‘Doelmannen worden nog steeds ondergewaardeerd, op uitzondering van Buffon’

François Colin breekt in zijn wekelijkse column een lans voor de meest ondergewaardeerde positie op het veld.

Real Madrid heeft als eerste club de Champions League twee keer op rij gewonnen. Cristiano Ronaldo was nog maar eens de hoofdverantwoordelijke voor de overtuigende overwinning tegen Juventus. De Portugees scoorde tien keer in de vijf wedstrijden van de kwart- en halve finales en de eindstrijd. Ronduit indrukwekkend.

Het was een mooie avond voor het voetbal, omdat de ploeg met de beste aanval van de belangrijkste Europese competitie het haalde van de ploeg met de beste defensie. De zwart-witte muur die in de twaalf eerdere partijen van het toernooi slechts drie keer werd doorboord, vertoonde in het Millenniumstadion vier gaten.

Opmerkelijk was hoe open de match met de hoogste inzet van het hele seizoen was in vergelijking met de wedstrijden uit onze play-off 1. Alsof onze topploegen geleid worden door slotenmakers in plaats van trainers.

Opvallend ook dat de meeste sympathie vooraf naar de Oude Dame uit Turijn ging. Dat had vooral te maken met de figuur van doelman Gianluigi Buffon, die op weg naar zijn veertigste verjaardag zijn palmares compleet kon maken.

Een doelman is nog steeds de meest ondergewaardeerde positie op het veld. Toen we jong waren en op straat voetbalden, werd de minste voetballer vaak in het doel – of juister gezegd, tussen twee stapeltjes kleren – gezet. In het moderne topvoetbal wordt hij nog steeds als de minst waardevolle pion op het veld beschouwd.

In de ranglijst van honderd duurste transfers uit de voetbalgeschiedenis staat slechts één doelwachter: Buffon is 24e, dankzij zijn overgang in 2001 van Parma naar Juventus voor 53 miljoen euro (al bestond de transfersom voor een deel uit de overstap van Jonathan Bachini van Juve naar Parma).

Het Zwitserse CIES Football Observatory berekent ieder jaar de huidige transferwaarde van spelers, niet alleen op basis van hun prestaties, maar ook van leeftijd en contractduur. In hun top 100 slechts vier portiers: Jan Oblak op 43 (59,8 miljoen euro), Thibaut Courtois op 46 (55,2 miljoen), David de Gea op 58 (48,8 miljoen) en Manuel Neuer op 67 (45 miljoen). Ter vergelijking: de duurste verdediger is Héctor Bellerín (70,3 miljoen), de duurste middenvelder Paul Pogba (155,3 miljoen) en de meest waardevolle spits Neymar (246,8 miljoen).

Een topspits wordt dus bijna vijf keer hoger ingeschat dan een topkeeper, terwijl de Engelse trainer Brian Clough al in de jaren zeventig doorhad dat een grote redding van een doelman op het scorebord dezelfde impact heeft als een doelpunt van een aanvaller.

Een doelman heeft echter de pech dat hij een fabelachtige wedstrijd kan spelen zonder een bal tegen te houden, omdat hij dankzij goed positiespel de hoeken zo kan verkleinen dat de aanvaller geïntimideerd raakt en naast of over schiet. Elke fout die een ballenvanger begaat, kan daarentegen de kop van het verslag in de krant worden.

Toen zo’n 25 jaar geleden de terugspeelbal werd afgeschaft, kreeg de laatste man eindelijk meer waardering … omdat hij van dan af beter moest kunnen voetballen. Doelmannen moeten voortaan met beide voeten een bal ver weg kunnen trappen. Bij sommige trainers hadden ze een decennium eerder al aan gewicht gewonnen, toen Johan Cruijff met Stanley Menzo een soort vliegende keeper introduceerde.

In het voetbal van zijn volgelingen als Pep Guardiola is de ‘sweeper keeper’ belangrijker dan ooit, omdat deze het mogelijk maakt dat de hele ploeg ‘hoog’ speelt. Om die reden stuurde de Catalaan een jaar geleden Engels international Joe Hart door bij Manchester City en verving hem door Claudio Bravo van zijn Barcelona, maar Bravo kreeg in het Etihad zijn naam niet waargemaakt.

The Citizens moesten op zoek naar een nieuw sluitstuk en de keuze viel vorige week op de Braziliaan Ederson, die voor 35 miljoen pond (ongeveer 40 miljoen euro) werd weggeplukt bij Benfica. In de Engelse pers wordt hij de duurste doelman aller tijden genoemd, omdat de pond in 2001 een stuk hoger stond en Buffon aan Juve slechts 33 miljoen pond kostte. Buffon blijft in onze ogen dus de duurste, maar het is duidelijk dat Engelse topclubs meer geld veil hebben voor een goede doelman.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content