Roddick: ‘Het is burgeroorlog in de ATP’

© AFP

Het rommelt in de tenniswereld. Modale spelers klagen het almaar grotere geldgewin van toppers aan.

Afgelopen zondag kwam het toernooi van Indian Wells tot een einde. Eigenaar Larry Ellison had voor een verrassing gezorgd door het prijzengeld met 700.000 dollar omhoog te krikken. De winnaar kreeg daardoor een cheque van 1 miljoen dollar mee naar huis. Dat was een verhoging met 64 procent ten opzichte van vorig jaar.

Voor de verliezers van de eerste ronde, de modale spelers dus, kwam de toename van hun prijzengeld amper aan 8 procent. Deze discrepantie is al enkele jaren aan de gang. Zo zorgt de dominantie van de top drie voor hallucinante cijfers. Novak Djokovic, Rafael Nadal en Roger Federer verdeelden de afgelopen vijf jaar tussen 20 en 26 procent van het totale prijzengeld op de ATP Tour!

“Het verschil tussen een speler uit de top tien en eentje in de top tachtig is astronomisch geworden”, weet de Amerikaan Michael Russel, die zelf nooit verder dan nummer 60 geraakte.

Terwijl het totale prijzengeld op de ATP Tour sinds 1990 van 33.800.000 dollar naar 80.100.000 dollar rees, een verhoging van maar liefst 137 procent, werd het prijzengeld op het lagere Challengerniveau, waar de tophonderdspelers vaak naar moeten afzakken om wat bij te verdienen, in diezelfde periode amper verdubbeld.

“Ik geloof dat het een circuit voor winnaars is”, meende Federer. “Iedereen kan uiteindelijk voor het grote geld spelen, maar tegelijkertijd willen we wel dat de eerste rondes een grotere waardering krijgen.”

Er groeit stilaan een opstand. Tijdens de spelersraad in Melbourne, eerder dit jaar, uitten ze al hun ongenoegen. “Er is een burgeroorlog aan de gang”, gaf Andy Roddick toe. “En we gaan er enkel maar uitkomen als mensen hun persoonlijke belangen opzijzetten voor het grote belang van de hele ATP Tour. Maar daarvoor stond tennis nooit echt gekend.” (FDW)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content