Meer dan een scorende spits lijkt Club Brugge met Victor een blikopener in huis te hebben gehaald om gesloten verdedigingen open te rijten.

Tien dagen geleden kreeg Bob van Jole, bij Germinal Beerschot verantwoordelijk voor de externe relaties, telefoon uit Brazilië. Aan de lijn : de verantwoordelijken van Tombense, een tweedeklasser uit het kampioenschap van de provincie Mineiro. Of er gesproken kon worden over een transfer van Victor Simoes de Oliveira naar Club Brugge ? Die was dan wel voor een jaar op uitleenbasis bij Germinal Beerschot, maar hij behoorde nog altijd toe aan Tombense. Drie dagen later was de zaak rond en is iedereen tevreden : Victor verdient bij Club een flink pak meer, Tombense incasseert de transfersom en Germinal Beerschot krijgt daarvan een behoorlijk percentage (maar minder dan de helft). Bovendien krijgt het ter vervanging van Victor nieuwe spitsen op huurbasis.

De hele zaak kwam tot stand zonder tussenkomst van een of andere makelaar, aldus Van Jole. De contacten verliepen rechtstreeks tussen de clubs. Van Jole onderhoudt al jaren uitstekende relaties met zakenmensen uit de diamantwereld die van Antwerpen naar Brazilië trokken en hem in contact brachten met Tombense. Dat leidt in zijn voetbalschool jong talent op voor het buitenland en bedruipt zichzelf daarmee. Zo belandde op een blauwe maandag in 1999 flankspeler Leonardo op het Kiel, maar hij werd na een jaar teruggestuurd en voetbalt nu in de Braziliaanse eerste klasse. Ook doelman Luciano komt van Tombense. Toen Ajax in Germinal Beerschot participeerde, werd de Braziliaanse piste bevroren, maar afgelopen zomer pikte Van Jole de draad weer op.

Veel adelbrieven kon Victor bij zijn komst naar België niet voorleggen. Braziliaanse voetbalkenners krabben in het haar bij het horen van zijn naam : voor hen is hij één van de tweeduizend Brazilianen die zich aan een profcarrière wagen in het buitenland. Opgegroeid in de Favela de Roncina, de grootste sloppenwijk van Rio, debuteerde hij bij Flamengo via het zaalvoetbalteam. Eén keer slechts haalde hij het eerste van Flamengo. Op 23 januari 2003 was dat, toen hij tien minuten mocht invallen tegen Volta Redonda. Daarna kocht tweedeklasser Tombense hem, waar hij nog vijf keer scoorde in acht wedstrijden.

Bij Germinal Beerschot vond men Victor meteen een hele leuke speler. Met zijn acties en explosiviteit kreeg hij op het Kiel meteen de handen op elkaar. Al voor de start van de competitie was hij de lieveling van het publiek. Erevoorzitter en voetbalkenner Jos Verhaegen vond zijn komst een goede zaak, maar merkte op dat hij voor een diepe spits toch te weinig goals maakte. Germinal Beerschot huurde hem voor een jaar, waarbij het een percentage bedong als de speler tussentijds (in januari) kon worden verkocht. Zou Victor tot het eind van het seizoen op het Kiel blijven, dan keerde hij na afloop van de huurovereenkomst gewoon terug naar Brazilië, want een koopoptie zat in de huurovereenkomst niet vervat. In dat geval had Germinal Beerschot geen euro aan hem verdiend.

Dat het zo snel gaat met Victor, verbaast een aantal waarnemers die hem de afgelopen maanden aan het werk zagen. “Van de achttien wedstrijden die ik van hem zag, kan ik niet zeggen dat er veel bij waren waarin hij me imponeerde”, zegt Eddy Snelders. “Ik zag van hem veel zwakke matchen met veel balverlies.”

Volgens de assistent-bondscoach is Victors beste positie alleen diep in de spits. “Omdat hij moeilijk binnen de lijnen loopt. Zijn beste prestatie was toen Germinal tegen Club Brugge voor het eerst overschakelde van een 4-4-2 naar een 4-5-1. Hij speelt op gevoel en improvisatie. Hoe hij in een driemansvoorhoede met ingestudeerde looplijnen zal functioneren, daar ben ik echt benieuwd naar. Ik vond het al een enorme verdienste van Marc Brys dat hij hem redelijk goed in een tactisch systeem kon laten functioneren.”

Snelders begrijpt ook het optimisme niet rond de komst van Victor naar Club, want was dat niet vooral op zoek naar een scorende spits ? “En dat is hij absoluut niet. Hij is geen zuivere afwerker, maar ook geen man van assists, zoals Marc Degryse. Hij is vooral fysiek aanwezig en kan een bal bijhouden. Wél heeft hij een paar goede individuele bewegingen in huis en waarschijnlijk zijn die meer van nut bij Club. Hij zal daar vaker en dichter bij de zestien meter uitgespeeld worden dan bij Beerschot : daar was hij nog een heel eind van doel verwijderd wanneer hij in balbezit kwam. In die zin is hij beter te vergelijken met Mendoza dan met Lange of Saeternes, die het moeten hebben van de combinatie. Als ze verwachten dat hij nog tien keer scoort in de terugronde, zal het tegenvallen. Hij kan wel helpen om het stereotiepe spel van Brugge open te breken wanneer de wedstrijd vast zit.”

Slapeloze nachten hield Carl Hoefkens niet over aan de trainingspartijtjes tegen Victor. “Omdat hij alleen de eerste weken op training de volle honderd procent gaf”, zegt de verdediger van Germinal Beerschot. “Daarna ging hij teren op zijn klasse. Zoals veel Brazilianen spaarde hij zijn beste momenten voor de wedstrijd.”

Het best speel je zo kort mogelijk in zijn rug en laat je hem niet draaien, leerde Hoefkens. “Natuurlijk kan hij dan de bal bijhouden en andere spelers laten aansluiten. Hij is heel sterk met de rug naar doel, maar als je hem even loslaat, kan hij zijn actie maken. Daardoor is hij ook op de linkerflank nuttig. Omdat hij heel explosief en snel op de eerste meters is, wordt hij razend gevaarlijk wanneer hij even stilstaat en dan aanzet voor een actie.”

Wat kan hij Club Brugge bijbrengen ? Hoefkens : “Acties. En door de toegenomen concurrentie houdt hij de andere spitsen scherp. Op zijn scorend vermogen moeten ze niet rekenen.”

door Geert Foutré en Frédéric Vanheule

‘Als ze verwachten dat Victor nog tien keer scoort in de terugronde, zal het tegenvallen.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content