Kameroener, geboren op 8 juli 1983 in Nlobisson. 1,86 meter – 82 kilo. Profiel: de dankbare.

E ric Matoukou: “Ik kom uit een wereld waar alles om de familie, buren en kennissen draait. Hier moet je zelf je eigen kennissenkring opbouwen en contacten leggen. In Afrika gaat dat allemaal vanzelf.

“Hier ontdekte ik een wereld waar de dialoog regeert. Ik kom uit een omgeving waar geweld bij het leven hoort. Als je hier iemand een pak slaag geeft, weet je dat je daar niet zomaar mee weg komt. Geweld wordt hier niet geaccepteerd. Waar ik opgroeide, kon dat zomaar gebeuren. Hier probeert men alles op te lossen met praten. Zelfs kinderen mogen hier redetwisten met hun ouders. Ik moest er niet eens aan denken om mijn mening te zeggen tegen mijn vader of hem tegen te spreken. Het respect voor je ouders verbiedt je dat. Als mijn zoon iets niet wil, zegt hij gewoon: ‘Papa, nee.’

“In Afrika wordt alles door persoonlijk contact geregeld. Bij ons heeft de sterkste de macht. Dat begint al op straat. Wie fysiek sterker is, of rijker, heeft macht over wie zwak of arm is. Hier heb je wetten. Via de wet kan een arme het halen van een rijke, als hij een punt heeft. In Afrika is dat onmogelijk.

“Telkens als ik terugkeer in Afrika, valt me weer op hoe iedereen droomt van Europa. Men sterft op boten om hier te raken. Maar om het als Afrikaan in Europa te maken, heb je een doel nodig, leg ik ginder uit. Hier gaat niets vanzelf, hier heerst discipline. Er is een systeem. Afrika heeft geen systeem.

“Als je hier niets hebt, kan je ook niets vragen. Als je in Afrika niets hebt, kan je wel iets vragen, je zal iets krijgen. Als je niets te eten hebt, zal je buurman je wel iets te eten geven. Hier weet ik het nog niet zo.

“Mijn motivatie is dat ik heel goed besef waar ik vandaan kom. Ook als het koud is of ik moe ben, volstaat het om even terug te denken aan waar ik vandaan kom, om daar extra energie uit te halen. We waren met zo’n honderd die droomden van een profcarrière in Europa. Met drieën hebben we het gehaald. Een aantal dat het niet haalde, bleef in Europa en heeft nu een gewone job. Ook zij zijn gelukkig.

“Als ik naar Afrika terugkeer, kan ik het me niet permitteren om met lege zakken te gaan. Elke dag komen er mensen aankloppen. Een Afrikaan die zegt dat hij dan niets geeft, liegt. Elke vakantie in Afrika kost me minstens 10.000 euro. Mijn vrouw vraagt me wel eens: ‘Eric, wat ga je doen als je niet meer voetbalt?’ Dus probeer ik nu minder geld te geven, stuur schoenen en kledij. Dat kost me 400 euro per zending, maar ik maak er 150 mensen gelukkig mee.

“Op een dag ga ik terug, als mijn kinderen hier hun opleiding hebben gehad. Als je geld hebt, is Afrika het paradijs. Bovendien wil ik niet wegkwijnen in een bejaardentehuis, zoals dat hier de gewoonte is. Ik vind het mijn plicht voor mijn moeder die alles aan mij gegeven heeft, te zorgen. Zij heeft straks geen pensioen: als haar zes kinderen niet voor haar zorgen, wie dan wel? Weet je wat mijn droom is? Dat ik haar, als we de bekerfinale bereiken, eens naar hier kan halen. Tot nu kon dat niet omdat ik nog een paar jongere broers heb voor wie ze moet zorgen.”

door geert foutré

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content