Opinie: Nu of nooit voor Tom Boonen

© AFP

Opvallend, hoezeer Tom Boonen de voorbije weken het belang van de Omloop Het Nieuwsblad probeerde te relativeren.

“Ik ben er nooit een grote fan van geweest.” “Het belang van die koers wordt overschat.” “De buitenlandse ploegen liggen er niet wakker van.” “Ik zou het er met Patrick Lefevere eens over moeten hebben hoe belangrijk het voor onze ploeg is.”

Na al die jaren heeft Boonen ondervonden dat zelfs een zege in de Belgische openingsklassieker zijn seizoen niet maakt. De Kempenaar behoort immers tot de kleine categorie toprenners voor wie dat niet voldoende is. Zie maar hoe iedereen vorig jaar over een mislukt voorjaar sprak, terwijl hij wel een WorldTourkoers als Gent-Wevelgem op zijn naam geschreven had. “Als ik elk jaar een koers van dat kaliber zou kunnen winnen, dan teken ik direct”, zegt Ronde van Vlaanderenwinnaar Nick Nuyens. Maar Nuyens is Boonen niet. Zelfs in 2007 werd zijn seizoen als ‘niet slecht’ omschreven en toen won de Quick-Steprenner Kuurne-Brussel-Kuurne, Dwars door Vlaanderen, de E3 Prijs én de groene trui in de Tour. Maar dus geen klassieker en daar wordt hij (nog altijd) op afgerekend. Dat beseft Boonen maar al te goed.

Zijn probleem is echter dat daar in zijn geval ‘slechts’ drie koersen voor in aanmerking komen: Milaan-Sanremo, Ronde van Vlaanderen en Parijs-Roubaix. En dus is het zaak om vooral naar die klassiekers te pieken en om niet té vroeg té goed zijn. Volgens Boonen de verklaring waarom hij de Omloop nog nooit kon winnen, al behaalde hij wel al driemaal een topvijfplaats (5e in 2003, 2de in 2005, 3de in 2007). Niet toevallig in de beginjaren van zijn carrière. Maar toen liep de jonge Boonen nog “warm voor die koers.” Want, zegt hij, “toen was alles nog belangrijk en ging alles veel meer vanzelf dan nu.”

Niettemin lijkt deze Omloop, meer dan de voorbije jaren, een scharnierpunt te worden. Na anderhalf jaar vol blessures, pech en valpartijen wil de ex-wereldkampioen per se bewijzen dat het briesje uit Balen weer een tornado geworden is. Boonen lijkt weer de scherpte en gretigheid van enkele jaren geleden te hebben teruggevonden. In die zin is die moeilijke periode misschien geen slechte zaak geweest. Anders was de honger bij de vroegrijpe Kempenaar te vroeg gestild, terwijl de 31-jarige Boonen nu spreekt om nog minstens enkele seizoenen op topniveau te presteren.

Boonen als topfavoriet

Een deel van de twijfels heeft de Kempenaar in Argentinië en Qatar alleszins al verbannen en zaterdag kan hij zichzelf helemaal geruststellen door voor de eerste keer Gent-Gent te winnen. Meer dan de afgelopen seizoenen is hij ook dé topfavoriet.

Om verschillende redenen: van alle kanshebbers heeft Boonen al de meeste competitiekilometers in de benen, met én de Tour de San Luis én de Rondes van Qatar en Oman. Hij kon zich ook in ideale weersomstandigheden warmdraaien, in tegenstelling tot de renners die in vriestemperaturen de Ster van Bessèges en de Trofeo Mallorca afwerkten. “Een verschil van tien procent”, zegt Stijn Devolder. Bovendien wordt er zaterdag goed weer voorspeld – 9 graden en vrij zonnig – waardoor de aanpassing voor de renners die uit het Midden-Oosten komen, een stuk vlotter zal verlopen als vorig jaar toen het peloton in hondenweer de Vlaamse Ardennen moest doorkruisen.

Daarenboven lijkt niemand van de deelnemers nu al beter in vorm dan Boonen. Ook Philippe Gilbert niet, die net als ploegmaat Thor Hushovd bewust wat langzamer onder stoom wil komen, gezien het bijzonder drukke wielerjaar. Fabian Cancellara maakte in Qatar en Oman – waar hij 9e werd op Green Mountain – wel al een bijzonder goede indruk, maar de Zwitser is er in Gent niet bij.

Ook met de verkouden Edvald Boasson Hagen – dit seizoen al elf keer top tien, waaronder een sprintzege in de Ronde van Algarve – gaf een heel belangrijke concurrent forfait. De Noor was misschien wel de enige renner die Boonen na een lastige wedstrijd van 200 kilometer had kunnen bedreigen in een groepssprint. De kans dat het daarop uitdraait is immers niet klein, gezien het mooie weer en de voorspelde noordoosten/tegenwind in de finale die het aanvallers als Juan-Antonio Flecha – altijd goed in de Omloop – moeilijk zal maken om alleen of met zijn tweeën voorop te blijven.

Zeker omdat Boonen eindelijk weer over een sterke ploeg beschikt die de koers kan controleren en hem kan afzetten in de laatste rechte lijn: Gert Steegmans lijkt herboren, medekopman Sylvain Chavanel is eindelijk verlost van zijn rugproblemen en sterk op dreef, Gerald Ciolek won vorige week nog een rit in de Ronde van Algarve… De Quick-Stepploegleiding kan het zich zelfs permitteren om Nikolas Maes, een van de uitblinkers in Qatar, op te sparen voor zondag.

Palmares opvullen

Bovendien beseft Boonen dat hij zaterdag wellicht meer kans maakt dan zondag in Kuurne, waar André Greipel en wereldkampioen Mark Cavendish, die niet starten in Gent, hun zinnen op gezet hebben. Dat zelfs de nieuwe Tom Boonen in een échte massasprint tegen hen niet opgewassen is, bleek onder meer al in Qatar en Oman. Tenzij hij met zijn ploeg de koers zodanig hard kan maken dat beide topsprinters nog voor Kuurne overboord gegooid worden. Maar gezien het bijzonder hoge vormpeil dat zeker Greipel in Oman etaleerde, lijkt die kans vrij klein.

Boonen krijgt dus een uitgelezen kans om een hiaat in zijn palmares op te vullen. Gezien zijn status zou het zonde zijn mocht een renner van zijn kaliber er nooit in slagen de vaderlandse openingsklassieker te winnen, iets waar andere Belgische grootheden als Philippe Gilbert, Peter van Petegem, Johan Museeuw, Eddy Planckaert, Roger De Vlaeminck, Freddy Maertens, Herman Vanspringel en Eddy Merckx wel een of meerdere keren in slaagden.

Maar wil hij zijn blazoen écht volledig oppoetsen, dan moet Boonen hoe dan ook wachten tot 17 maart, 1 april of 8 april. Pas als hij op een van die dagen wint, zal wielerminnend België weer helemaal aan zijn voeten liggen.

Door Jonas Creteur

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content