Timmy Simons: ‘Nu meer jongens met een individuele actie’

© BELGAIMAGE

Eerst een Europese kwartfinale, meteen daarop het bezoek van Anderlecht. Er komen voor Club Brugge belangrijke weken aan. Aanvoerder Timmy Simons maakt in Sport/Voetbalmagazine enkele parallellen met de kampioensploeg uit 2005.

Timmy Simons: “Qua eenheid van team en teamspirit zijn er parallellen met die ploeg. De Cock en Meunier, Englebert en Vormer, Ceh en Vázquez of Refaelov: daar zijn gelijkenissen. Maar nu hebben we nog een extraatje, meer jongens met een individuele actie, die een wedstrijd die vast zit kunnen beslissen. Vázquez, Gedoz, Izquierdo. Storm, Tuur. In 2005 zat het zeer goed met het team en de looplijnen, maar jongens die zuiver één-op-één een actie konden maken, waren er minder dan nu.”

S/VM: En het verschil Sollied-Preud’homme, ligt dat in iets meer aanpassen aan de tegenstander?

“Ik denk dat we nu die dingen proberen uit te spelen waarmee we de tegenstander pijn kunnen doen. Onder Sollied deden we ze pijn door onze looplijnen. Nu heb je naast de normale manier nog een extraatje. Hun persoonlijkheid is ook wat anders. Michel is karakter, passie, vuur. Trond was rustiger, liet veel aan ons over.”

S/VM: Zou jij een trainer kunnen zijn zoals Preud’homme?

“Ik denk niet dat ik als hoofdtrainer… Geen ‘zin’ is een verkeerd woord, maar ik zie het me niet doen. Het kan misschien nog komen, maar nu denk ik (blaast): ik ben al twintig jaar altijd onderweg, hotel in, hotel uit. Zo lang mogelijk voetballen is de boodschap. Ik heb geen zin om al een trainerscursus te volgen. Ik heb zelfs geen trainersdiploma’s.”

S/VM: We hebben na de bekerfinale je palmares eens bekeken: van 2002 tot 2008 elk jaar prijs, een beker of een titel. Nu weer een beker. Wat houdt dat in: winnen?

“Moeilijke vraag… (denkt na) Mentale sterkte speelt mee, maar dat is slechts één van de aspecten. Zo snel mogelijk uit een mindere periode komen, dat ook. En daar sterker uitkomen. Na het drieluik Kortrijk-Lokeren-Gent, toen we één op negen haalden, zijn er een paar wedstrijden geweest waarin we op achterstand kwamen, maar die we toch omdraaiden. Besiktas twee keer zelfs. Die weerbaarheid.

“Wat nog? (denkt na). Zelf haat ik verliezen. In alles. Het kleinste partijtje op training. De context is ook belangrijk. Om te winnen moet je in een goeie ploeg zitten, een ploeg met maturiteit, met structuur, discipline. Een goeie mix tussen ervaring en jong talent, wat frivoliteit ook. En lang samen spelen: hoe langer je met elkaar voetbalt, hoe beter je elkaar aanvoelt. Dat merken we nu ook. Er is op een paar posities gewisseld, elke ploeg doet dat, maar geen acht op één seizoen. En dat was voordien wél het geval. De eerdere successen bij Club, de goeie periode bij PSV, toen was dat ook zo. Altijd acht, negen jongens die in de basis bleven en dan kwam er wat bij, uit de jeugd, of een transfer. Ga onze ploeg maar na.”

Lees het hele interview deze week in Sport/Voetbalmagazine.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content