Is Dániel Tözsér een speler voor Anderlecht?
Zeker is dat de Brusselse scouts hem de voorbije maanden intensief hebben gevolgd. In de eerste plaats omdat hij als speler van wie het contract afloopt een financiële opportuniteit is. Want over zijn kwaliteiten bestaat weinig twijfel: zij zijn, net als zijn gebreken, na drieënhalf jaar voetballen in de Jupiler Pro League voldoende bekend.
Tözsér arriveerde in de zomer van 2008 in Genk als een klassieke nummer tien. Een sierlijke stylist met een prima traptechniek. In zijn eerste seizoen, onder Ronny Van Geneugden, speelde hij lang niet altijd. Slechts vier keer maakte hij de negentig minuten vol. Pas onder diens opvolger Hein Vanhaezebrouck voelde hij vertrouwen. Frankie Vercauteren liet hem daarna vanuit een teruggetrokken positie voetballen. Hij ontdekte Tözsérs grote volume en leerde hem lopen. Een box-to-boxspeler was geboren.
Gaandeweg paste de bij AEK Athene weggehaalde Hongaar zich aan aan het harde Belgisch voetbal met zijn vele duels en verdedigende spel, iets waarmee hij aanvankelijk grote problemen had. Als naar voren gerichte middenvelder was hij zich van geen defensieve taken bewust, tegenstanders liet hij zomaar in zijn rug lopen. Tözsér was een mooie voetballer, geen harde werker. Vergelijkbare commentaren waren hem uit Griekenland vooruit gesneld.
Voor een offensieve rol lijkt Töszér niet meer in aanmerking te komen. Daarvoor mist hij snelheid, wendbaarheid en dribbelvermogen. Hij heeft veel tijd en ruimte nodig om creatief te zijn. Daarom moet hij achter de bal kunnen spelen. Keerzijde van zijn ontwikkeling is dat hij door zijn offensieve verleden een mindere verdediger blijft dan pakweg Lucas Biglia, de Argentijn van wie hij volgens krantenberichten de opvolger zou kunnen zijn. Maar kan hij dat wel?
Biglia zet veel druk én is een uitstekende voetballer aan de bal. Die combinatie is veeleer zeldzaam. Tözsér zet minder druk, maar zijn traptechniek is dan weer beter. Bij Anderlecht mogen veel vrije trappen en hoekschoppen worden genomen. Daarin zou hij zich er kunnen onderscheiden. Maar als balafpakker schiet hij tekort. Tözsér heeft een aanjager naast zich nodig (zoals David Hubert in het Genkse kampioensjaar). Biglia ís de aanjager van Anderlecht. Tözsér naast Biglia, op de positie van Sacha Kljestan, is een optie. Tözsér in de plaats van Biglia vermoedelijk niet.
Opmerkelijk is Ariël Jacobs’ boontje voor Tözsér. Gevraagd naar zijn top drie van beste spelers uit de eerste seizoenshelft, zette de Anderlechttrainer hem onlangs op twee, achter Vadis Odjidja, maar voor Matías Suárez. Anderlecht zou Mogi Bayat al hebben ingeschakeld om het pad te effenen voor een transfer. Bayat geldt sinds afgelopen zomer zowat als de huismakelaar van Genk.
Jan Hauspie
Deze week in Sport/Voetbalmagazine: het volledige verhaal over Daniél Tözsér
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier