocheld over de kwaliteit van het spel. De laatste twee, drie wedstrijden zijn zeker niet blijven hangen.’

Gevecht rond kerktoren

Illustere clásico-gangers verdenken de huidige generatie spelers van Anderlecht en Standard ervan de match te verwaarlozen. Dat was haast ondenkbaar in de jaren 80. Alex Czerniatynski, momenteel coach van FC Duffel in de tweede amateurklasse, beweert dat hij tijdens de clásico telkens een hevige adrenalineopstoot kreeg. ‘Ik werd geprikkeld door de sfeer die rond de wedstrijd hing en de ambiance in het stadion’, aldus Czerniatynski, die enkele seizoenen bij Anderlecht voetbalde en in 1988 twee keer scoorde voor Standard tegen zijn ex-club. ‘Vandaag missen de meeste spelers het heilige vuur om dit soort wedstrijden te spelen.’

Het gebrek aan bekommernis voor de clásico is geen toeval: de jeugd fladdert van de ene club naar de andere, de buitenlanders vormen een meerderheid in de kleedkamer en spelers zijn passanten geworden. Een deel van de harde kern beseft dat ze de spelers nu en dan op hun plichten moeten wijzen wanneer de clásico in zicht is. Grof genomen heb je in de huidige spelerskernen van de twee rivalen met Olivier Deschacht, Leander Dendoncker, Paul-José Mpoku, Réginal Goreux en Sébastien Pocognoli vijf spelers die de reikwijdte van de match perfect kunnen inschatten. ‘Laat een supporter van Standard paars dragen of verplicht een fan van Anderlecht iets roods aan te doen en ze worden er meteen misselijk van. Maar de meeste spelers vegen hun schoenen aan de clásico‘, denkt Jacky Munaron, die net als Czernia voor de twee clubs speelde. ‘Ik vraag mij af hoeveel van die jongens een correcte score zouden halen op een test over de clásico.’

Tot afgrijzen van veel supporters. Hoewel de opwinding minder voelbaar is dan andere jaren, zal Sclessin zoals gewoonlijk uitverkocht zijn. Veel Anderlechtsupporters geraakten niet aan een kaartje. ‘We hadden recht op zo’n 1100 tickets en ik moet zeggen dat de vraag zeker niet is afgenomen’, klinkt het bij Ludo Coninx, lid van van de Anderlechtste Fan Board en bestuurder bij supportersclub Paars-Witte Rakkers Rijkhoven. ‘Ik ken leden die geen abonnement hebben voor de thuiswedstrijden, maar wel de verplaatsing willen maken naar Luik. Ik zie wel een duidelijke opdeling: de Vlamingen zijn bezeten door Anderlecht-Club Brugge en in mindere mate de matchen tegen Genk, Gent en sinds dit seizoen ook Antwerp. De Franstaligen lopen storm voor de match tegen Standard.’

De opkomst van Sporting Charleroi heeft het landschap een beetje hertekend. De clásico zou weleens verdrongen kunnen worden door de Waalse derby. Luik en Charleroi, de twee machtigste steden ten zuiden van de taalgrens, claimen al enkele jaren de voetbalsoevereiniteit aan Waalse kant. Het is een uit de hand gelopen gevecht rond de kerktoren, aangevuurd door een nieuwe school fanatieke supporters aan beide kanten. De derby is intussen uitgegroeid tot een speelveld waar incidenten elkaar ijlings opvolgen. Aanhoudingen. Check. Een match stilleggen. Check. Provocerende spandoeken uithangen. Check. Jean-Luc Gillis, voorzitter van supportersclub Rouches de la Vallée du Geer, is dus niet verbaasd dat hij overstelpt wordt met aanvragen voor de verplaatsing naar Charleroi op 18 februari. ‘Bij uitwedstrijden krijg je normaal enkel de diehards mee, maar nu wil iedereen naar Charleroi gaan. Na de incidenten van vorig seizoen heeft het bestuur van Charleroi nagelaten om een deel van de schuld op zich te nemen om de gemoederen te bedaren. Het maakt dat de rivaliteit met Charleroi is aangescherpt. Je kunt zelfs zeggen dat er een kloof gaapt tussen de vijandigheid met Charleroi en Anderlecht.’

De clásico is in een gezapige sfeer gestrand.
De clásico is in een gezapige sfeer gestrand.© BELGAIMAGE

Het is alsof de twee historische rivalen nieuwe vijanden zoeken in hun eigen contreien. De Rouches focussen op Charleroi, de Brusselaars beloeren Club Brugge. ‘Voor mij was Anderlecht-Club altijd dé match van het seizoen’, zegt Marc Degryse. ‘Ik kan mij niet herinneren dat ik in mijn carrière een match heb gespeeld tegen een Standard dat meestreed voor de titel. Je hoeft enkel het palmares van de drie clubs te bekijken om in te zien dat Anderlecht en Club Brugge nummer één en twee zijn in België. Het verschil met Standard is véél te groot. Maar zelfs een clásico in een afgezwakte vorm, die niet meetelt in de titelrace, is een duel om naar uit te kijken.’

Standard speelt voor zijn leven tegen ons. Wij verliezen niet graag tegen Standard, maar de titel is veel belangrijker.

Frédéric Célis, voorzitter Purple Heart

Voor Milan Jovanovic is er geen twijfel mogelijk: de clásico staat boven de rest. ‘Anderlecht-Brugge en Standard-Brugge zijn zeker de moeite waard, maar de clásico is met voorsprong de belangrijkste match in de Belgische competitie. Toen ik bij Standard zat, merkte ik dat een overwinning tegen Anderlecht het beste medicijn was tegen allerlei kwalen. Ik hoop dat het binnen twintig jaar nog het geval zal zijn. Zelfs als een van de twee ploegen helemaal is weggezakt.’

‘Wij maken onze ‘vrienden’ van Standard wijs dat de match tegen Club onze hoogste prioriteit is. Puur om hen te jennen’, zegt Frédéric Célis, voorzitter van de Luikse supportersclub Purple Heart. ‘Uiteraard is de clásico belangrijker. Met dat verschil dat die van Standard voor hun leven spelen tegen ons. Wij verliezen niet graag tegen Standard, maar de titel is veel belangrijker.’

Paars truitje

Een deel van het publiek kan zich niet vinden in de clásico 2.0. Ze vinden de nieuwe versie te plat en te gepolijst. De terugkeer van Adrien Trebel naar de boorden van de Maas zou voor animo moeten zorgen. Maar in het geval Trebel lijkt de wedijver ten opzichte van de erfvijand onderschikt aan de aversie tegenover het moderne voetbal. ‘Je kunt de transfers van Defour en Trebel naar Anderlecht niet met elkaar vergelijken’, zegt Mario Bronckaerts, voorzitter van een supportersvereniging in Tienen. ‘Defour had een andere status bij ons dan Trebel. Vroeger zou ik mij wel kwaad hebben gemaakt bij een dergelijke transfer. Nu weet ik: dit maakt deel uit van het voetbal. Ik moet lachen als ik spelers zie die het clubembleem kussen. Uiteindelijk zijn ze maar op doorreis.’

De gezapige sfeer waarin de clásico gestrand is, wordt nog het best weerspiegeld door de manier waarop de clubbesturen met elkaar omgaan. Er is sprake van een normalisatie van de onderlinge relaties – de overgang van Trebel is daar het meest tastbare bewijs van. ‘Een clubbestuur moet te allen tijde rationeel handelen. Ook inzake transfers’, aldus David Steegen, persverantwoordelijke van Anderlecht. ‘Ik kan dus bevestigen dat wij min of meer met alle clubbesturen goed overeenkomen. En wij hebben ook baat bij een goede verstandhouding met Standard. Als de betrekkingen slecht zijn, sijpelt dat door naar de supporters.’ Toch zal Roger Vanden Stock om veiligheidsredenen wellicht niet afreizen naar Sclessin.

Uiteindelijk zijn het de harde supporterskernen die de clásico moeten oppoken. Zij hebben geen baat bij een uitdoofscenario. Het zou meteen kunnen verklaren waarom enkele waaghalzen van Anderlecht de vlag van PHK, een ultragroep opgericht in 2004, hebben gestolen in volle clásico. Die riskante operatie heeft de nijd tussen de twee clans nog meer aangewakkerd. Volgens de regels moet een ultraentiteit die zijn vlag kwijtspeelt de groep meteen ontbinden. Wat ook gebeurde. De vlag staat symbool voor het verleden, het heden en de toekomst van de groep. Het ventileert ook de waarden en identiteit van de kliek. De kidnapping werd dus aanzien als een zware vernedering. Hét ultieme bewijs dat de rancunes in beide kampen niet zomaar verdwenen zijn. ‘Ik verwacht geen onlusten’, zeg Frédéric Célis. ‘We worden zo goed omkaderd door de ordediensten dat ik geen schrik heb om naar Sclessin te gaan. Maar ik neem toch geen onnodige risico’s. Mij zul je nooit met een paars truitje door Luik zien flaneren.’

Clásico te koop (met korting)
© BELGAIMAGE

‘Folklore mag, haatboodschappen zijn niet oké’

Drie jaar geleden ging het anti-Defourspandoek over de tongen en was het voer voor debatten. De initiatiefnemers hadden hun actie echter slecht getimed: net na de aanslagen op Charlie Hebdo en de onthoofding van een Japanse gijzelaar door IS. Volgens Mario Bronckaerts, voorzitter van de Tiense supportersclub van Standard, wisten alle supporters dat er iets zat aan te komen. ‘Wij gingen naar het stadion om met onze eigen ogen te zien wat er zou gebeuren.’

De commentaren waren op dat moment unaniem: de makers waren over de schreef gegaan, ze zetten aan tot haat en ze rechtvaardigden zelfs terrorisme. Volgens de media had het voetbal zijn meest afschuwelijke gezicht getoond – een gezicht dat verdacht veel leek op dat van de mysterieuze ultra’s. Voor de media zat er niets anders op dan de noodtoestand uit te roepen. En vervolgens gingen ze als een emotionele rollercoaster tekeer.

In de kleedkamer en in de coulissen waren sommige spelers niet geschokt door de enscenering. Igor De Camargo, ex-ploegmaat van Defour, scoorde in die bewuste wedstrijd en zit jaren later nog met een dubbel gevoel. ‘Ik begrijp de supporters, maar ze zijn misschien iets te ver gegaan.’

De tifo ging de wereld rond, haalde zelfs het nieuws in Brazlilië, en verloor onderweg alle zin voor nuance. De BBC ging zelfs over tot censuur van de tifo. In supporterskringen zijn de meningen verdeeld. ‘Ik hoor supporters zeggen dat een tifo tot de folklore behoort’, aldus Frédéric Celis, voorzitter van Purple Heart Liège. ‘Ik heb niets tegen folklore, maar haatboodschappen verspreiden is niet oké.’

Of de zelfverklaarde auteur van het spandoek, een lid van de Ultras Inferno, schuldig was, daar leek niemand aan te twijfelen. Nadat hij in beroep ging, viel in oktober 2016 het verdicht: een stadionverbod van acht maanden en een boete van 400 euro. Sindsdien werkt het Standardbestuur nauw samen met de supporters om een bisnummer te vermijden.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content