Phelps met eerste individuele goud in 200m wisselslag

Michael Phelps won zijn 20ste gouden medaille op de 200 meter wisselslag, voor Ryan Lochte. Tyler Clary was de beste op de 200m rugslag, Lochte werd daar derde. Rebecca Soni zwom een wereldrecord.

De Amerikaan Michael Phelps heeft de twintigste olympische medaille (waarvan zestien gouden) in zijn carrière veroverd. Phelps zwom naar het goud op de 200 meter wisselslag in een tijd van 1:54.27. Het was het eerste individuele goud voor de Amerikaan in Londen, nadat hij eerder goud had gewonnen met de Amerikaanse 4x200m-ploeg. Phelps eindigde voor zijn landgenoot Ryan Lochte (1:54.90) en de Hongaar Laszlo Cseh (1:56.22). Hij bleef 27 honderdsten boven het wereldrecord van Lochte en slechts 3 honderdsten boven zijn eigen olympisch record. Met zijn titel wordt Phelps de eerste zwemmer ooit die drie opeenvolgende keren goud pakt in dezelfde discipline. Eerder slaagden er al twee vrouwen in dat huzarenstukje. De Australische Dawn Fraser won zowel in 1956, 1960 als 1964 de 100m vrije slag, terwijl de Hongaarse Krisztina Egerszegi de 200m rugslag won in 1988, 1992 en 1996. De Nederlandse Ranomi Kromowidjojo won goud op de 100 meter vrije slag in een nieuw olympisch record van 53.00. De Wit-Russin Aliaksandra Herasimenia won zilver, voor de bronzen Chinese Tang Yi. De 21-jarige Kromowidjojo volgt op het palmares de Duitse Britta Steffen op, die zich niet kon plaatsen voor de finale. De Amerikaanse Rebecca Soni heeft haar olympische titel op de 200m schoolslag verlengd, met een nieuw wereldrecord van 2:19.59. Ze is de allereerste vrouw ooit die onder de 2:20 dook, nadat ze in de halve finales woensdag het wereldrecord op 2:20.00 had gebracht. De 25-jarige Soni is ook de eerste vrouw in de geschiedenis die haar olympische titel verlengt op deze afstand. Het zilver ging donderdag naar de Japanse Satomi Suzuki in 2:20.79, en het brons naar de Russin Iulia Efimova, die met 2:20.92 een nieuw Europees record zwom (oud: 2:21.62 van de Servische Nada Higl op 31/07/2009 in Rome). De Amerikaan Tyler Clary is olympisch kampioen geworden op de 200m rugslag, in een tijd in de finale van 1:53.41. De Japanner Ryosuke Irie werd tweede in 1:53.78, en de Amerikaanse titelverdediger Ryan Lochte derde in 1:53.94. Clary, brons op het WK 2011 in Shanghai, profiteerde van het instorten van Lochte op het einde van de wedstrijd. Lochte is de wereldkampioen van 2007 en 2011 op deze afstand. Zijn brons is z’n vierde medaille in Londen, na het goud op de 400m wissel en de 4x200m vrij, en het zilver op de 4x100m vrij.