middenvelder

Braziliaan, geboren op 15 augustus 1983 in Uberlandia. 1,78 meter – 70 kilo. Profiel: de speelvogel.

Alex Da Silva: “Ik groeide op in Minas, een warme regio, zelfs in de winter zakt de temperatuur nooit onder twintig graden. Er wonen meer dan één miljoen mensen. Mijn broer en ik kregen een zeer strikte opvoeding. Weet je dat ik pas op mijn 20e naar een discotheek mocht? En dan moest ik bovendien om middernacht thuis zijn! Mijn vader schermde me af van het leven in de straat. Ik heb nooit de drang gevoeld tegen hem in te gaan: wat je vader zegt, accepteer je. Hij werkte op een boerderij, op zestig kilometer van ons huis. We zagen hem enkel in de weekends.

“Mijn vader heeft twaalf broers, mijn moeder – een lerares – was met negen thuis, je kunt je dus inbeelden dat de familiebarbecues dikwijls uit meer dan honderd mensen bestonden. Op mijn veertiende liet ik mijn familie achter om naar een voetbalclub te trekken. School zei me niets, voetballen was het enige dat ik kon. Uiteindelijk versleet ik in Brazilië zeven clubs. Op mijn zeventiende ging ik voor het eerst alleen wonen. Zeer ongewoon, want in Brazilië verlaat je meestal pas het ouderlijke huis wanneer je trouwt. Op mijn 22e kreeg ik de kans om naar België te komen.

“Het werd een moeilijk eerste jaar. Ik kende de taal niet, had last met de eetgewoontes, het klimaat, het beperkte sociale contact met de Belgen. Mijn eerste zes maanden hier ontspoorde ik. Ik woonde alleen, speelde weinig en had niemand die me hielp. Ik trok te vaak naar Brussel, waar je een heleboel Braziliaanse cafés en restaurants kunt vinden. Wij Brazilianen kruipen graag bijeen. Al was het maar om gewoon bij elkaar thuis te zitten. Die behoefte om elke avond iets te doen te hebben, heb ik altijd sterk gevoeld.

“Boven op de moeilijke aanpassing kreeg ik in dat eerste jaar ook problemen met mijn toenmalige vriendin. We waren samen sinds mijn achttiende en hadden een dochtertje, Pietra. Mijn vriendin was op dat moment zwanger van een tweede kindje, ze wilde niet volgen naar België. Ik moest kiezen: familie of carrière. Ik koos voor het tweede, ik kon die kans in Europa niet laten liggen, anders zou ik daar later alleen maar spijt van hebben.

“Gelukkig leerde ik in die periode mijn huidige vriendin, Tara, kennen. Sindsdien ben ik een ander mens. In perfectie geloof ik niet, maar ik voel me weer goed in mijn vel. Mijn dochtertje woont nu bij mijn ouders, mijn zoontje João Alexandre zie ik zelden, hij woont bij zijn mama. Maar misschien is het – juridisch gezien – beter dat ik daar niet veel dieper op inga.

“Ik ben nu gelukkig met Tara. Haar familie vangt me op alsof ik hun eigen zoon ben. Met haar vader, een militair, heb ik een hechte band, hij geeft me veel raad. Ik begrijp nu ook dat Belgen anders redeneren dan Brazilianen, ze zijn serieuzer.

“Weet je wat ik wil? Dat de mensen in België de echte Alex leren kennen. Ik kreeg bij Genk veel kritiek en dat deed pijn, want je komt van zo ver, je laat alles achter om het hier te maken, als je dan zo door het slijk gehaald wordt … Ik wil bewijzen dat ik een serieuze voetballer en een goede jongen ben.”

door matthias stockmans

“Wat je vader zegt, accepteer je.”

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content