Zondag 3 juni – Ned 1 – 22.15u
De Deense schrijver Hans Christian Andersen (1805-1875) heeft heel wat bekende sprookjes op zijn actief, maar het sprookje dat de Denen tot collectieve waanzin dreef werd exact twintig jaar geleden geschreven door een bende voetballers.
Een bende, dat leek aanvankelijk de adequate omschrijving van het Deense nationale elftal op het EK van 1992. De Denen hadden zich niet eens weten te kwalificeren voor dat EK, ze hadden in hun voorrondepoule Joegoslavië moeten laten voorgaan. Maar omdat er in Joegoslavië ondertussen een burgeroorlog was uitgebroken, werd er tegen dat toenmalige Balkanland een boycot uitgevaardigd. Dat gebeurde vrij laat, een tiental dagen voor de start van het EK. Dat betekende ook dat vervanger Denemarken niet meer dan een week had om zich voor te bereiden.
Denemarken was dus voorbestemd om het lelijke eendje van het toernooi te worden. Het verhaal ging dat de spelers her en der van het strand hunner vakantiebestemming moesten geplukt worden en in zeven haasten overgevlogen werden naar gastland Zweden. Dat verhaal van een bende vakantiegangers wordt in deze documentaire wel ontzenuwd door doelman Peter Schmeichel. Hij vertelt hoe het werkelijk verlopen is. Ook zijn teammaats Brian Laudrup, Flemming Povlsen, Henrik Larsen en Anderlechtverdediger Henrik Andersen komen aan het woord.
Hoe dan ook: de Denen verrasten vriend en vijand door zich samen met Zweden te kwalificeren voor de halve finales, vóór Engeland en Frankrijk, de andere landen in hun poule. En dan volgde de halve finale tegen Oranje, waar deze Nederlandse documentaire uitgebreid op ingaat. Marco van Basten en Hans van Breukelen blikken terug op een bewogen wedstrijd. Nederland onderschatte Denemarken, maar wist toch tweemaal een achterstand weg te werken. En dan kwamen de strafschoppen… Van Basten miste en Van Breukelen wist er geen enkele te stoppen. Voor Oranje begonnen jaren van penaltytrauma’s, terwijl de Denen doorstootten naar de finale. Daarin wisten ze ook nog eens favoriet Duitsland te verschalken. Het lelijke eendje was een zwaan geworden. (PM)
