‘Bij Anderlecht zie ik de hand van de trainer niet’

Aad de Mos (62) stond nog aan het roer van zowel Ajax (1980-1985) als Anderlecht (1989-1992) en volgt het Belgische en Nederlandse voetbal nog steeds op de voet. Hij is dus een goed geplaatste persoon om vooruit te blikken op de wedstrijd van morgen/donderdag in de Europa League tussen Ajax en Anderlecht.

Wat verwacht u van de wedstrijd?

Aad de Mos: “Ik denk niet dat Ajax met de handrem op zal spelen, en wel om drie redenen. Eén: Ajax-Anderlecht is Nederland-België in het klein en dan verlies je niet graag. Twee: in de competitie heeft Ajax al een aanzienlijke achterstand op Twente. Ze willen absoluut vermijden om ook in de Europa League gezichtsverlies te lijden. En drie: ze hebben een overwinning nodig voor hun Europese coëfficiënt.”

Anderlecht heeft het verknald thuis tegen Dinamo Zagreb …

“Wat mij vooral opgevallen is, is dat Anderlecht nog ongeveer een halfuur tijd had om gelijk te maken en dat het in die tijd geen enkele volwaardige actie heeft kunnen opzetten. De spelers wisten gewoon niet wat ze moesten doen in balbezit. Op dat vlak staan Club Brugge en Standard verder. Bij hen zie ik de hand van de trainer. Bij Anderlecht niet.”

Toch staat paars-wit aan de leiding in de Jupiler Pro League.

“Een versnelling of een technisch hoogstandje volstaan om het verschil te maken in de Belgische competitie. Op Europees niveau is dat niet genoeg. Ariël Jacobs ambieert zogezegd altijd de overwinning, maar op het veld zie ik dat niet. Er is een verschil tussen zijn woorden en zijn daden. Bij Laszlo Bölöni vorig jaar en dit jaar bij Adrie Koster is dat niet het geval. Als die laatste zegt dat hij wil dat zijn spelers dominant voetballen, dan zie je dat ook aan hen op het veld. Ik ben er zeker van dat Koster tegen Toulouse niet zal beginnen te rekenen en voor de drie punten zal gaan. Hij zal ook zijn systeem niet wijzigen. Bij Anderlecht daarentegen heb ik al van alles gezien: 4-3-3, 4-2-3-1, 4-4-2 en zelfs een 4-5-1 thuis tegen Dinamo Zagreb. Jacobs zou zich beter aan één systeem houden. Zo zou je automatismen zien.”

Hoe moet Anderlecht dan spelen volgens u?

“In een 4-2-3-1. Met Proto in het doel; Gillet, Mazuch, Juhász en Deschacht achteraan; Biglia en Saré als schokdempers met een meer defensieve rol voor de laatste; daarvoor Legear, De Sutter en Boussoufa; en vooraan Lukaku of Frutos, als hij fit is. Voor mij moet De Sutter altijd in steun van de diepste spits spelen. Samen met Suárez is hij de enige die in die sector een combinatie kan opzetten. Boussoufa kan dat ook, maar hij is dan weer beter op de flank. Sinds het vertrek van Hassan heeft Anderlecht ook geen echte regisseur meer. Biglia schiet daarvoor tekort. Hij is er wel op vooruitgegaan, maar ik vrees voor hem dat paars-wit zijn plafond is. Hetzelfde geldt voor Boussoufa. Als je het niet kunt maken bij Ajax en Chelsea, mag je je al gelukkig prijzen dat je bij Anderlecht zit.”

En Lukaku?

“In zijn plaats zou ik nog twee of drie jaar bij Anderlecht blijven. Hij heeft zeker wel iets, hoor. Net zoals Dieumerci Mbokani bij Standard. Dát is voor mij de beste speler in België.” S

BRUNO GOVERS

‘Jacobs zou zich beter aan één systeem houden.’