In de Waalse klassiekers wint allicht geen Belg.

Met de Amstel Gold Race werd afgelopen zondag het tweede luik van het wielervoorjaar op gang geschoten. Tom Boonen en andere Stijn Devolders maakten plaats voor een ‘ander soort renner’. De meeste ‘kasseivreters’ en liefhebbers van de Vlaamse hellingen zijn immers niet zo tuk op de nijdiger klimmetjes in Nederlands Limburg, laat staan op hetgeen de eliterenners vandaag/woensdag en komende zondag voor de wielen krijgen in de Waalse Pijl en Luik-Bastenaken-Luik.

Als ‘het Ardense wielerweekend’ werden beide wedstrijden in de jaren vijftig en zestig onder één noemer geplaatst en werd er ook een gezamenlijk klassement opgemaakt. Dat gebeurt tegenwoordig alleen nog officieus en er zitten nu enkele dagen tussen de Waalse Pijl en Luik-Bastenaken-Luik. Maar dat je ongeveer dezelfde renners vooraan mag verwachten, blijft een evidentie.

Sinds de eerste editie van de Waalse Pijl, in 1936, slaagden zeven renners erin om beide koersen tijdens hetzelfde seizoen op hun naam te schrijven. De Zwitser Ferdi Kübler deed het zelfs tweemaal op rij, in 1951 en ’52. Stan Ockers won zowel de Waalse Pijl als Luik-Bastenaken-Luik in ’55, Eddy Merckx in ’71, de Italianen Moreno Argentin en Davide Rebellin in respectievelijk 1991 en 2004 en de Spanjaard Alejandro Valverde in 2006. Valverde was in 2006 trouwens de eerste Spanjaard die in Luik als winnaar over de streep reed, een resultaat dat hij vorig jaar nog eens overdeed.

Het vaakst was de overwinning, in de twee Ardense klassiekers, voor een Belg. Maar of we dit jaar in de Waalse Pijl voor de 38ste keer of in Luik-Bastenaken-Luik voor de 59ste keer een landgenoot mogen vieren, valt te betwijfelen. Voor de laatste zegevierende Belg in de Waalse Pijl moeten we met Mario Aerts in 2002 al zeven jaar teruggaan en de laatste Belgische overwinning in Luik-Bastenaken-Luik dateert al van 1999. De meeste wielerliefhebbers herinneren zich ongetwijfeld nog hoe Frank Vandenbroucke tien jaar geleden met de pedalen en met zijn rivaal Michele Bartoli speelde op La Redoute.

Vervlogen tijden, want zoals gezegd is de kans niet bijzonder groot dat Aerts of Vandenbroucke deze week een opvolger krijgt. Nochtans zijn er enkelen die ervan dromen. Zo start vooral Philippe Gilbert in eigen gouw met ambitie. “Ik focus op de Waalse klassiekers”, liet hij in januari op oefenkamp al in zijn kaarten kijken. Door de ‘crisis’ bij Silence-Lotto reed hij alsnog de Ronde van Vlaanderen, met een knappe derde plaats als resultaat. Maar de droom blijft om in de voetsporen te treden van zijn ploegleider en mentor Dirk De Wolf, die in 1992 Luik-Bastenaken-Luik won.

Gilberts ploeggenoot Jurgen Van Den Broeck kende vorig jaar zijn grote doorbraak in de Giro met een zevende plaats in de eindstand. Iemand die in Italië met de besten over de bergen raakt, moet daar in principe ook toe in staat zijn op beklimmingen als Stockeu, Rosier, Vecquée of Saint-Nicolas. “Bevestigen is echter moeilijker dan doorbreken”, beseft de stille Kempenaar zelf. De belangrijkste opties op succes bij Silence-Lotto hebben bijgevolg niet de Belgische maar de Australische ( Cadel Evans) of Nederlandse ( Thomas Dekker) nationaliteit.

Ook Quick-Step, die andere Belgische Pro Tourploeg, kiest voor buitenlandse speerpunten. Klimtalent Kevin Seeldraeyers, zevende in de eindstand en beste jongere in Parijs-Nice, werd door zijn ploeg immers niet opgenomen in de selectie voor het Ardense tweeluik. “We willen hem niet verbranden”, klinkt het bij ploegleider Rik Verbrugghe. Een uitleg die alleen maar aanvaardbaar is voor de amper 22-jarige Seeldraeyers.

De favorieten komen dus net zoals de voorbije jaren uit warmere Europese regionen. Met de Italiaanse en Spaanse toppers, Damiano Cunego of Samuel Sánchez of oud-winnaars Valverde en Rebellin, valt het minste te verdienen bij de bookmakers. Ook iets minder zuidelijk, namelijk in Luxemburg, hopen ze op een zege van een ‘compatriot’. Het zou zowel in de Waalse Pijl als in Luik-Bastenaken-Luik trouwens de tweede keer zijn. Kim Kirchen was vorig jaar de sterkste op de Muur van Hoei. La Doyenne werd in 1954 gewonnen door een Luxemburger, en nee dat was niet Charly Gaul, wel ene Marcel Ernzer. Kirchen kwam half februari zwaar ten val in de Ronde van Californië en ziet zichzelf niet voor de tweede keer op rij de Waalse Pijl winnen (“Ik zou geen geld op mezelf inzetten”). Fränk Schleck zou, ondanks zijn spectaculaire val en (lichte) hersenschudding in de Amstel Gold Race, wel eens een goede gok kunnen zijn. S

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content