Het is een illusie dat sport de droom van een vredelievende multiculturele samenleving kan realiseren.

© Belga Image

François Colin ziet met de Zuid-Afrikaanse kapiteinsband voor Kolisi, als eerste zwarte speler, een voorbeeld voor de rest van de wereld, maar nuanceert ook: ‘Is het niet gewoon een jongenssprookje?’

Eén van de meest beklijvende sportmomenten van het jaar was het interview met Siya Kolosi, nadat zijn Zuid-Afrika zaterdag voor de derde keer wereldkampioen rugby was geworden. De aanvoerder van de legendarische Springboks was passioneel en inspirerend: ‘Deze ploeg heeft verschillende achtergronden en telt meerdere rassen, maar had slechts één doel. We bewezen dat we alles kunnen bereiken als we samenwerken.’

Woorden die de Regenboognatie kon gebruiken nadat woensdag twee blanken (een Belg en een Nederlandse vrouw) vermoord werden door een stel gangsters, die te horen hadden gekregen dat er geen werk voor hen was.

Apartheid heeft ook zijn sporen nagelaten in de Zuid-Afrikaanse sport. Niet alleen omdat er tot diep in de 20ste eeuw gescheiden gesport werd, maar ook omdat de twee populairste sporten een tegenovergestelde fanbasis hebben. Het voetbal is een zwarte sport, het rugby was blank. Is en was, want het is opmerkelijk dat het voetbal in grote mate een zwarte sport is gebleven, terwijl het rugby zijn deuren heeft opengegooid.

Het WK rugby van 1995 is een cruciaal moment in de geschiedenis van het nieuwe Zuid-Afrika. Eén jaar na de verkiezing van Nelson Mandela tot president mocht de Regenboognatie niet alleen voor de eerste keer deelnemen aan het derde WK rugby, maar het ook organiseren.

In de aanloop naar het evenement werd de breuk in de Zuid-Afrikaanse samenleving nog maar eens blootgelegd. Een jaar voor de openingswedstrijd werd de thuisploeg in Pretoria in een oefeninterland weggeblazen door Engeland. De blanke toeschouwers juichten voor de Springboks. De schaarse gekleurde fans supporterden voor Engeland.

John Carlin vertelt in zijn boek ‘ Playing the Enemy: Nelson Mandela and the Game that Made a Nation‘ hoe diep de haat voor de Springboks zat bij de zwarte bevolking. De Boks werden als één van de symbolen van Apartheid gezien. De Nationale Sportraad besliste unaniem om het embleem en het geel-goudenshirt af te schaffen. Het Zuid-Afrikaanse rugbyteam zou voortaan de Proteas heten. Dat was in de jaren ’70 van de vorige eeuw de naam van de SA Rugby Football Federation, de bond die de competitie van gekleurde teams organiseerde.

Het is een illusie dat sport de droom van een vredelievende multiculturele samenleving kan realiseren.

Mandela werd op de hoogte gebracht en trok in sneltreinvaart naar de bijeenkomst. Hij zag in het WK een unieke mogelijkheid om eenheid in het land te brengen dat al decennia verscheurd was door raciale problemen. Het was dé gelegenheid om het ‘nieuwe’ land aan de wereld te tonen. Van die dag af heette het: ‘ One team, one country‘.

Mandela nodigde aanvoerder François Pienaar uit op de thee en legde hem zijn plan uit. De Bokke waren met verstomming geslagen toen ze van hun kapitein hoorden dat ze clinics moesten geven in de townships, waar de jongetjes alleen interesse bleken te hebben voor Chester Williams, de enige gekeurde speler van het team.

Bondscoach Rassie Erasmus kreeg vorig jaar een team in handen waar de kleedkamer totaal verziekt was door raciale spanningen. Hij had de geniale ingeving om van Siya Kolisi de eerste gekleurde aanvoerder van de legendarische Springboks te maken en, zoals Mandela, de spelers duidelijk te maken dat wit, zwart en gekleurd het samen moeten doen.

Zijn moeder was pas 16 toen ze Siya op de wereld zette. Hij werd in een township opgevoed door zijn grootmoeder, die in zijn armen stierf toen hij 12 was. De schoolmeester kocht eten en tandpasta voor hem en hij sprak geen woord Engels toen hij rugby begon te spelen. Niet iedereen in Zuid-Afrika was gelukkig met de beslissing hem tot leider van de Boks te benoemen. Kolisi en zijn blanke vrouw worden op de sociale media nog dagelijks bedolven onder racistische beledigingen.

Dat hij de eerste donkere Zuid-Afrikaanse aanvoerder is die de Webb Ellis Trophy in de lucht mocht steken, is een jongenssprookje. Siya Kolisi is een rolmodel voor duizenden jongetjes op het meest zuidelijke land van het Afrikaanse continent en de wereldbekerwinst zal de Regenboognatie een paar dagen in een roes brengen. Maar, net zoals in 1998 toen Frankrijk wereldkampioen voetbal werd, zal helaas al snel blijken dat het een illusie is dat de sport de droom van een vredelievende multiculturele samenleving kan realiseren.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content