Nadat hij onder Georges Leekens in de halve finale van de beker 2006/07 op Club Brugge zijn achillespees afscheurde, wachtte Dario Smoje in plaats van een verhoopte transfer naar Spanje een lange revalidatie. Vorig seizoen kwam hij daardoor bij Trond Sollied amper aan voetballen toe, maar de komst van Michel Preud’homme luidde een nieuw begin in. Dario Smoje speelde een goede voorbereiding en maakt de verdediging sterker dan ooit.

Dario Smoje: “Die voorbereiding was belangrijk, want vorig jaar deed ik die niet mee en begon ik te spelen zonder ritme. Dat ging niet zo vlot als ik hoopte. Ik ben geen speler die eens in de drie maanden een wedstrijd kan voetballen.”

Trond Sollied bracht je een paar keer in omdat je hem gezegd had er klaar voor te zijn, maar het bleek te vroeg.

“Ja, ik dacht dat omdat ik goed trainde, maar wedstrijden spelen, is iets anders. Op training kun je gecontroleerd in duel gaan, maar in een match moet je honderd procent gaan. Mijn revalidatie en achillespees waren perfect, maar ik voelde problemen aan mijn hamstrings komen.”

Mentaal moest je, werd gezegd, ook een schrik leren overwinnen.

“Neen, toch niet. Ik had geen schrik, maar ik realiseerde me vooraf niet hoe moeilijk het was. Er waren honderd andere spieren die zes maanden niet gewerkt hadden omdat ik altijd in één lijn liep.”

Hoe goed was je contact met Sollied?

“Dat is een vraag voor Sollied. Ik sprak niet veel met hem. Ik was ontgoocheld omdat ik in de terugronde meer had moeten spelen, maar ik aanvaardde het. Dat vond ik goed van mij: dat ik de maturiteit toonde om niet kwaad te worden. Dat is mijn stijl niet. Als je het niet goed in mij ziet, is dat niet mijn probleem.”

Dat was toen. Nu sta je er weer. Welke rol speelt Michel Preud’homme daarin?

“Hij toonde mij net als Michel Louwagie vóór de vakantie van dag één vertrouwen door te zeggen dat ik waarschijnlijk zou spelen als de voorbereiding goed liep. Hij rekende op mij en daar wil je dan alles voor terugdoen. Dat deed mij goed.”

In de voorbereiding werd je onder andere tegen Brussels op het eind van de wedstrijd bij wijze van experiment uitgespeeld als aanvaller. Je scoorde toen ook. Is dat iets wat we vaker te zien gaan krijgen?

“Het is zo dat Preud’homme mij meer naar voren wil zien gaan om iets te proberen als we nog moeten scoren. Ik ben nogal oké met het hoofd. Maar het is beter dat ik in de verdediging kan blijven omdat we niet meer naar resultaat op zoek moeten ( grijnst). Leekens wou de organisatie bewaren en anderen voorin zien komen en onder Sollied was het moeilijk voor verdedigers, want er waren meer aanvallers. Dat is nu allemaal anders.”

Er kwam achterin ook versterking bij.

“De verdediging is met of zonder mij sterk. Organisatie is belangrijk, maar verdedigen is geen zaak meer van vier spelers, maar van de hele ploeg. Ik denk niet dat we door deze manier van spelen nog veel goals gaan binnen krijgen.”

Straks speelt Gent tegen Anderlecht, een heruitgave van de bekerfinale die jij moest missen.

“Dat was pijnlijk, maar ik hoop dat er nog bekerfinales komen ( lachje). Ik ga in elk geval niet met revanchegevoelens spelen.”

Je bent vooralsnog einde contract na dit seizoen. Dit moet jouw jaar worden en uitmonden in een transfer.

“Oh, ik ben niet zo gefocust op een tran-sfer. Ik laat het gaan zoals het gaat.”

Dat is de les die je hebt geleerd?

“Ja, ik denk het wel ( lachje).”

RAOUL DE GROOTE

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content