Vier redenen waarom de Morkovenaar er wél in zal slagen. En één (jammer genoeg voor hem) heel belangrijke reden waarom hij even goed ‘slechts’ als zevende kan eindigen.
Alle analisten en wielerfans hebben er de mond van vol. Nu Alberto Contador (dopingschorsing) en Andy Schleck (geblesseerd) in Luik niet aan de start van de Tour zullen staan, ligt de weg naar het podium – en zeker een derde plaats – open voor Jurgen Van den Broeck. Realistisch of utopisch? Vier redenen waarom de Morkovenaar er wél in zal slagen. En één (jammer genoeg voor hem) heel belangrijke reden waarom hij even goed ‘slechts’ als zevende kan eindigen.
1) Voorbereiding was af De trainer van Jurgen Van den Broeck, Marc Lamberts, zei het vorig jaar nog in Sport/Voetbalmagazine: “Mocht Jurgen evenveel fysiek talent hebben als Lance Armstrong, dan wint hij ook zeven keer de Tour. Hij is mínstens even fanatiek als The Boss.”
Naar eigen zeggen is VDB elke dag van het jaar bezig met zijn ambitie om ooit op het Tourpodium te staan. Daar moet alles en iedereen voor wijken. En daarbij ziet hij ook geen enkel detail over het hoofd. Om de overtollige winterkilo’s te beperken zat de Lottokopman van half november tot eind januari elke dag vóór het ontbijt drie kwartier tot een uur op de rollen. Elke minuut waarin Van den Broeck niet op de fiets zit – ook ’s nachts -, draagt hij steunkousen die de recuperatie bevorderen. En voor het slapen gaan, wrijft hij zijn benen in met een balsem die spierstijfheid tegengaat. “Je bent professioneel of je bent het niet…”, zegt VDB.
Net dat bezorgt hem de gemoedsrust die hij nu opnieuw bij de start van de Tour bezit. Weten dat je er álles voor gedaan hebt, is een onbetaalbaar gevoel en geeft hem een mentale voorsprong op veel van zijn concurrenten.
De trainingsessies die Van den Broeck zonder een enkele hapering heeft afgewerkt, zullen weinigen hem dan ook nadoen. Al verschillende ploegmaats gingen met de Antwerpenaar mee op stage en reden zichzelf kapot. In totaal heeft de Lotto-Belisolrenner de jongste maanden zo’n 100.000 hoogtemeters in de benen – 13.000 meter dan vorig jaar. Ter vergelijking: dat zijn ongeveer 62 (!) beklimmingen van de Mont Ventoux. Of elf keer de hoogte van de Mount Everest overwinnen…
2) Conditioneel top
Die trainingen moeten natuurlijk ook uitmonden in goeie prestaties, en die heeft Van den Broeck de voorbije weken meermaals geleverd. Derde in de Ronde van Catalonië, waar hij bergop, zeggen volgers, met voorsprong de beste was, en vijfde in de Dauphiné Libéré, waar hij samen met Cadel Evans de enige was die Bradley Wiggins en zijn Skytrein bergop kon volgen. Sindsdien is Van den Broeck nog twee kilo afgevallen – tot zijn ultrascherp Tourgewicht van 69 kilo – waardoor hij bergop nog drie procent meer watt per kilogram trapt, dé ultieme waardemeter in de cols.
Conditioneel staat hij minstens even sterk als vorig jaar, en toen sms’te VDB tijdens de Tour geregeld naar zijn trainer, met de melding dat hij zeker op het podium zou staan. Tot de fameuze val… Als de Kempenaar nu recht blijft, zullen héél weinig renners hem bergop los rijden.
3) Tijdrit verbeterd
Deze Tour, met honderd tijdritkilometers, zal echter vooral in drie races tegen de klok beslist worden. En ook daar heeft Van den Broeck grote progressie gemaakt. In de Dauphiné finishte hij zelfs mooi als elfde, zes plaatsen beter dan vorig seizoen, en op slechts een halve minuut van Cadel Evans.
Ook dat is het gevolg van keihard werken. Terwijl VDB de voorbije jaren, bij wijze van spreken, amper tien keer op een jaar met zijn tijdritfiets trainde – voor de Tour hoefde dat gezien het beperkte aantal tijdritkilometers toch niet -, dreef hij dat de voorbije maanden op tot tien keer per maand. Daardoor raakte de Lottorenner veel beter gewend aan de specifieke tijdrithouding. Ook alle rollensessies gebeurden op die Ridleyfiets, die volgens zijn mecanicien Chris Van Roosbroeck bovendien een pak aerodynamischer is dan de Canyon van vorig seizoen.
Van den Broeck heeft van Van Roosbroeck, de vroegere rechterhand van Lance Armstrong, ook geleerd om betere lijnen te rijden in de bochten, wat hem, net als het nieuwe elektronische versnellingsapparaat heel wat secondenwinst moet opleveren. Al die details samen maken dat de Kempenaar mentaal veel sterker aan een tijdrit begint.
4) Het nog grotere belang van details
Herman Frison, de ploegleider bij Lotto-Belisol, gaat mee in VDB’s zoektocht naar perfectie en schreef de voorbije maanden tijdens de verkenningen van de bergritten niet alleen alle details op, maar filmde nog eens alle belangrijkste klimmen én afdalingen. Die beelden zal Van den Broeck voor de rit nog eens goed bestuderen. Het parcours zal hem dus alleszins niet verrassen.
Net zoals de hele Lotto-Belisolentourage er op zal toezien dat de Antwerpenaar geen onverwachte hongerklop krijgt of uitgedroogd raakt. Trainer Marc Lamberts heeft voor zijn poulain zelfs een speciale sportdrank ontwikkeld, met de juiste suiker- en elektrolytenconcentratie, aangezien VDB veel vocht verliest en dat absoluut moet opgevangen worden. Elke rit zullen soigneurs en ploegleiders langs de kant van de weg staan om Van den Broeck de juiste bidons te bezorgen. Details die het verschil kunnen maken tussen stek drie en vijf.
Het slechte nieuws
Voor u een maandloon inzet op een podiumplaats van de Kempenaar, een heel belangrijk feit: ondanks de progressie die Van den Broeck in het tijdrijden boekte, zal hij in de meer dan 100 kilometer tegen de klok moeten onderdoen voor specialisten als Bradley Wiggins, Cadel Evans, Levi Leipheimer, Denis Menchov, Ryder Hesjedal of Chris Froome. Zelfs klimmers als Robert Gesink en Vincenzo Nibali hebben een heel goede tijdrit in de benen.
VDB gaf in de 53 kilometer lange tijdrit in de Dauphiné, ondanks zijn elfde plaats, nog altijd 2 minuten 12 seconden toe op Wiggins. Eenvoudig gerekend wordt dat in de Tour vier minuten tijdsverlies (100 kilometer tijdrijden), en niet veel minder op Evans, want die is na de Dauphiné nog sterk verbeterd. Ook op de andere specialisten zal het verschil wellicht een paar minuten bedragen. Met die bemerking dat in de laatste tijdrit in de Tour eerder de frisheid van belang is, meer dan de specifieke hardrijderscapaciteiten.
Hoe dan ook zal Van den Broeck seconden en wellicht minuten moeten goedmaken in de cols. Aangezien het niveau van alle toppers tegenwoordig zo dicht bij elkaar ligt, wordt dat niet eenvoudig. Bovendien verwachten veel waarnemers een vrij gesloten koers, gezien het sterke Team Sky met tempobeulen als Michael Rogers, Richie Porte, Chris Froome, Edvald Boasson Hagen van begin tot eind alles zal controleren.
Tenzij ze zichzelf overschatten, in de derde week zonder benzine vallen, en de Tour in de Pyreneeën volledig explodeert. Wie weet wat er voor VDB dan mogelijk is. Maar dat is (wellicht) wishful thinking.
Jonas Creteur
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier