AA Gent opende tegen Bergen het seizoen met veel brio. Vol spanning wordt nu uitgekeken naar de revanche voor de bekerfinale op Anderlecht. Nieuwkomer Adriano Duarte maakt er zich niet echt druk om.

Je moet sterk staan om als verdediger met twee fonkelende oorbellen door het leven te gaan. Zoals je ook sterk moet staan om op de vraag of je dromen hebt de blik strak op de steller ervan gericht te houden, even te pauzeren en dan langzaam te antwoorden: “Ik weet het niet. Ik weet het niet. Ik heb tot 2011 een contract bij Gent, dus tot 2011 hier blijven, dat is wat ik in mijn hoofd heb. De nationale ploeg van Brazilië? Denk ik niet aan. Lukt nóóit als je in België voetbalt.”

Het rugnummer 13 van AA Gent zegt het met een laconieke grijns. De Europese wedstrijd tegen Kalmar noch de competitieopener tegen zijn ex-club Bergen konden hem uit het lood slaan. Voor de match op Anderlecht, de absolute topper van het weekend, zal dat niet anders zijn. “Ik heb in Brazilië bij grote ploegen gevoetbald, Mineiro, Paranaense, Juventude”, zegt Adriano Duarte. “Ik heb er voor honderdduizend man gespeeld en ben toen we met Mineiro onderin stonden uitgefloten telkens als ik aan de bal kwam. Ik ben zelfs nog door mijn vrouw in de koffer van mijn auto naar buiten gevoerd. Dat is hier ondenkbaar. Bij Bergen verloren we vorig seizoen thuis met 0-3 van Westerlo: de supporters applaudisseerden achteraf nog. Pfff… Daarna gingen sommigen met hen praten omdat ze spelers hadden uitgejoeld (zucht). Niks druk hier in België. In Brazilië kon ik zelfs niet buiten komen om naar de supermarkt te gaan. Le bordel. Maar ik mis het niet, hoor. Ik hou wel van de rust hier ( grijnst).”

Voor niks gespeeld

Adriano Duarte straalt zelfbeheersing, rust en cool uit. Zo leeft hij ook, zegt hij.

“Ik ken niks in België. Niks in Bergen zelfs. Ik heb mijn appartement en ik kijk Braziliaanse tv, surf op het internet of ik bel met Brazilië.”

Van de Braziliaanse vrouw, een advocate, met wie hij in Nantes leefde, scheidde hij. “Nantes gaf mij indertijd vijf tickets per jaar om mijn vrouw in eerste klasse naar Frankrijk te laten komen, maar ik heb die ingeruild voor twaalf in economy.”

Tevergeefs.

Zijn nieuwe relatie liep ook moeilijk. “Ze werkte de hele week en ik ging maar twee keer per jaar naar Brazilië ( haalt de schouders op).”

Zijn moeder komt net als vroeger weer naar België. Zijn vader, een boekhouder, blijft in Brazilië, maar zijn broer, Luciano (31) is hier al. “Hij regelt alles voor mij. Ik heb hem een contract gegeven om mijn zaken te regelen. Ik betaal hem zelfs commissie. Hij werkt met andere makelaars, heeft twee spelers naar Tubeke gebracht, maar volgt nu lessen voor zijn FIFA-licentie.”

Met Gent bereikte Adriano voorlopig zijn Europese hoogtepunt, na de degradatiestrijd met Bergen en een half seizoen bankzitten bij Nantes in Frankrijk. Geen enkele wedstrijd speelde hij er in eerste. “De trainer ginder zei: ‘Brazilianen hier, gaat dat niet.’ Dus na zes maanden ben ik, met mijn moeder en mijn broer, weer vertrokken. Klaar. Mijn makelaar had met Bergen een ploeg gevonden.”

Hij moest inleveren.

“Voor niks heb ik daar gevoetbald. Maar ik heb wel anderhalf jaar gespeeld. Gewoon. Om te kunnen spelen. Een investering in mijn carrière.”

Op de flank

Van de laatste zes ploegen in de rangschikking vorig seizoen slikte Bergen met gemak het minste aantal tegendoelpunten (45), minder zelfs dan AA Gent. Michel Preud’homme wou hem ondanks vier centrale verdedigers er als vijfde bij, maar in de voorbereiding werd hij door een resem blessures noodgedwongen ook als rechtsachter uitgespeeld. “Preud’homme heeft mij gevraagd of ik rechtsachter wou spelen, maar voor mij is dat moeilijk: mijn sterkte is dat ik centraal in de verdediging het overzicht houd. Dus ik heb gezegd: op rechts onderschep ik de bal, maar dán geef ik hem af, ik ga er niet de flank mee aflopen.”

Tegen Kalmar liet Duarte zich enkele keren verrassen door steekpassen in de rug. Na die wedstrijd moest hij ook letterlijk naar adem happen, hij was het vele lopen op de flank duidelijk niet gewoon. Zondag tegen Bergen bleef hij al veel beter overeind, al was dat ook mee te wijten aan een niet al te sterke tegenstander. De match tegen Anderlecht zal een serieuzere test zijn, maar hij heeft er vertrouwen in, met zijn positionele en oprukkende kwaliteiten en ook wat zijn conditie betreft: “Ik heb indertijd drie keer per dag getraind onder Antonio Lopes bij Paranaense: om vijf uur ’s morgens, ’s middags en ’s avonds. Twintig, vijfentwintig dagen op stage geweest.” S

door raoul de groote

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content