Stoffel Vandoorne (Formule E): ‘Ik wil niet tot elke prijs terug naar de Formule 1’

© Getty Images
Emilien Hofman Journalist

Aan de vooravond van zijn tweede seizoen in de Formule E blikt Stoffel Vandoorne vooruit, maar kijkt hij ook terug op enkele bewogen jaren in de Formule 1. ‘Voor het publiek is het heel moeilijk om te weten wat zich binnen het team afspeelt.’

Stoffel Vandoorne houdt van wielrennen. Soms rijdt hij mee met profs die, net als hij, in Monaco wonen. ‘Vroeger reden we eerder in de richting van Italië, maar gezien de chauffeurs daar als gekken rijden, blijven we nu liever in Frankrijk. Daar zijn de hoogteverschillen ook voldoende groot.’ Vandoorne is gekleed in een wit T-shirt met lange mouwen, jeans en rode baskets. Geïnstalleerd op een terras in de haven van Monaco, op wandelafstand van het appartement van zijn vriend Jérôme d’Ambrosio, oogt de rijder ontspannen. Het zijn de laatste dagen voor het begin van het nieuwe Formule E-seizoen, waar Vandoorne zijn avontuur bij Mercedes verderzet. In november 2018 verliet hij de paddocks van de Formule 1, na een pijnlijke ervaring bij McLaren.

De Formule 1 is een fake wereld waarin iedereen goed met elkaar opschiet, maar vooral zijn eigen belangen te verdedigen heeft.’ Stoffel Vandoorne

Heb je één jaar na je debuut in de Formule E je zin in het rijden teruggevonden?

Stoffel Vandoorne: ‘Ik wou altijd blijven rijden. Het is wel zo dat ik na de periode McLaren niet meer zo verliefd was op de sport als in het begin. Het is een goede zaak geweest dat ik in de Formule E terechtgekomen ben, in een meer ontspannen omgeving waar ik meer plezier beleef aan wat ik doe. Het heeft me deugd gedaan om na twee moeilijke jaren opnieuw enkele resultaten neer te zetten. De liefde voor de sport is terug.’

Je hebt nooit veel losgelaten over je passage bij McLaren, maar op een dag zei je wel dat je die situatie aan niemand toe wenste.

Vandoorne: ‘Als je jong bent en droomt van de Formule 1, denk je dat er niks beters bestaat op de wereld. In termen van prestaties heb ik de twee slechtste jaren van McLaren beleefd: zelfs als ik de beste wedstrijd van het jaar reed, eindigde ik veertiende. Als je in de Formule 1 de wagen niet hebt, kan je niet veel doen. Politiek gezien draaide het ook niet echt fantastisch in het team, het was een echte crisis.’

PROFESSIONEEL BLIJVEN

Je hulde je destijds in stilzwijgen. Heeft die loyale houding je geen nadeel berokkend?

Vandoorne: ‘In de antwoorden die je geeft, moet je correct blijven tegenover je team, en niet zozeer tegenover jezelf. Dat was misschien niet ideaal…’

Was dat iets wat je jezelf oplegde of waren het teamorders?

Vandoorne: ‘Een beetje van de twee. Wat verandert het uiteindelijk als je zegt dat de zaken niet opschieten?’

Misschien kon je zo wel op gelijke hoogte komen met Fernando Alonso?

Vandoorne: ‘Niet noodzakelijk.’

Omdat het Fernando Alonso is?

Vandoorne: ( aarzelt) ‘Ik heb geen enkele spijt van wat ik in het team gedaan heb. Ik ben altijd heel professioneel gebleven. Dus ik denk niet dat dat veel zou veranderd hebben.’

Veel waarnemers vinden dat Alonso – voornamelijk in de media – vriendelijk tegen je was om zelf bovenaan de pikorde te kunnen blijven, iets wat hij ook al in zijn vorige teams deed.

Vandoorne: ‘ Fernando is altijd een beetje zo geweest. Ik heb nooit problemen met hem gehad, nu waren er altijd twee, drie goed geplaatste personen binnen het team die er zorg voor droegen dat alles verliep zoals Fernando het wilde. Hij kreeg altijd wat hij wou.’

Ten koste van jouw situatie?

Vandoorne: ‘Ja, ( nerveus lachje) maar ik kon de andere teamleden niet naar mijn hand zetten.’

Op een bepaald moment noemde Alonso je de mentaal sterkste ploegmaat met wie hij ooit gewerkt had. Hij vermeldde er wel bij dat hij je 21 keer verslagen had.

Vandoorne: ‘Dat verbaast me helemaal niet van Fernando.’

De hiërarchie was duidelijk?

Vandoorne: ‘Ja, maar dat was niet alleen zijn fout, maar ook van het team, dat hem al die steun en macht gaf. Elke rijder zou geprofiteerd hebben van extra materiaal om beter te presteren dan zijn ploegmaat.’

Voormalig F1-piloot Thierry Boutsen vond het jammer dat je ondanks alle moeilijkheden nooit je echte talent hebt kunnen tonen door Alonso voor te blijven. Begrijp je wat hij wil zeggen?

Vandoorne: ‘Ik begrijp dat volledig, omdat het voor het publiek moeilijk is om te weten wat zich binnen een team afspeelt. Ja, op papier ben ik nooit voor Alonso geëindigd. Maar ik ben er van al zijn teamgenoten wel het dichtste bij gekomen, zelfs vlak achter hem. Als we eerste en tweede plaatsen hadden behaald, zou niemand iets gezegd hebben. Het probleem was dat we twaalfde en dertiende werden. Daardoor was de perceptie heel slecht.’

Heeft men je ooit gevraagd om niet voor Alonso te eindigen?

Vandoorne: ‘Het team heeft me nooit gezegd dat ik niet vóór hem mocht eindigen, maar in de wedstrijd vroegen ze me wel om hem te laten passeren. Dat deden ze bijna altijd.’

AGRESSIEF

McLarenbaas Zak Brown zei na je vertrek dat hij je graag wat agressiever had gezien. Wat denk je daarover?

Vandoorne: ‘Aan de ene kant vraagt hij me om geen rel te schoppen in het team en niets te onthullen in de media. Langs de andere kant verwijt hij me dat ik te weinig agressief ben. Ik respecteer hun beslissing om zonder mij voort te gaan, maar die uitspraak… Ik ben altijd professioneel geweest met het team, ik heb nooit gezegd hoe het werkelijk gegaan is.’

Waarom niet?

Vandoorne: ‘Ik had op dat moment geen zin om daarover te praten. Het ging niet altijd over McLaren, het ging over de hele sport. Het is niet professioneel om te gaan rondvertellen wat er echt gebeurd is.’

Zelfs als velen spreken over sabotage.

Vandoorne: ( schudt het hoofd, stamelt daarna) ‘Je wil het niet weten.’

De hypocrisie van de sport op hoog niveau?

Vandoorne: ‘Uiteindelijk is dat normaal in een business waar grote sommen geld in omgaan. Het is een beetje een fake wereld waarin iedereen goed met elkaar opschiet, maar vooral zijn eigen belangen te verdedigen heeft. In de Formule E, LMP1 of WEC vind je op dit moment het pure racen: daar kom je om te rijden, niet om aan politiek te doen.’

Was je te zachtaardig voor de wereld van de Formule 1?

Vandoorne: ‘Ik zat niet in de positie van Fernando Alonso, tweevoudig wereldkampioen. Ik was een rookie, had nog alles te bewijzen. Als ik een Grote Prijs had gewonnen of een podiumplaats had gepakt, dan zou ik meteen meer invloed gehad hebben.’

In de herfst van 2018, na McLaren, praatte je nog met een andere renstal. Welke?

Vandoorne: ( aarzelt) ‘Ik heb met verschillende teams contact gehad, maar het is niet doorgegaan om financiële en politieke redenen: ik paste niet in de plannen van sommige teamleden.’

Bij McLaren kon je voor het eerst in je leven niet winnen. Hoe heb je die druk ervaren?

Vandoorne: ‘Het is een andere aanpak wanneer je niet meespeelt voor de overwinning. Bij McLaren startte ik met de idee dat ik niet veel te verliezen had. Op die manier was er soms zelfs niet genoeg druk. Ik gaf me voor de volle honderd procent, maar de adrenaline ontbrak.’

LE MANS

Heb je nu het gevoel dat je je imago moet oppoetsen?

Vandoorne: ‘Ja, want die twee jaar bij McLaren hebben me op dat vlak geen goed gedaan. Het belangrijkste is nu om het goed te doen in de Formule E. Ik geloof dat Mercedes me de mogelijkheid zal geven om te vechten voor goede resultaten. Dan zullen de mensen zich de rijder herinneren die ik was, de winnaar van kampioenschappen. Ik ben nog altijd dezelfde rijder, maar ik heb de laatste jaren niet het materiaal gehad om dat te bewijzen.’

Je ploegmaat Nyck de Vries werd kampioen in de Formule 2. Wat moeten we denken van het feit dat hij meteen overstapt naar de Formule E in plaats van de Formule 1, zoals veel van zijn voorgangers?

Vandoorne: ‘Er zit niet echt een boodschap achter, denk ik. Formule 1 blijft het grootste kampioenschap, Formule E zit daar net onder. Die heeft de laatste vijf jaar een gigantische groei gekend, is enorm geprofessionaliseerd en door het grote aantal constructeurs worden er meer en meer rijders aangetrokken. Het is de toekomst en dus zeer interessant voor jonge rijders. Nyck had niet echt mogelijkheden in de Formule 1, en dan is dit de beste optie. Het kan nooit kwaad om bij een constructeur als Mercedes te zitten.’

Stoffel Vandoorne in actie tijdens de E-Prix van Mexico City: 'De Formule E is een van de meeste competitieve kampioenschappen waar ik al in gereden heb.'
Stoffel Vandoorne in actie tijdens de E-Prix van Mexico City: ‘De Formule E is een van de meeste competitieve kampioenschappen waar ik al in gereden heb.’© GETTY

Sommigen vinden de Formule E té politiek correct, zonder echte sportieve uitdaging.

Vandoorne: ‘Het is een van de meeste competitieve kampioenschappen waar ik al in gereden heb. Veel rijders hebben ervaring in de Formule 1, anderen hebben een palmares waarmee ze zeker in de F1 zouden terecht kunnen. Meer en meer constructeurs zien ook toekomst in de FE.’

In juni van dit jaar maakte je een uitstap naar de 24 uur van Le Mans, waar je Jenson Button verving. Hoe kwam dat?

Vandoorne: ‘Ik praatte al een tijdje met SMP Racing omdat ik in 2015 kampioen werd in de GP2 met hun technisch team, ART Grand Prix. Voor hen was het dus logisch om aan mij te denken. We hebben erover gepraat om Sebring ( Florida, nvdr) te rijden, maar uiteindelijk viel de keuze op Spa en Le Mans. Het was een super ervaring die we konden afsluiten met een derde plaats in Le Mans. Voor ons voelde dat als een overwinning: onze wagen had nog nooit het einde van een race van zes uur gehaald zonder technische problemen, laat staan 24 uur. We hebben intelligent gereden en de motor gespaard. Dat was het beste wat we konden doen in de strijd tegen Toyota.’

Bij McLaren vroegen ze me tijdens de wedstrijden om Alonso te laten passeren.’ Stoffel Vandoorne

Je had je minutieus voorbereid.

Vandoorne: ‘Het viel erg laat in mijn programma, en ik had geen enkele ervaring, maar ik voelde me meteen op mijn gemak met de besturing en het rijgedrag van de wagen. Toch blijft het een specifieke wedstrijd omdat ze zo lang duurt, dus het meeste werk verzet je eigenlijk in je hoofd. ’s Avonds, thuis, heb ik tientallen uren naar onboards en nachtelijke opnames gekeken om te zien hoe ik bepaalde dingen moest aanpakken, hoe ik de wagen kon beschermen. Ik heb in die periode niet veel series gezien.’ ( lacht)

Zien we je daar in de toekomst nog terug?

Vandoorne: ‘Mogelijk. SMP gaat het WEC-seizoen ( World Endurance Championship, nvdr) niet rijden, dus er ligt nog niets vast op dit moment.’

TESTRIJDER BIJ MERCEDES

Wat zijn je doelen voor het komende seizoen in de Formule E?

Vandoorne: ‘Ik ben zeer ambitieus. Na een jaar ervaring opdoen, wil ik mijn prestaties op een hoger niveau tillen, en ik denk dat ik de middelen zal hebben om dat te doen. Misschien niet meteen in het begin van het seizoen, maar op middellange termijn doen we mee in de top van het klassement. En verder kijk ik ongeduldig uit naar de nieuwe circuits van Londen en Jakarta. ‘

Blijf je testrijder voor Mercedes?

Vandoorne: ‘Zeker tot het einde van het seizoen 2019 en in principe ook in 2020. Mercedes kan profiteren van mijn twee jaar ervaring in de Formule 1 en voor mij is het niet slecht om in contact te blijven met het wereldje. Als er zich in de toekomst mogelijkheden voordoen om terug te keren, zal het via dit team zijn.’

Hangt dat eveneens af van je komende seizoen in de Formule E?

Vandoorne: ‘Honderd procent. Het is niet alleen mijn doel om terug te keren naar de Formule 1, ik wil vooral mijn imago opnieuw opbouwen. Maar ik wil niet tot elke prijs opnieuw naar de Formule 1: ik heb de F1 gekend in moeilijke momenten en ik heb geen zin om zoiets nog eens mee te maken.’

Niet meer denken aan het gevaar

Na het overlijden van Anthoine Hubert in augustus in Stavelot uitte Charles Villeneuve forse kritiek op de rol van de simulator. Die geeft volgens hem geen goede impressie van het gevaar. Stoffel Vandoorne is het er niet mee eens. ‘Mijn perceptie van gevaar is dezelfde in een simulator als op het circuit, ik ga mijn manier van rijden niet veranderen. Bepaalde rijders maken gebruik van een ongeval om te versnellen en iets te proberen, anderen vertragen om het te vermijden. Het is de benadering die anders is, niet de notie van gevaar.’

De veiligheid van de wagens is de afgelopen jaren goed geëvolueerd, zegt Vandoorne. ‘In die mate dat je praktisch niet meer aan het gevaar denkt. Je denkt vaak dat het ultra safe is, dat er niets kan gebeuren. Als er dan toch een ongeval gebeurt, is dat een shock voor iedereen. Persoonlijk heb ik het gevaar nooit gewaargeworden.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content