Patrick Orlans (KVO): ‘Businesswise zitten we bij de G5’

© BELGA
Chris Tetaert Vaste medewerker Sport/Voetbalmagazine

De algemeen directeur van KV Oostende, dat voor het eerst naar Europa mag, praat over het groeipotentieel van de kustploeg.

Toen Patrick Orlans destijds bij Eendracht Aalst directeur was, pakte de club in 1995 als nieuwkomer meteen een Europees ticket, maar in 2002 ging het in vereffening en degradeerde naar derde klasse. Een scenario dat hij niet mogelijk acht bij KV Oostende. ‘De situatie is niet te vergelijken. In Aalst waren er geen fundamenten. De grootste troef van KVO is de eigenaar/voorzitter die zot is van zijn ploegje. De middelen zijn niet ongelimiteerd, maar door Marc Coucke kunnen we wel een tegenslag verwerken. En: hij heeft hier een structuur neergezet. Er is slechts één raakpunt tussen KVO en Eendracht van het seizoen 1994-1995: Yves Vanderhaeghe pakte dat jaar óók een Europees ticket… samen met mij.’ (lacht)

Toch betekent het Europese ticket voor KVO niet meteen een financiële voltreffer. Elke deelnemer aan de poulefase van de Europa League ontvangt 2,6 miljoen euro, maar in de voorrondes zijn de inkomsten – een paar honderdduizend euro – peanuts. Toch heerst er binnen de club enorm enthousiasme. Orlans legt uit: ‘Omdat het, na de eerste bekerfinale in de clubgeschiedenis, opnieuw een primeur is. Een mooi cadeau voor onze supporters, spelers en medewerkers. Dit zal de club op alle vlakken een boost geven, al heeft Luc Devroe op sportief vlak momenteel de moeilijkste job: wie vertrekt en wie komt in de plaats? Ik heb er alle vertrouwen in. We kunnen momenteel alles aan. Het was, zelfs met de verloren bekerfinale, een perfect seizoen. Héél emotioneel.’

Vorig seizoen sloot de commerciële ploeg af op 7 miljoen inkomsten. Kan de kustploeg nog verder groeien? Orlans: ‘De commerciële omzet steeg dit seizoen opnieuw met 20 procent. De 1800 vip-zetels waren voor een derde van de wedstrijden uitverkocht, 1200 was het absolute minimum. Businesswise zitten we bij de G5, al gaan we volgend seizoen nieuwe initiatieven ontwikkelen, telkens gericht op een bepaald doelpubliek: bouwcorner, reiscorner, horecacorner, havencorner. Bedrijven kan je persoonlijk aanspreken, individuele supporters niet.

Ik merk dat Oostende meeleeft. Als ik naar het Wapenplein ga, dan komen mensen mij de hand drukken, maar dat betekent nog niet dat ze ook naar het stadion komen. We speelden voor een gemiddelde van 7900 fans, nu willen we ook de resterende plaatsen – ongeveer 600 – in de tribune vullen. Dat is een werkpunt. En, toegegeven: we hadden verwacht dat het ons sneller zou lukken.’

Lees het volledige interview met Patrick Orlans in onze Plus-zone of Sport/Voetbalmagazine van woensdag 7 juni.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content