‘Antwerp is een VIRUS waar ik nooit vanaf ben geraakt’

© belgaimage - eric lalmand

Hij is de enige Belg die voor tien Engelse clubs heeft gespeeld. Daarbij won hij de Premier League en werkte hij samen met Ferguson, Solskjær, Cristiano, Rooney en Ranieri. Een ontmoeting met de prille dertiger en boezemvriend van Jamie Vardy.

‘Dit contract is een droom. Ik kom weer thuis.’ Ritchie De Laet heeft er schik in. Hij is minstens voor twee jaar een Antwerpboy. In 2006 werd hij prof bij die club. Hij speelde enkele wedstrijden in tweede klasse, maar verdween dan van de Belgische radar: elf seizoenen Engeland, toch weer een half seizoen op de Bosuil in 2017/18 en recentelijk een verblijf in Australië.

Geografisch ligt de link tussen De Laet en Antwerp niet zo voor de hand. ‘Ik ben opgegroeid in Hoboken, waar ik ook begon te voetballen. Niet zo ver van het stadion van Beerschot. Maar in mijn familie was bijna iedereen supporter van Antwerp. Ik zou nooit voor Beerschot kunnen spelen. Onmogelijk. Als kind kwam ik hier op de Bosuil naar wedstrijden kijken. Mijn vader speelde op laag niveau, vaak ’s zondags om drie uur. Van zodra hij gedaan had, kwamen we naar hier voor de avondwedstrijd. Soms kwam mijn moeder, mijn zus of mijn grootvader ook mee. Ik zat in de tribune bij de promotie naar eerste klasse in 2000. Toen we in 2017 promoveerden, heb ik het vliegtuig genomen voor de beslissende match. Antwerp is een virus, waar ik nooit vanaf ben geraakt.’

Toen je nog in Australië zat, deed je zelfs een beroep op het bestuur om je terug naar België te halen…

Ritchie De Laet: ‘Ik beken. Dat was mijn eerste keuze. Ik heb overal gespeeld in Engeland, ik heb Australië gezien, nu ben ik dertig jaar en vond ik het een goed moment om terug te keren. Al ruim tien jaar leef ik apart van mijn familie. Als volwassene heb ik nog nooit de kans gehad om in Antwerpen te wonen, dat gebeurt nu pas. En ik ga ook niet naar om het even welke club. Antwerp is vandaag een club voor play-off 1, met ambities en een infrastructuur. Vergeleken met mijn debuut hier is dat dag en nacht verschil. Ik herinner me de oude tribunes nog, met gaten in de muren en de deuren, en te weinig ruimte om iedereen een plaats te geven in de kleedkamer. We kregen slechts één trainingsoutfit voor het hele seizoen en moesten zelf ons douchegerief meebrengen. Als je dat vergelijkt met de club nu! En dan is er nog de warmte van de supporters, die ik vergelijk met de passie van de mensen in Leicester.’

Dan was je dolgelukkig toen je hier een jaar geleden voor enkele maanden terugkeerde?

De Laet: ‘Ik had er gemengde gevoelens bij. De context was om te beginnen al heel anders dan nu. Ik wist dat het een tijdelijke terugkeer was. Aston Villa leende me uit voor een half seizoen, klaar. Er was een aankoopoptie, maar die bedroeg 2 miljoen of zo, ik wist dat Antwerp dat nooit zou ophoesten. En ik was ook niet in de vorm van mijn leven. Ik kwam terug na een zware knieblessure. De tweede helft van het seizoen liep ook niet zoals gehoopt. We hadden verwacht play-off 1 te halen, maar dat mislukte. En dus moesten we wedstrijden spelen waar geen enkele profvoetballer van droomt… Play-off 2, dat is me wat! Het enige positieve eraan was dat Beerschot in onze poule zat, dat waren twee wedstrijden met veel passie. De dag ervoor staken onze supporters Bengaals vuur af langs ons trainingsveld, zo wilden ze ons erop wijzen dat we maar beter iets konden tonen tegen de aartsvijand!’

In de geschiedenisboeken

Heb je er geen spijt van dat je zo jong uit België bent weggegaan?

De Laet: ‘Helemaal niet. Als je de kans krijgt om in Engeland te voetballen, dan ga je ervoor, op welke leeftijd dan ook. Ik wist zeker dat dat deuren zou openen, ook al slaagde ik niet bij mijn eerste club, Stoke City. En dat blijkt ook: er zijn altijd deuren die opengaan. Dat wat betreft het sportieve plaatje, daarnaast is er ook het financiële aspect. Ik zou nooit zoveel verdiend hebben als mijn carrière zich in België had afgespeeld, zelfs bij een topclub. De tweede afdeling in Engeland betaalt al dik! Er zijn spelers die een miljoen netto verdienen per seizoen. Zonder premies of bonussen. Clubs als Aston Villa of Middlesbrough hebben geen moeite met het betalen van hoge salarissen. Clubs die uit de Premier League degraderen, ontvangen twee seizoenen lang nog geld, ik geloof iets van een 100 miljoen. Daarmee blijven ze hun spelers betalen zoals in de Premier League.’

Je zei onlangs in een interview: ‘Mijn carrière in Engeland was mooi, maar nu wil ik weer wat plezier hebben in het voetbal.’ Amuseerde je je daar niet?

De Laet: ‘Op den duur niet meer. De laatste twee jaren waren lastig. Ik tekende voor Aston Villa en in de derde wedstrijd van het seizoen liep ik een knieblessure op. Negen maanden was ik buiten strijd. Toen ik terugkeerde, was Steve Bruce in de plaats gekomen van Roberto Di Matteo en hij rekende niet op mij. Ik ging geregeld uitleg vragen en telkens zei hij me dat ik echt dicht bij de ploeg stond. Maanden nadien zei hij nog altijd dat het niet veel meer scheelde. Uiteindelijk geraakte ik ontmoedigd, zelfs de trainingen vielen me zwaar, ik was niet gelukkig meer. Daarom stemde ik in met een uitleenbeurt naar Australië. Ik had nood aan zuurstof. En ik heb daar geen spijt van gehad.’

Is die competitie de moeite waard?

De Laet: ‘Laten we zeggen dat het niveau niet zo hoog is. Niet hoger dan de tweede klasse in België. En je speelt voor 4000 of 5000 toeschouwers terwijl er 50.000 of 60.000 stadionplaatsen zijn. Maar goed, voetbal is daar ook maar de vierde of vijfde sport. Je hebt hun twee soorten rugby, cricket, Australian rules football… Dat komt allemaal voor het voetbal. Afgezien daarvan heb ik echt genoten van het leven in Melbourne. Een ongelooflijke stad. Bovendien liggen bijna alle steden met een voetbalclub in eerste klasse langs de zee. We vertrokken telkens voor drie dagen, dus hadden we wat tijd om rond te kijken. Dat heb ik dan ook volop gedaan. Ik heb Kerstmis gevierd op het strand, bij veertig graden Celsius. Met een barbecue en bier. Dat heeft niks te zien met onze kerst, zij hebben geen kerstbomen of verlichting in de etalages.

‘Ik had er langer kunnen blijven, maar door een combinatie van factoren hebben mijn vrouw en ik besloten om terug te keren: het niveau van de Australische competitie, het leven ver van de familie en het verbod om mijn hond naar daar te halen – ik lach niet! En natuurlijk ook de kans om naar Antwerp terug te keren.’

Je hebt daar ook als aanvaller gespeeld…

De Laet: ‘Ja, ik denk dat ik op alle posities heb gespeeld, behalve in doel. De coach was Warren Joyce. Hij was mijn trainer toen ik prof werd bij Antwerp, ik kwam hem opnieuw tegen bij de U23 van Manchester United en dus nog een keer in Australië. Hij loopt als een rode draad door mijn carrière. Het is zo’n gast met wie het vanaf de eerste dag klikt. Bij Manchester liet hij me al enkele matchen als aanvaller spelen. In Melbourne kwam hij op een dag tijdens de training naar mij en vroeg: ‘Ik heb niemand meer voor de aanval, zal ik jou daar zetten?’ Ik heb hem geantwoord dat dat prima was. Ik heb vier of vijf matchen in de spits gespeeld en ook goals gemaakt. Eentje zelfs al na dertig seconden. Dat was een nieuw record in de Australische competitie, ik sta in de geschiedenisboeken!’

Twee prijzen op een dag

Kun je op je dertigste een balans maken van je carrière?

De Laet: ‘Ik zou zeggen dat alles perfect verlopen is, behalve die periode bij Aston Villa met mijn lange onbeschikbaarheid. Met Leicester ben ik kampioen geworden in The Championship en de Premier League. Ook met Middlesbrough ben ik naar de Premier League gepromoveerd. En ik heb een dag beleefd die een voetballer normaal gezien niet kan meemaken: ik heb twee trofeeën op een dag gewonnen, met twee verschillende clubs. In het jaar van de titel verliet ik Leicester in januari voor een uitleenbeurt bij Middlesbrough. Daar speelden we een beslissende wedstrijd om de promotie tegen Brighton. Eén punt volstond. We speelden gelijk en het was feest. Ik nam mijn medaille in ontvangst, stapte in mijn wagen en reed drie uur naar Leicester, dat om de titel speelde tegen Everton. Toen ik in het stadion arriveerde, waren er nog twintig minuten te spelen. Leicester won en was kampioen. Ik ben naar de kleedkamer gegaan, heb een truitje van Leicester aangetrokken en nadien hebben we gevierd met de supporters.’

Door in januari te vertrekken heb je eigenlijk maar een halve titel gewonnen…

De Laet: ‘Natuurlijk is het gevoel bij een titel anders wanneer je niet tot het einde in het midden van de actie hebt gestaan. Dat aftellen naar de titel, zoals de spelers van Leicester, dat heb ik niet meegemaakt. Idem bij Middlesbrough: ik stond in de ploeg die naar de Premier League is gepromoveerd, maar ik heb niet het hele seizoen gespeeld, dus ook daar ontbrak er iets. Ik viel telkens tussen twee stoelen. In geen van beide titels heb ik een hoofdrol gespeeld. Maar goed, ik vond dat ik weg moest gaan bij Leicester, omdat Claudio Ranieri me niet meer liet spelen. Ik stond voortdurend op het veld in de eerste zeven wedstrijden en we verloren slechts één keer, tegen Arsenal. En dan lag ik er opeens uit. Geen idee waarom. Ik was kwaad, ik ben meermaals naar Ranieri gegaan en heb hem vragen gesteld, maar hij heeft me nooit een echt antwoord gegeven. In januari zei hij me dat ik niet hoefde te vertrekken. Ik heb hem geantwoord dat ik er genoeg van had om heel de week te werken en van zodra de wedstrijden begonnen op de bank te moeten plaatsnemen.’

Ritchie De Laet:  'Als volwassene heb ik  nog nooit de kans gehad om in Antwerpen te wonen,  dat gebeurt nu pas.'
Ritchie De Laet: ‘Als volwassene heb ik nog nooit de kans gehad om in Antwerpen te wonen, dat gebeurt nu pas.’© belgaimage – eric lalmand

Eerste Belg bij Man U

47 matchen in de Premier League (bij Manchester United, Norwich en Leicester) en 128 in The Championship (Sheffield United, Preston, Portsmouth, Leicester, Middlesbrough, Aston Villa): Ritchie De Laet verliet Engeland met een behoorlijk bilan. Hij geeft nu toe dat hij op een bepaald moment hoopte op meer speelgelegenheid in de Premier League. Die hoop koesterde hij al vroeg in zijn carrière, toen hij tot beste speler U23 werd verkozen bij Manchester United. Met Ole Gunnar Solskjær als coach. ‘Ik dacht dat door die bekroning alle deuren op het hoogste niveau zouden opengaan.’

In de geschiedenisboeken staat dat Ritchie De Laet de eerste Belgische voetballer is die het shirt van de reus van Old Trafford mocht aantrekken. ‘ Adnan Januzaj, Marouane Fellaini en Romelu Lukaku hebben er meer gespeeld dan ik, maar ik was er vóór hen’, glimlacht hij. ‘Bon, ik ga daar niet over opscheppen… Ik bewaar geweldige herinneringen aan mijn jaren daar. Ik heb niet veel gespeeld maar ik trainde altijd met de profkern. Met Alex Ferguson, Cristiano Ronaldo, Wayne Rooney, Gary Neville, Edwin van der Sar, Nemanja Vidic, Rio Ferdinand… Ik vroeg me soms af of ik niet droomde. Ik verliet hen alleen de dag voor de wedstrijden om met de reserven te trainen. Ferguson is een ongelooflijke vent, dat is niet alleen een cliché. Hij had altijd wat tijd voor iedereen, hij praatte net zo goed met een U16 als met Rooney. Hij gaf niet echt trainingen, hij observeerde en liet twee andere trainers het veldwerk doen. Hij kwam naar de kleedkamer voor de matchen en wat hij zei was evangelie voor ons.’

Dankzij de prestaties van de ‘grote jongens’ mocht De Laet in 2009 zijn eerste officiële wedstrijd in het shirt van Man U spelen. Het was de laatste speeldag van de competitie, een uitwedstrijd tegen Hull City. Manchester zou drie dagen later in Rome de finale van de Champions League spelen (en verliezen tegen Barcelona). ‘Vijf jongens mochten met de A-ploeg mee naar Hull, omdat enkele basisspelers rust kregen. Een dik uur voor de wedstrijd kreeg ik te horen dat ik aan de aftrap zou komen.’

Daarna nam hij niet het vliegtuig om zijn ploegmaats in Rome aan te moedigen. ‘Dat was wel gepland, maar ik kreeg een telefoontje van de Belgische voetbalbond om naar de Kirin Cup te gaan. Ik dacht dat ik vertrokken was voor een lange periode bij de nationale ploeg, maar daarvoor had ik titularis moeten zijn bij een grote club. Ik neem dat niemand kwalijk. Thomas Vermaelen speelde bijvoorbeeld bij Arsenal, Jan Vertonghen bij Tottenham, Toby Alderweireld bij Ajax, Vincent Kompany bij City. Ik zat bij Leicester in The Championship… Waar zou ik dan recht op gehad hebben?’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content