Hamdi Harbaoui: ‘Ik ben geen loser’

© koen bauters
Pierre Danvoye
Pierre Danvoye Redacteur bij Sport/Voetbalmagazine

Een jaar geleden zorgde hij nog voor opwinding door in dit blad te verklaren dat René Weiler geen ballen aan zijn lijf had. Vandaag klinkt hij bijna lovend over de ex-trainer van Anderlecht. Hamdi Harbaoui heeft honger als een paard, en daar kan Francky Dury alleen maar van profiteren. Reconstructie van een mentale metamorfose.

Tijdens het interview bekent Hamdi Harbaoui (33) op een gegeven moment dat hij zich eerder in de Franse Ligue 1 zag dan in België. ‘Toen ik Tunesië verliet, ging ik testen in Frankrijk. Bij Marseille, nog elders. Een goeie club wilde me een contract geven, maar Espérance Tunis vroeg te veel geld. Ik heb toen gewacht tot op zes maanden van het einde van mijn contract. Toen mocht ik vertrekken. Daarop heb ik wat spullen gepakt en ben ik gaan testen in Moeskroen.’

Tien jaar later heeft hij nog een paar keer zijn koffers moeten maken. Na Moeskroen volgden Visé en Leuven, vervolgens de ontbolstering in Lokeren. Daarna was er Qatar, nog een keer Lokeren, een paar weken Udinese, Anderlecht, een uitleenbeurt aan Charleroi, vervolgens een terugkeer naar Anderlecht. Zijn (voorlopig?) laatste halte is Zulte Waregem.

Welke balans maak je op van je doortocht bij Anderlecht?

Hamdi Harbaoui: ‘Ik betreur dat het daar voor mij niet zo goed is gegaan. Dat gevoel zal ik daar altijd aan overhouden, als ik er later aan terugdenk. Dat weet ik nu al. Maar een smet op mijn carrière is het nu ook weer niet. Ik heb gevoetbald bij de grootste club van België, dat is een eer, en ik ben er trots op. In het leven kan je niet alles hebben. Er zijn momenten waarop je een keuze moet maken. Als je sportieve situatie niet is wat je wil, moet je de juiste beslissingen nemen, kiezen voor andere oplossingen. Dat is wat ik deed.’

Ik heb het met heel wat andere spelers over Dury gehad. En ik hoorde alleen maar positieve dingen.

Hamdi Harbaoui

Wat heeft Francky Dury gezegd om je te overtuigen naar Waregem te komen?

Harbaoui: ‘ Dury is voor mij geen onbekende. Hij is een coach die offensief voetbal wil, mooi voetbal, gericht op de aanval. Tenminste, dat laatste probeert hij. Dat alleen al bevalt me. We hebben dit seizoen met Anderlecht Zulte Waregem geklopt, ik heb toen zelfs gescoord, maar als iets me bijbleef uit die wedstrijd was het vooral het balbezit bij de tegenstander. In december zijn we rond de tafel gaan zitten en hij bleek een zeer enthousiaste babbel te hebben. Met heel wat andere spelers heb ik het ook over hem gehad. Jongens die hem kennen: Jérémy Taravel, Habib Habibou, Nill De Pauw, Onur Kaya. Van hen hoorde ik alleen positieve dingen.’

Weet je inmiddels waarom het bij Zulte Waregem dit seizoen minder draait?

Harbaoui: ‘Na een kleine twee weken met de ploeg ben ik gerustgesteld. Het talent is er, maar er zijn ook veel jongeren. Ik denk dat dát het voornaamste probleem is. Er was een moment waarop er hier misschien te veel spelers rondliepen van een zekere leeftijd. Nu is de balans in de andere richting doorgeslagen. Jongeren zijn een troef op bepaalde momenten, maar er zijn in een club ook situaties waarin je nood hebt aan ervaring. Er ontbraken een paar ‘kaderleden’ om de ploeg naar een hoger niveau te tillen en tijdens de wintertransferperiode is daar rekening mee gehouden. Ik ben gekomen, maar ook bijvoorbeeld Damien Marcq. Er was ook een afwerker nodig. Die handschoen wil ik opnemen.’

Op stage tegen Borussia Dortmund: 'Dury wil offensief voetbal. Dat bevalt me.'
Op stage tegen Borussia Dortmund: ‘Dury wil offensief voetbal. Dat bevalt me.’© koen bauters

Dat zei je ook al in de krant. Sommigen interpreteerden het als arrogantie. Een provocatie zelfs.

Harbaoui: ‘Daarmee provoceer ik toch niet? Ik ben al heel mijn voetballeven een afwerker, ik heb overal gescoord. Je moet een bepaalde rol aanvaarden. Ik hou ervan om mezelf doelen te stellen, qua goals. Daarvoor sta ik er. Niet dat ik mezelf onder druk zet, maar ik ben geen loser. Je moet geloven in wat je doet. Als ik al niet in mezelf zou geloven, wie gaat dat dan wel doen? Elk zijn karakter, zijn persoonlijkheid. Ik ben helemaal niet arrogant, ik ben geen kerel die alleen maar over zichzelf praat.’

Keuzes

Je beste periode was je eerste bij Lokeren. Toen bleef je drie seizoenen. Is dat geen bewijs dat je nood hebt aan stabiliteit?

Harbaoui: ‘Daar heb je een punt. Dat was inderdaad de beste periode uit mijn carrière. Ik won er twee keer de beker, werd er topschutter… Uiteraard besef ik dat en dat ik hier een contract van 3,5 jaar tekende, is omdat ik er zelf ook van overtuigd ben dat ik me ergens voor een tijdje moet settelen. Ik had ook een aanbieding uit Dubai, waar ik zeer goed kon verdienen. Alleen was dat maar voor één seizoen. En ik heb nog altijd dorst, wil nog winnen, werken aan mijn statistieken. Ik besef ook dat ik zo vaak ben veranderd van club, omdat ik nooit tevreden was met wat ik had, dat ik altijd iets anders zocht, iets nieuws wilde.’

Was Qatar een vals goed idee, of écht een goed idee?

Harbaoui: ‘Het was een mooie ervaring. Ik heb er goed verdiend. Ik heb in mijn carrière ook wel goede keuzes gemaakt, hoor.’

Laat ons even over een andere keuze praten: Udinese. Had je daar niet wat langer moeten doorbijten? Misschien kreeg je er weinig kansen, maar je hebt wel erg snel besloten om er te vertrekken.

Harbaoui: ‘Er zaten heel veel offensieve spelers in die kern en heel snel begreep ik dat sommige jongens voordelen kregen. Ik zei tegen mezelf: jongen, op die leeftijd kan je niet in een hoekje belanden. Elke week op de bank, alleen om te kunnen zeggen dat je in de serie A voetbalt, dat is niet mijn ding! Ik had zeer snel door wat de filosofie van de club was. Sommige jongens moesten in het uitstalraam worden gezet. En daar hoorde ik niet bij.’

Vorige zomer terugkeren naar Anderlecht, hoewel je wist dat René Weiler je niet erg apprecieerde, was dat een goed idee?

Harbaoui: ‘Uiteraard wilde ik terug, na die uitleenbeurt aan Charleroi. Ik was niet van plan om Anderlecht te verlaten na een nederlaag. Ik nam me voor om te proberen Weiler van het tegendeel te overtuigen. Langzaam leek dat te lukken, ik zag dat hij van mening begon te veranderen, dat ik stilletjes in zijn plannen sloop. Ik zei tegen mezelf: hij houdt van mijn manier van werken, ik verras hem. Dat was voor mij evenveel waard als een overwinning. Alleen, net op dat moment vertrok hij. Toen Hein Vanhaezebrouck de nieuwe coach werd, heb ik hetzelfde gedaan: geprobeerd om me te laten zien op de momenten dat ik mijn kans kreeg. Maar zeer vaak kwam die niet.’

Als je me vraagt of ik ga scoren voor Zulte Waregem, zeg ik ja. Gaat Anderlecht scoren? Geen idee. Dat is hun probleem.

Hamdi Harbaoui

Dus voor jou was Weiler beter gebleven…

Harbaoui: ‘Ja, zijn vertrek deed me verdriet. Ik vond het spijtig voor hem. Mijn gevoel is dat hij iets wilde proberen, maar dat hij uit alle hoeken onder druk stond. Op het einde was het beter dat hij vertrok.’

Toen hij je bekende dat hij van mening was veranderd tegenover jou, vond je dat moedig?

Harbaoui: ‘Ja.’

Een jaar geleden vond je nog dat hij weinig ballen aan zijn lijf had als het over jou ging.

Harbaoui: ‘Ja, maar de manier waarop hij me behandelde, apprecieerde ik helemaal niet. Ik heb nooit problemen met trainers gehad, ik ben geen voetballer die keuzes niet accepteert. Ik ben ook nooit een speler geweest die ruzie zocht als hij niet mocht meedoen. Maar ik sta er wél op dat men de dingen in mijn gezicht zegt zoals ze zijn. Heb je geen vertrouwen in mijn capaciteiten? Dat moet ik accepteren, geen probleem. Maar zeg het wel van man tot man. Ga geen dingen uitvinden.’

Hamdi Harbaoui: 'De bladzijde Anderlecht is omgedraaid.'
Hamdi Harbaoui: ‘De bladzijde Anderlecht is omgedraaid.’© koen bauters

Betreurde je later niet wat je zei?

Harbaoui: ‘Ik zat met diepe frustraties en uiteraard betreurt men altijd dat soort uitspraken.’

Teo

In het begin van het seizoen droomde je ongetwijfeld van de titel, van de Champions League, misschien zelfs van een rol als Gouden Stier. Zes maanden later moest je met Zulte Waregem tegen KV Mechelen knokken tegen de degradatie. Is het moeilijk om die wissel te maken, in een compleet andere realiteit te leven, met een andere ingesteldheid op het veld te komen?

Harbaoui: ‘Een voetballer moet zich snel kunnen aanpassen, maar je hoeft niet te gaan overdrijven. Anderlecht stond niet eerste toen ik er vertrok. De kloof met Club bedroeg toen dertien punten, het was verre van zeker dat ze opnieuw kampioen zouden worden. Ik trainde er graag, ik speelde er ook graag, en het had wat beter gemogen, maar die bladzijde is omgedraaid. Ik focus nu op een nieuwe club, een nieuwe uitdaging. Ik moest weg uit Brussel, ook al omdat ik snel wilde terugkeren naar de nationale ploeg. Dat kon alleen door te spelen. Door goed te voetballen en te scoren.’

Het WK speelde mee in je keuze?

Harbaoui: ‘Uiteraard. Ik was er de laatste interlands niet meer bij omdat ik te weinig speelminuten kon voorleggen. Dat was de reden.’

Lukasz Teordorczyk scoorde niet meer, Robert Beric keerde terug naar Saint-Etienne en Henry Onyekuru raakte geblesseerd en is nog maanden out. Isaac Thelin zit bij Waasland-Beveren, jij verhuisde naar Zulte Waregem. Wie gaat er nu voor Anderlecht scoren?

Harbaoui: ‘Dat is het probleem van de trainer, dat is het mijne niet meer. Ik koos voor een vertrek. Als je me vraagt of ik ga scoren voor Zulte Waregem, zeg ik ja. Gaat Anderlecht scoren? Geen idee. Dat is hun probleem.’

Wat is jouw analyse van het geval Teodorczyk? Maandenlang vliegt alles binnen en dan opeens lukt niks meer.

Harbaoui: ‘Ik vind het heel moeilijk om daar een uitleg voor te verzinnen, omdat ik nooit in zo’n situatie verzeilde. Het was ook de eerste keer dat het een van mijn ploegmaats overkwam, zo hard, zo’n contrast. Je kan periodes kennen waarin je veel goals maakt, makkelijk scoort, en daarna een terugval meemaken, met wat minder goals. Maar meestal lukt het ook dan nog wel, af en toe. Teo ging van alles naar niks, van helemaal wit naar honderd procent zwart. Bizar. Ik denk dat zijn probleem eerder psychologisch is, dat hij te veel forceert. Misschien zet hij zichzelf te veel onder druk of heeft het helemaal niks met voetbal te maken. Hij is de enige die het kan weten.’

Toen scoren een tijdje niet lukte, dacht je dan niet dat je een kans zou krijgen?

Harbaoui: ‘Uiteraard. Maar ik kon moeilijk rechtspringen van de bank en het veld op rennen zonder het akkoord van de trainer.

Wat voelde je toen? Frustratie? Woede? Onrechtvaardigheid? Haat?

Harbaoui: ‘Op zulke momenten gaat er van alles door je heen. Alles wat jij je kan inbeelden. Je wil positief blijven, ik herhaal wat ik net zei: ik ben geen voetballer die de confrontatie zoekt met zijn trainer of het bestuur. Wil je mijn visie op de concurrentiestrijd met Teo? Mijn antwoord is eenvoudig: ik begrijp, gezien de investering die Anderlecht deed, dat hij een voordeel kreeg tegenover mij.’

Durf

Had je ook niet gedacht dat Vanhaezebrouck de zaak sneller op de rails zou krijgen? Het is blijkbaar complexer dan verwacht?

Harbaoui: ‘Hein wil de ploeg een systeem opleggen dat helemaal het tegenovergestelde was van dat van Weiler. Dat was complex! Weiler wilde geen balbezit, maar profiteren van de tegenaanval. Vanhaezebrouck wil de hele tijd balbezit, domineren, negentig minuten lang. Dat moet je leren en daar een systeem voor ontwikkelen vraagt tijd.’

Zal het lukken?

Harbaoui: ‘Dat kan werken ja, als de spelers het begrijpen, accepteren en toepassen.’

Je zei daarnet dat je blij bent te kunnen werken met een trainer als Dury die aanvallend voetbal wil, maar ook in de manier van spelen van Weiler vond jij je draai. En dat is helemaal het tegenovergestelde.

Harbaoui: ‘Als men me de dingen uitlegt en ik krijg het vertrouwen, kan ik in om het even welk systeem performant zijn. Ik was goed bij Charleroi, waar iedereen moet lopen, verdedigen, en zonder ophouden vechten om de bal te veroveren. Ik heb me aangepast. Als je me vraagt om goals te maken, zal ik dat doen. Moet ik terugzakken en ballen recupereren, geen probleem. Denk bijvoorbeeld aan Peter Maes bij Lokeren. Ik kan niet zeggen dat alle spelers zijn manier van voetballen leuk vonden. Maes eiste van ons blokvorming, waarbij iedereen hard moest werken. Voor aanvallers was dat niet eenvoudig. Maar in België gaat het vaak zo. Je moet dat accepteren en aan de slag gaan. Hier verkiezen alle trainers een voorzichtig systeem, niet gericht op de aanval. Uiteindelijk is dat alleen iets wat Club Brugge doet, en Genk, bij tijd en wijlen. In dit kampioenschap is het gedurfd om uit je kot te komen.’

‘Ik blijf de zwarte kat van de nationale ploeg’

Het WK speelde mee in je beslissing om voor Zulte Waregem te kiezen. Hoe schat je de kansen op een selectie voor Tunesië in?

Harbaoui: ‘Nu zeg ik: 70 procent dat ik erbij ben. Alles zal afhangen van wat ik bij Zulte Waregem presteer.’

Je hebt een moeilijke relatie met dat elftal. Drie jaar bleef je weg na een harde clash. Je noemde de trainer incompetent en zijn trainingen catastrofaal. Er was geen discipline en de medische staf stelde niks voor. Je vergeleek de nationale ploeg zelfs met een wijkploeg…

Harbaoui: ‘Oké, toegegeven, dat was er misschien wat over. Ik heb dat allemaal gezegd na de Afrika Cup in 2013. Op dat moment zei ik wat ik dacht, met de bedoeling dingen te doen bewegen. De voetbalbond eiste excuses, voor ik terug kon keren. Daarop heb ik gezegd: dat zou zeer bizar zijn, me excuseren omdat ik de waarheid zeg. Ik heb dat dus geweigerd. Als ik het had gedaan, was ik een grote leugenaar en zou mijn imago daar onder hebben geleden. Daar was dus geen sprake van.’

Je strafte er wel jezelf mee…

Harbaoui: ‘Uiteraard! Maar was ik de schuldige? Ze hadden de échte schuldigen moeten straffen. Ik wilde dat we terug serieus aan de slag gingen. Dat is inmiddels gebeurd en ik heb opnieuw mijn mening gegeven, voor de camera’s. Ik heb daar gezegd: ‘Als men excuses wil, hier zijn ze, misschien ben ik wat te hard geweest. Maar ik doe niks af aan de inhoud van wat ik zei.’ Alleen over de vorm wilde ik gas terugnemen. Ondertussen werd ik al opnieuw geselecteerd en ik heb kwalificatiewedstrijden gespeeld. Maar binnen de selectie blijf ik een zwarte kat.’

Ben je dan zo’n rebel?

Harbaoui: ‘Neen, ik ben géén rebel. Ik zeg wel de dingen zoals ze zijn, ik ben geen struisvogel.’

Wat waren de reacties in je land na de loting in Moskou?

Harbaoui: ‘Panama moeten we kloppen, zeggen de Tunesiërs. En dan moeten we iets proberen te halen tegen Engeland of België. In één match kan alles. Weet je nog hoe lastig de Belgen het in Brazilië hadden tegen Algerije? Wij zijn van hetzelfde kaliber.’

In Brussel waren ze beducht voor Marokko, uit vrees voor rellen. Een wedstrijd tegen Tunesië kan ook voor hete standjes zorgen, neen?

Harbaoui: ‘Maar neen! Herinner je de vriendschappelijke wedstrijd tegen Tunesië voor afreis naar het WK in Brazilië. De enige incidenten die avond waren de hagelbollen die uit de lucht vielen. Tunesiërs zorgen voor sfeer, maar nooit voor problemen. Wij hebben geen publiek dat dingen vernielt, zoals onze vrienden de Marokkanen…’

‘Mijn Ferrari was een bevlieging’

Kom je naar Waregem in je Ferrari?

Hamdi Harbaoui: ‘Neen, die is al lang niet meer uit de garage geweest. Misschien verkoop ik die auto wel. België is geen land voor Ferrari’s. Het regent de hele tijd en overal staan snelheidscamera’s. Die aankoop was een bevlieging. Eens gek doen. Ik heb altijd gedroomd van een rode Ferrari en kocht er eentje in Qatar. Maar toen ik hem had, was de charme weg.’

Je groeide op in een bescheiden milieu. Kreeg je negatieve reacties uit je entourage, toen je de auto kocht?

Harbaoui: ‘Die auto zou ik nooit naar Tunesië meenemen. Om eerlijk te zijn: mijn ma weet niet eens dat ik er eentje heb. Ze zou het niet accepteren.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content