Het voorbije weekend kroonde Spirou Charleroi zich voor de tiende keer tot beste basketbalploeg van België. Sport/Voetbalmagazine sprak met de twee kampioensmakers van de club. Coach Giovanni Bozzi die al zijn zesde titel pakte met Charleroi en de Amerikaanse spelverdeler Demond Mallet – neef van Shaquille O’Neal – die verkozen werd tot MVP van het seizoen.

We moesten al vroeg in het seizoen klaar zijn voor de kwalificatiewedstrijden van de Euroliga”, blikt Charleroicoach Giovanni Bozzi (48) terug op de jaargang 2010/11. “Daar zijn we in geslaagd en in het verlengde daarvan hebben we ook de Belgische competitie gedomineerd. De laatste maanden voor de play-offs verliep het spel stroever, maar daar tilde ik niet te zwaar aan. We stonden een straatlengte voor op de rest en ik roteerde met mijn team omdat ik iedereen met genoeg matchritme aan de play-offs wilde krijgen. Door die rotatie zijn sommige spelers ook wat meer in hun eigenbelang gaan spelen, ze wilden hun potentieel tonen. Zoiets moet je als coach kunnen aanvaarden.”

Was je ontgoocheld dat je ondanks dat sterke seizoen niet eens bij de genomineerden hoorde voor de trofee ‘Coach van het Jaar’?

Giovanni Bozzi: “Neen. Tien jaar geleden wellicht wel. Los daarvan wil ik toch wel een bemerking maken, want ik vind het jammer dat zulke trofeeën niet het cachet krijgen dat ze verdienen. Dit jaar werden de prijzen uitgedeeld in een kleine cafetaria. De liga zou dat allemaal onder één gala-avond moeten organiseren, zulke eretitels dragen immers bij tot het imago en de uitstraling van een kampioenschap.”

Charleroi vertrok zoals elk jaar als favoriet, al werd er dit seizoen toch wat meer weerwerk verwacht. Vooral van Oostende dan.

“Ja, al had ik vooraf Aalstar als revelatie getipt, in die zin was het geen seizoen van verrassingen. Wat Oostende betreft, moet je eerlijk durven zijn: ze hebben niet het kampioenschap gespeeld dat ze hoorden te spelen. In feite hoort de finale altijd Oostende tegen Charleroi te zijn. Ze zijn wel geëvolueerd in de loop van het seizoen, maar de bedoeling van de reguliere competitie is dat je op lange termijn de beste bent zodat je in de best mogelijke positie – met thuisvoordeel – aan de play-offs kan beginnen. Daar zijn ze niet in geslaagd, waardoor wij in de halve finales tegen hen een betere uitgangspositie hadden.”

Charleroi heeft al jaren het grootste budget, de grootste zaal en de ruimste kern. Is dat voor een coach van Charleroi niet de moeilijkste taak: iedereen tevreden houden?

“Dat is zo. Maar zolang je Europees speelt, is dat geen thema. Pas nadien krijg je problemen. Vandaar dus ook onze mindere prestaties in maart en april. Ik ben wel blij om te zien dat sommige jongens dit seizoen geleerd hebben wat het betekent om bij een topclub te spelen. Brian Greene bijvoorbeeld. Hij was het van bij Aalstar gewend om vaak te scoren en lang op het veld te staan. Bij ons was dat anders en daar had hij het aanvankelijk moeilijk mee. Gaandeweg schakelde hij de knop om en in de play-offs zag ik een heel sterke en nuttige Brian Greene. Een topspeler die rebounds pakte en hard werkte. Hij zag in dat hij wel een mooie carrière kende tot dusver, maar nog nooit prijzen pakte. Om titels te winnen moet je als ploeg schitteren, niet individueel.”

Hoe ziet de toekomst van Charleroi eruit? In België kunnen jullie eigenlijk nog weinig evolueren. Dit was al de vierde titel op rij. Ligt de enige progressiemarge op Europees vlak?

“Ten eerste: titels winnen is altijd plezant. Dit was mijn zesde titel met Charleroi, maar ik zeg bij wijze van boutade: de zevende zal nog zoeter smaken. Maar het klopt wat je zegt, de Euroliga is onze echte uitdaging. Komend seizoen moeten we weer eerst kwalificatierondes spelen, maar we willen er alles aan doen om het jaar nadien op de A-lijst van de Euroliga te raken, zodat we de drie jaren daarna verzekerd zijn van een wildcard voor die competitie. Op basis van onze structuur en goede reputatie mogen we daar aanspraak op maken, denk ik.”

Wat is de verdienste van sportief manager Jacques Stas geweest in het succes?

“Jacques is een zegen voor een coach. Zijn rekrutering is haast feilloos. Hij was het die kleppers als Joseph Gomis en Demond Mallet kon strikken door te wachten op het goede moment om actie te ondernemen. Dat is een spelletje dat hij heel goed onder de knie heeft. Daarnaast zijn figuren als Jacques Stas nodig voor het Belgische basketbal in het algemeen. Hij organiseert samenkomsten, denkt op lange termijn en lag dit seizoen bijvoorbeeld mee aan de basis van de Development League.

“Ook op dat vlak is er nog groeimarge mogelijk bij Charleroi: de jeugdwerking. Daar zijn we nu volop in aan het investeren, maar dat kost tijd. Pas binnen drie of vier jaar mogen we daar de eerste resultaten van verwachten.”

Demond Mallet was ontegensprekelijk dé sleutelfiguur dit seizoen, de regelaar op het veld.

“Ik moet bekennen: spelers als Mallet maken de carrière van een coach. Als je zo iemand in je team hebt, kan je prijzen pakken. Hij is de beste spelverdeler met wie ik ooit samenwerkte. Enkel Michael Huger komt in zijn buurt, met name inzake persoonlijkheid en leiderschap op en naast het veld. Mallet is een leider, maar zonder de vedettestreken. Hij was nooit te laat op training en werkte altijd keihard. Hij aanvaardde ook mijn aanwijzingen en ik kon met hem in dialoog gaan over de tactiek. Wij kunnen als club alleen maar hopen dat hij blijft, we deden hem een voorstel van drie seizoenen, maar ik vrees dat het moeilijk wordt hem te houden.”

De sleutel tot succes: Demond Mallet

Over naar de Most Valuable Player van het seizoen 2010/11. Alvorens het vliegtuig richting Dallas op te stappen, geeft ook de Amerikaanse sterpspeler van Spirou Charleroi, Demond Mallet (33), zijn kijk op de voorbije campagne.

Je won al trofeeën in Duitsland, Spanje en zelfs Europees. Waar plaats je deze Belgische titel in die rangschikking?

Demond Mallet: “Helemaal bovenaan, zonder enige twijfel. Omdat we aan het seizoen begonnen met steile ambities en als absolute topfavoriet. Als je die rol dan waarmaakt, voelt dat heel goed. Bovendien bereikten we de Euroliga, ook dat was een doelstelling die we haalden.”

Jij werd verkozen tot MVP van het seizoen en na wedstrijd twee van de finales in de play-offs zei Brad Dean, coach van tegenstander Aalstar: ‘Demond Mallet gaf een demonstratie van hoe een spelverdeler hoort te spelen.’ Ik vermoed dat je tevreden bent met je seizoen?

“Zulke complimenten doen uiteraard altijd deugd, maar basketbal is een teamsport, zonder hulp van je ploegmaats ben je niets. Dat was ook de kracht van deze ploeg: iedereen droeg zijn steentje bij. Neem nu de derde en laatste match van de finales tegen Aalstar. Het was duidelijk dat ze de opdracht hadden mij lam te leggen, maar op dat moment traden jongens als Kyle Weaver of Dwayne Broyles op het voorplan. Zo word je kampioen.”

Je werd al voor het seizoen bestempeld als dé toptransfer en je bent ook de bestbetaalde speler in België. Zorgt dat voor extra druk?

“Neen. Ik weet wat ik voor een ploeg kan betekenen. Zowel op als naast het veld. Het komt er dus enkel op aan om je op het veld te amuseren. De rest komt vanzelf.”

Charleroi toonde in de finale van de play-offs duidelijk aan dat het de betere was van Aalstar. Zelf verbaasd dat het zo makkelijk ging?

“Luister, een 3-0 is nooit simpel in de play-offs. Aalstar is een goede ploeg, die zich goed wist aan te passen aan ons, maar wij waren nu eenmaal bijzonder gefocust. We hadden allemaal één doel voor ogen en dat maakte van ons een bijzonder sterk geheel.”

Was je tevreden met de campagne in de Euroliga?

“Tevreden … nee. Wel happy. Omdat vooraf iedereen dacht dat we geen enkele zege zouden behalen en dat we toch maar mooi Real Madrid, Bamberg en Málaga klopten. Maar niet helemaal tevreden omdat we in feite de Final Sixteen hoorden te halen, wat ons net niet lukte. In mijn opinie horen we daar thuis.”

Wat vond je van de je eerste kennismaking met de Belgische competitie?

“Het was in ieder geval een zeer aangename ervaring. Jullie competitie is zeer ondergewaardeerd, er lopen hier een pak goede spelers rond. Enkel die competitieformule waarbij je viermaal tegen elke ploeg speelt, vind ik maar niets. That’s boring!”

Blijf je volgend seizoen?

“Goh, ik zie wel wat op me afkomt. Het is nog te vroeg om beslissingen te nemen. Veel zal afhangen van wat er met deze groep gebeurt. Als ik van sommige jongens weet dat ze bijtekenen, kan dat een belangrijke factor zijn in mijn keuze. Want ik geef het je op een blaadje: als deze ploeg bijeen blijft, kunnen we volgend seizoen iedereen aan. Ook Europees.”

Je neef, NBA-vedette Shaquille O’Neal, kondigde vorige week zijn afscheid van het profbasketbal aan. Had hij niet kunnen wachten tot na de titel van Charleroi?

( lacht) “Het was niet echt een verrassing voor mij. We wisten dat het moment voor die beslissing stilaan gekomen was. Zo een NBA-seizoen mag je niet onderschatten, dat is hard en lang. Dat Shaquille het tot zijn 39e volgehouden heeft, is al een prestatie op zich.”

Weet hij eigenlijk dat jij in België speelt?

“Ja, al vermoed ik dat hij nog niet weet dat ik er een titel won. Dringend tijd dat ik hem daarvan op de hoogte breng!”

DOOR MATTHIAS STOCKMANS

“Demond Mallet is de beste spelverdeler met wie ik ooit samenwerkte.” Giovanni Bozzi

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content