Al voor de derde keer gaat Karel Snoeckx (32) bij Lierse aan de slag. Eind 2003 redden Jos Verhaegen en René Snelders hem namens Germinal Beerschot uit de Lierse B-kern, waar hij was beland nadat hij in een dispuut met toenmalig trainer Emilio Ferrera zijn kapiteinsband op de grond had gegooid. Een echte Kielse rat werd hij nooit. Lierse leent hem nu voor zes maanden van de Antwerpse club, waar hij nog een contract van één jaar heeft.

Wanneer voelde je dat het voor jou bij Germinal Beerschot over was ?

Karel Snoeckx : “Toen ik de dag voor de kerstvakantie bij de trainer geroepen werd en Jos Daerden me zei me dat ik het heel moeilijk zou krijgen om een basisplaats af te dwingen. Terwijl ik er op dat moment juist van uitging dat ik na vier weken schorsing en de winterstop sterk zou terugkomen. Maar ik zit lang genoeg in het voetbal om te begrijpen wat Daerdens boodschap inhield : dat hij niet meer achter mij stond. Vroeger zou ik daar misschien verkeerd op gereageerd hebben, maar dat wil ik niet meer : als de trainer niet meer in je gelooft, moet je elders een oplossing zoeken.”

Voelde je de problemen niet eerder aankomen ? Je was toch niet altijd onbetwistbaar basisspeler ?

“Op die vier dagen schorsing na speelde ik dertien van de achttien wedstrijden, dat is toch zo goed als basisspeler. Onder Marc Brys had ik het aanvankelijk zeer moeilijk. Ik ben een gevoelsmens, iemand die warmte nodig heeft om goed te presteren. Dat vertrouwen voelde ik daar zelden. Zelden kwam ik een trainer tegen die zo’n zwaar regime oplegde als Brys, en ik zal er ook nooit meer zo één tegenkomen. Na een tijd pikte ik het wel op. Na de bekerfinale, waarin ik een groot aandeel had in de overwinning, had ik Brys’ respect verdiend, merkte ik. Korte tijd later werd hij ontslagen.”

Wanneer wist je dat Lierse je wilde ?

“Meteen na het gesprek met de trainer zei Jos Verhaegen me dat Lierse interesse had. Dat was wel heel snel na elkaar, maar het maakt me niet uit. Was er interesse van een andere ploeg in zo’n benarde sportieve situatie geweest, dan had ik daar toch eens moeten over nadenken. Maar Lierse blijft toch mijn club. Ik heb alles aan Lierse te danken, dit is het moment om iets terug te geven.”

Jurgen Cavens gaat niet. Hij wil zelf zijn keuzes maken.

“Voor Jurgen zou de druk bij Lierse meteen heel groot zijn. Hij komt net uit blessure, en ze zoeken wanhopig iemand die scoort.”

Wat vind je van het niveau en de sfeer bij Lierse ?

“De sfeer is beter dan ik verwacht had, helemaal niet de sfeer die je verwacht bij een ploeg die dood is. Sportief is er evenveel kwaliteit als bij Germinal Beerschot, al worden er andere accenten gelegd. Lierse speelt meer aanvallend voetbal, terwijl Germinal Beerschot teert op een gesloten verdediging, veel spelers achter de bal en snelle uitbraken. Ons enige probleem is het gebrek aan scorend vermogen. Al zag ik op training toch wat spelers die gemakkelijk een goal maken. De testers en Vairelles bijvoorbeeld.”

Ga jij Lierse redden ?

“Ik ben de Messias niet, we zullen er ons als team uit moeten knokken. Een traditionele nummer 10 die vijf spelers dribbelt, ben ik niet. Ik ben wel iemand met een groot loopvermogen die infiltreert en mee terugplooit. Maar een verdedigende middenvelder, waar men mij bij Germinal Beerschot wel eens voor hield, ben ik ook niet.”

Jij maakte op het Kiel de betere Daniel Cruz mee, het probleemkind bij Lierse.

Daniel werd op het Kiel op handen gedragen, maar bij Lierse voelt hij wat ik bij Germinal Beerschot voelde : dat hij net altijd iets meer moet doen dan andere spelers om gerespecteerd te worden. Een Cruz op niveau kan ons veel bijbrengen.”

Gaat Lierse zich redden ?

“Als Lierse één keer wint, is de ban gebroken. Liefst gebeurt dat al volgende week op Sint-Truiden. Daarmee zetten we ons zelf onder druk, maar die druk is er toch tot de laatste speeldag. We kunnen daar maar beter leren mee omgaan.”

GEERT FOUTRÉ

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content