Na twee jaar keerde Davy Cooreman terug uit Israël. Als speler van La Louvière hoopt hij dat ze in België eindelijk zijn familienaam kunnen vergeten.
De nieuwe Marc Degryse ! Het is maar één van de namen die op het vel van Davy Cooreman werden gekleefd toen hij op achttienjarige leeftijd debuteerde in het eerste elftal van AA Gent. Als één van de grootste talenten van het Belgisch voetbal werd hij toen afgeschilderd. Had in alle nationale jeugdelftallen gespeeld – van de miniemen tot de beloften.
Vandaag is Davy Cooreman 31 jaar en probeert hij bij La Louvière zijn loopbaan weer in de lift te krijgen. “Hoezo, mislukte carrière ? Ik heb al bij al bijna tweehonderd wedstrijden in de Belgische en de Israëlische eerste klasse gespeeld. Zo slecht is dat niet. Maar oké, als ik niet in zoveel problemen was getuimeld – problemen waarmee ik eigenlijk zelf niets te maken had -, dan had ik het allicht verder geschopt.”
De problemen waar Davy Cooreman op doelt zijn die van zijn vader. Maurice Cooreman is momenteel uit het Belgische voetbal verbannen wegens betrokkenheid bij omkooppraktijken (in het voordeel van Aalst). Als makelaar van spelers wordt hij van louche praktijken verdacht. Manaseh Ishiaku, één van de Nigerianen van La Louvière, heeft een proces tegen de vader van zijn ploegmaat aangespannen.
Als je dat allemaal vooraf had geweten…
Davy Cooreman : Natuurlijk had ik er geen idee van wat me allemaal boven het hoofd hing, toen Erwin Vandendaele me in de eerste ploeg van Gent bracht. De toekomst lachte me toe. Nadien nam René Vandereycken het over. Ik had de indruk dat Vandereycken me niet waardeerde. Ik speelde vijf goede matchen na elkaar, maar voor de zesde zette hij me op de bank. Het was bovendien net een wedstrijd tegen Anderlecht. Ik kon dat niet accepteren, ik heb toen beslist dat ik zou vertrekken bij Gent. Het was een impulsieve reactie, ik was nog jong, ik weigerde rekening te houden met het offensieve talent waarover Vandereycken toen beschikte : Vandenbergh, Veyt, Viscaal, Balenga…De meeste spelers van mijn leeftijd zouden verstandig geduld hebben geoefend. Helaas, geduld was toen niet mijn grootste deugd.
Tussen 1999 en 2000 verwisselde je vaak van club : Cercle Brugge, Waregem, opnieuw Cercle Brugge, Aalst. Het was een periode met veel hoogten en laagten.
Voor al die ploegen heb ik zeer goede wedstrijden gespeeld. En ik maakte geweldige trainers mee : Anthuenis, Houwaart, Leekens …
Je was bij Cercle toen je vader in een kwaad daglicht kwam te staan.
Dat was het begin van al mijn problemen. Ik zag op televisie dat ze hem ervan verdachten wedstrijden te hebben omgekocht. Het was alsof de hemel op mijn hoofd viel. De volgende dag ging ik met een klein hartje naar de training. Sinds die dag werd ik vrijwel constant geconfronteerd met de reputatie van mijn vader. Op het moment van de feiten zag ik mijn vader nochtans al lang niet meer. Mijn ouders zijn gescheiden, ik woonde bij mijn moeder, ik wist niet wat er van mijn vader was geworden. Maar overal waar ik ging was ik de zoon van Maurice Cooreman. Het is me blijven achtervolgen. Anders had ik een heel andere carrière uitgebouwd.
Jouw grootvader en vader hebben met Aalst in de eerste klasse gespeeld. Jouw familienaam heeft misschien ook geholpen bij je doorbraak ?
Helemaal niet. Toen ik jong was, speelde mijn vader al lang niet meer. Ik heb dan wellicht wel zijn voetbaltalent geërfd, maar hij heeft geen enkele deur voor me geopend. Integendeel, door hem zijn er veel deuren voor me dicht gegaan. Ik ken nogal wat trainers die me wel wilden, maar niet toehapten omdat ik de zoon van Maurice Cooreman ben.
Mis je hem niet ?
( Denkt na) Neen. Ik weet dat veel mensen dit vreemd zullen vinden, maar het is zo. Ik kan niet tegen leugens. Mijn vader heeft me bedrogen en dat kan ik niet vergeten. Hij liet me bijvoorbeeld geloven dat Lierse me wilde kopen, en daar bleek niets van aan. Dat doet een vader niet met zijn zoon. Ik zou mijn kinderen nooit zo’n smerige streek kunnen leveren.
Een verzoening zit er niet in ?
Voor mij is die zaak geklasseerd.
Wat als je kinderen naar hun grootvader vragen ?
Mijn zoontje van acht jaar heeft dat al gedaan. Als hij hem later wil opzoeken, zal ik dat niet beletten. Maar hij zal zonder mij moeten gaan. Er zijn bepaalde waarden in mijn leven, die negeer ik onder geen enkele voorwaarde.
Wat weet je precies van de praktijken van je vader ?
Even veel of weinig als iedereen : wat ik ervan lees in de kranten of zie op televisie. Ik weet niet wat van die verhalen op waarheid berust, en wat verzonnen is. Ik weet alleen dat ik het grote slachtoffer van die affaires ben.
Welke opvoeding heeft hij je gegeven ?
Hij was bijzonder streng. Ik herinner me de dag dat we kampioen met de Uefa-juniores werden. De hele ploeg mocht gaan stappen. Ik mocht in die tijd nog geen voet verzetten. Mijn vader zei : ‘Je mag meegaan, maar je moet om tien uur thuis zijn.’ Of de dag dat hij me verplichtte te gaan trainen, terwijl ik 39 graden koorts had. Maar kom, die strenge aanpak heeft me misschien ook aan mijn sterk karakter geholpen.
Waar is je vader nu ?
Ergens in Nigeria, geloof ik. Ik heb al vijf of zes jaar geen nieuws meer van hem.
Ishiaku heeft een proces tegen hem aangespannen. Spreek je daarover met hem ?
Met geen woord. Ik zou niet weten hoe ik daarover zou moeten beginnen. Ik probeer die periode in mijn leven te vergeten. Ik ben nu al tegen mijn eigen regels aan het zondigen, want ik had me voorgenomen om met de pers niet over mijn vader te spreken. Toen ik uit Israël naar België terugkeerde, vreesde ik dat al die ellende opnieuw zou beginnen. Tot dusver valt het mee. Ik heb er nog geen woord over gehoord, je kunt je niet voorstellen hoeveel deugd dat doet. Bij La Louvière beschouwen ze me als een voetballer zoals ieder ander.
Hoe kijk je terug op de periode in Israël ?
Ik heb er twee goede seizoenen gespeeld. Dat is geen toeval, daar bestond geen enkel vooroordeel tegenover mij. In België moest ik me altijd twee of drie keer meer bewijzen dan een ander. Ik kreeg zelden het respect dat ik verdiende. Bij Cercle Brugge scoorde ik nochtans veel en ik hielp Josip Weber aan doelpunten. Bij Aalst was ik topschutter. Veel mensen vroegen me waarom ik niet bij een topclub binnen geraakte. Ik weet wel waarom : de achterdocht tegenover mij verdween nooit helemaal.
Ben je wegens je vader naar Israël vertrokken ?
Gedeeltelijk. Het financiële aspect speelde uiteraard ook mee. En ik wou op avontuur. Maar het was natuurlijk ook ergens een vlucht. Ik heb er geen spijt van. Met Hapoel Beer Sheva werden we kampioen in tweede klasse, nadien debuteerden we niet zonder verdienste in de eerste klasse en ik werd tot beste buitenlander van de Israëlische competitie uitgeroepen. Had ik het contract getekend dat de club me voorlegde, dan had ik ginds in één seizoen even veel verdiend als hier in tien jaar. Maar geld is niet alles in het leven.
Leven in Israël is geen pretje.
Ik heb er vreselijke dingen gezien, daar denk ik nog iedere dag aan. Twee aanslagen in de wijk waar ik woonde. Een week na mijn bezoek aan Betlehem ontplofte de plaats waar ik uren had gestaan. De déclic kwam er tijdens een verplaatsing met de spelersbus. We vernamen dat er een bus ontploft was. Op dat moment moesten we stoppen voor een rood licht. Op kruispunten met verkeerslichten gebeuren de meeste aanslagen. Ik ben in paniek geslagen. Een seconde later stond mijn besluit vast : Gedaan hiermee, ik keer naar België terug. Ik had mijn vrouw al eerder teruggestuurd want ik wilde niet dat ze risico’s liep.
door Pierre Danvoye
‘De achterdocht tegenover mij is nooit helemaal verdwenen.’
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier