Rit 10 in de Tour: Naar het dak van de Tour: Escaldes-Engordany – Revel

© Belga Image
Jonas Creteur
Jonas Creteur Sportredacteur bij Knack.

Daags na de rustdag in Andorra moeten de renners direct de Port d’Envalira naar boven, met zijn 2.408 meter het dak van de Tour. Een hele dag in bed konden ze zich vandaag dus niet permitteren.

Daags na de rustdag in Andorra moeten de renners direct de Port d’Envalira naar boven, met zijn 2.408 meter het dak van de Tour. Een hele dag in bed liggen zullen ze zich dus niet kunnen permitteren als ze op deze klim niet geparkeerd willen staan. Weliswaar een loper – slechts 5,5% gemiddeld – maar de lengte (22,5 kilometer) en de hoogte kunnen verroeste benen wel afsnijden.

Jacques Anquetil ondervond het in 1964 toen hij, in een soortgelijke rit, op de top van de Envalira vier minuten achterstand telde op rivaal Raymond Poulidor. Dat had verschillende oorzaken: voor de Tour had waarzegger Marcel Belline in de krant France Soir aangekondigd dat de viervoudig Tourwinnaar “in de buurt van Andorra” een dodelijke val zou maken.

De bijgelovige Monsieur Chrono, die al zijn hele leven een grote schrik had dat hij jonger zou sterven dan zijn vader, werd er de hele Tour door gekweld. Poulidors fans deden er zelfs een schepje bovenop door hem het artikel met Bellines voorspelling op te sturen, inclusief bijschrift: ‘Opgeruimd staat netjes’.

Jacques Anquetil
Jacques Anquetil© ImageGlobe

Om zijn gedachten te verzetten ging Anquetil met zijn vrouw Janine op de rustdag in Andorra naar een barbecue. Een foto van een rokende Maître Jacques met een sangria in de hand daags erna in de krant zwengelde de geruchten aan dat hij een hele nacht had gefeest, maar volgens ooggetuigen vertrok een vrij nuchtere Anquetil op een aanvaardbaar uur naar zijn hotel.

Weliswaar nog altijd gekweld door Bellines voorspelling. En dus stond de Normandiër de volgende ochtend aan de start alsof hij, zo vertelde ploegleider Raphaël Geminiani, “op zijn vuurpeloton stond te wachten”. Een lijkbleke Anquetil had zich ook niet opgewarmd en daarvan maakten Poulidor en Federico Bahamontes gebruik om op de Envalira meteen aan te vallen.

De wijzer van Monsieur Chrono bleef stilstaan, maar een ploegmaat en Geminiani sleurden hem naar de top, waar volgens de legende zijn sportdirecteur hem een bidon champagne, als ultiem reddingsmiddel, zou hebben aangereikt. Later ontkracht door zijn vrouw Janine en door Anquetil zelf, in een interview met de Belgische journalist Luc Van Loon. “Ik had me voor die rit niet ‘geprepareerd’. Dat heb ik in volle koers nog moeten doen…”

Bovendien legde Maître Jacques Bellines predictie naast zich neer en gooide hij zich als een steen naar beneden, in de dikke mist. Anquetil haalde Poulidor weer bij en liep zelfs nog twee en een halve minuut uit op Poupou, die zélf twee keer gevallen was, onder meer toen een mecanicien hem te wild op gang had geduwd na een wielbreuk.

Weer een kans voor Van Avermaet

Zich laten verleiden door waarzeggers en barbecues is voor de klassementsrenners in deze tijd geen optie meer, dus zullen ze zich allicht koest houden – op de top van de Envalira rest er immers nog 168,5 kilometer. Voor de baroudeurs is deze rit echter een van de weinige kansen op succes.

De vraag is: hoeveel ruimte krijgen zij? Want ook punchers als Greg Van Avermaet en Peter Sagan zullen deze etappe aankruisen. Op 8,8 kilometer voor de aankomst in Revel ligt immers de côte de Saint-Ferréol, 1,8 kilometer aan 6,6%, waarna een bochtige afdaling van vier kilometer volgt en drie vlakke kilometers tot de eindstreep.

Een ideale springplank, maar dan moet BMC het peloton wel samenhouden. En is dat verenigbaar met de klassementsambities van Porte/Van Garderen?

Een voordeel voor Van Avermaet is dat Alberto Contador is uitgevallen en Tinkoff misschien wel zal meehelpen, in dienst van Sagan. Beter dan Kittel, Greipel en Cavendish zal die immers de Envalira verteren. Of wie weet gaat de wereldkampioen zelfs al mee in de aanval vanop die eerste col, om halfweg de etappe al de groenetruipunten aan de tussensprint mee te pikken.

Solo van Vino

Een aanval vanop de laatste côte (de Saint-Ferréol) succesvol afronden is alleszins mogelijk. Dat bewees Alexandre Vinokourov in 2010, aan de finish had hij zelfs 13 seconden over op Cavendish en Petacchi. Een move die de Astanarenner via sms werd aangeraden door Eddy Merckx. De Kannibaal kende immers het terrein, want rond het meer van Saint-Ferréol, inclusief de côte, had hij op weg naar zijn eerste Tourzege in 1969 een tijdrit gewonnen.

Opvallend, dat advies van Merckx, want Vino was toen een controversieel figuur, drie jaar nadat hij in de Tour op bloeddoping was betrapt. Maar, zwoer de Kazak: “Ik ben 100 procent clean nu. Dit het tweede mooie moment van mijn comeback, na mijn zege in Luik-Bastenaken-Luik.” Een overwinning die hij… gekocht had.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content