Frank De Bleeckere fluit dit weekend voor de laatste

keer een wedstrijd. We zochten de twee vaste assistenten van ‘Team De Bleeckere’ op voor een uitgebreide

babbel over de beste Belgische scheidsrechter van

de afgelopen jaren.

Nog even en het is voorbij voor Frank De Bleeckere (45). Zaterdag fluit hij in Waregem voor de laatste keer een officiële wedstrijd: Zulte Waregem-Bergen. Op eigen vraag is dat dicht bij huis – De Bleeckere woont in de rand van Oudenaarde – zodat vrienden en familie erbij kunnen zijn. Europees nam hij al twee keer afscheid in Londen: met de oefenmatch Engeland-Spanje van het interlandvoetbal, en met Arsenal-Dortmund van de internationale clubscène. Zijn vaste assistenten waren er uiteraard bij. Peter Hermans, sinds 2005 in Team De Bleeckere, bereikte Europees ook de 45-jarige leeftijdslimiet en stopt op dat niveau ook. Walter Vromans gaat nog twee jaar door. Met wat voor man werkten zij al een half decennium samen?

Peter Hermans: “Met iemand die zeer gedreven was. Iemand die zich doelen stelde en daar voor de volle honderd procent voor ging.”

Walter Vromans: “Hij wist zeer goed wat hij wilde. Vol ambitie.”

Hermans: “Ik ben hem een eerste keer tegengekomen in september 2002, tijdens Club Brugge-AA Gent. Op dat moment werkte hij met een ander vast koppel, maar die mensen waren gezien hun leeftijd bijna einde carrière. Begin 2005 zijn ze gestopt en heeft Frank een team gevormd met Mark Simons en mij. Alles was gericht op de kandidatuur van Frank voor de WK’s in Duitsland en Zuid-Afrika.”

Vromans: “Toen Mark uitviel in de voorbereiding op het WK in Duitsland, heb ik hem vervangen. Daarna ben ik in het team gebleven, met uitzondering van het EK in Duitsland. Dat seizoen was ik vier maanden out. Alex Verstraeten is toen in mijn plaats gegaan.”

Werken jullie graag met een vaste scheidsrechter?

Vromans: “Als je wilt verbeteren, moet je naar vaste teams. Iedereen plukt daar op termijn de vruchten van, omdat je mekaar steeds beter kent.”

Hermans: “Ik kon de laatste jaren aan de lichaamstaal van Frank zien of hij goed zat of niet. En dan wist ik of ik moest ingrijpen en hem helpen, dan wel of ik het aan hem kon overlaten. Bij een andere scheidsrechter weet ik dat niet.”

Vromans: “Als het Centraal Scheidsrechterscomité van bepaalde arbiters gelooft dat ze een toekomst hebben, moet je ze toch koppelen aan vaste assistenten, om op termijn een goed team te krijgen.”

Microfoontjes

Hoe is Frank De Bleeckere geëvolueerd?

Hermans: “Zoals iedereen is hij gegroeid doorheen de jaren. Ik herinner me nog mijn eerste wedstrijd op Liverpool, tegen Juventus. We waren in België wel een en ander gewoon, maar als je net voor de wedstrijd in die tunnel staat en je hoort de supporters steeds intenser You’ll never walk alone zingen, dan weet je niet wat er gaat gebeuren. Twee, drie jaar later zijn we nog eens op Liverpool geweest. En dan weet je wél wat je te wachten staat.

“Frank kon heel snel absorberen. Een paar seconden lang was hij onder de indruk, maar vervolgens draaide hij direct de knop om. Dan zei hij: ‘Kom op mannen, we moeten ons ding doen.'”

Er is tijdens het EK 2008 een opmerkelijke documentaire gemaakt over de scheidsrechters. Er wordt blijkbaar wat afgepraat via die microfoontjes.

Vromans: “Wij lijnen vooraf dingen af, het terrein wordt verdeeld in zones, en Frank leidt de gesprekken. Als de actie in mijn buurt komt, roept hij: ‘Walter, het is aan jou. Geef je mening!’ Idem voor Peter. Zelf ziet Frank ook alles, maar als wij dichter bij de fase staan, vraagt hij onze mening.”

Hermans: “We praten constant, maar gebruiken geen lange zinnen, maximaal twee à drie woorden. Niet vergeten dat we met vier zijn: ook de scheidsrechter in de buurt van de dug-out draagt zo’n oortje. Europees zelfs met zes! Als iedereen dan zijn verhaal gaat doen, raakt Frank er nooit. Het is ook een kwestie van aanvoelen. Het kan dat je op veertig meter van een fase staat, maar toch iets hebt gezien wat aan de aandacht van de ander ontsnapte. Je moet als ploeg een manier van samenwerken ontwikkelen.”

Vromans: “In 95 procent van de gevallen neemt Frank de beslissing. Bij strafschoppen in onze zone geven wij onze mening, maar ook dan neemt hij de eindbeslissing. Buitenspel, daar volgt hij ons dan weer altijd in.”

Die scheidsrechters naast de doelen, is dat een verbetering?

Hermans: “Ik vind van wel. We kunnen ons nu helemaal op buitenspel concentreren, onze kerntaak. Op dat niveau is dat moeilijker omdat het razendsnel gaat. Het spel ligt daar ook veel minder stil. Pakt een keeper een bal, dan gooit hij die onmiddellijk uit. In twee stappen zijn ze aan de overkant.

“Bij corners kunnen we ons veel beter plaatsen ter hoogte van de voorlaatste man. De man naast het doel houdt dan andere dingen in de gaten: bal die onderkant lat naar beneden kan botsen, duw- en trekfouten, …”

Is een bal die achter de lijn kaatst, zoals Engeland op het WK overkwam, een nachtmerrie voor een assistent?

Vromans ( knikt): “Dat scheidsrechtersteam was tot dan héél goed bezig. Grote kandidaat voor de finale. Maar die fase besliste over hun toekomst. Is het een fout? Voor de buitenwereld wel, maar intern noemen wij dat geen fout. Je kan het onmogelijk waarnemen.”

Mag de technologie dan haar intrede doen?

Vromans: “Voor die fase wel. Niet voor penalty of buitenspel.”

Kon de vroeger al geïntroduceerde smartball er niets aan verhelpen?

Hermans: “Dat was een bal met een chip. Via een gps stond die in verbinding met een horloge dat wij droegen. Als de bal de doellijn overschreed, kregen wij een geluidssignaal én een visueel signaal. Toen ze ons het systeem demonstreerden, dachten we: dit is het. Tot we het in Peru uitprobeerden. Daar bleek dat het systeem tekortkomingen had. Zo was het best mogelijk dat er bij een bal die van de lat op grond stuitert onvoldoende tijd was om behoorlijk te registeren. Dan kregen we dus geen signaal. Of iets anders: op een gegeven moment viel een bal op het dak van het doel. Dat werd aangegeven als doelpunt. Kortom, er waren nog kinderziektes, maar het idee was schitterend. Het experiment dateert uit 2005, inmiddels staat de technologie ongetwijfeld verder.”

Foute perceptie

Hoe belangrijk was de voorbije jaren teamspirit voor jullie?

Vromans: “Zeer belangrijk. De druk is heel groot, het moet dus niet alleen op het veld klikken, maar ook ernaast. Zeker op een toernooi, dan kan je zes weken van huis zijn. Wij waren altijd samen. Je mag ook geen drie dezelfde karakters hebben. Ik ben eerder de animator. Peter de rustige die ons met de voetjes op de grond houdt. En Frank is Frank hé. ( lacht) Sociaal, babbelt met iedereen.”

Hermans: “Als je goed gepresteerd hebt, moet je even uit de bol kunnen gaan. En als het slecht was, even teleurgesteld zijn. Maar morgen is er weer een dag. Zowel in positieve als in negatieve zin. En dan gaat het mij niet over dromen van een finale op een toernooi. Van goeie momenten moet je genieten, maar je mag ze niet meepakken naar de volgende wedstrijd. Daar kan je het niet minder professioneel aanpakken of denken: vandaag zal het wel gaan.”

Wat vroeger wel eens werd gezegd van De Bleeckere. Mocht hij maar de Europese concentratie doortrekken naar de eigen competitie …

Vromans: “Totaal foute perceptie. Of Frank nu naar Moeskroen moest, of naar Anderlecht-Club Brugge, hij was altijd helemaal gefocust.

“Na het WK in Duitsland is het respect van de topspelers in België enorm gestegen. En na Zuid-Afrika van de hele voetbalwereld. Spelers gingen veel losser om met Frank en aanvaardden elke beslissing.”

Heel anders dan na die beruchte Brugge-Anderlecht van december 2002, toen er drie rode en negen gele kaarten vielen en het respect vér zoek was.

Vromans: “Frank heeft vaak genoeg gezegd dat hij die avond een klik heeft gemaakt en helemaal anders is gaan arbitreren.”

Hermans: “Door de jaren heen leer je omgaan met dingen. Op dat moment heeft hij misschien wel een mindere wedstrijd gefloten en viel wat tegen kon vallen, ook tegen. Maar geef hem de ervaring van vandaag en hij had er misschien wél nog iets van kunnen maken. Soms neem je een beslissing die een wedstrijd een heel ander aanzien geeft. Of soms gaan bepaalde wedstrijden na één onnozel voorval een heel andere kant uit. Recent zaten we op AA Gent voor de wedstrijd tegen RC Genk. Rustig, tot een scheidsrechtersbal niet wordt teruggegeven. Daar kunnen wij niks aan doen, in de spelregels staat nergens geschreven dat het moet. Maar het werkt elke keer als een rode lap op een stier. Spelers aanvaarden het niet, supporters evenmin. Nu heeft Frank ervaring genoeg om de gemoederen in zo’n geval te bedaren.”

Vromans: “Zet daar een van de opkomende jonge scheidsrechters en die kunnen dat misschien niet.”

Hermans: “Frank is een stuk rustiger geworden, en wij ook. Veertien dagen geleden waren we op Wembley, Engeland-Spanje. Er gebeuren zo veel dingen om je heen. Tachtigduizend mensen die zingen, wisselspelers die achter en voor je doorlopen, fotografen die daar zitten, de linksachter die soms ook nog tegen je begint te praten, … Door de ervaring focus je alleen op wat je taak is: die voorlaatste verdediger.”

Is er tijd voor complimentjes tijdens een wedstrijd?

Hermans: “Ja hoor. Als hij goed voordeel geeft, zeg ik dat.”

Vromans: “Tijdens een snelle wedstrijd roep ik weleens: ‘Komaan Frank, blijven gaan!’ Als hij een kaart geeft en er volgt wat kritiek, zeggen wij: ‘Goeie beslissing, honderd procent gelijk.'”

Hermans: “In een moeilijke fase zou er weleens twijfel in het hoofd kunnen sluipen. Dan is het goed dat je onder mekaar kan zeggen: we zijn op de goeie weg. Zelfs al heb je een foutje gemaakt, dan nog moet je dat afsluiten. Deleten en door.”

Hebben vaste teams andere wedstrijdrituelen? Volstaat een knipoog?

Hermans: “Ook al hebben we al heel veel wedstrijden samen gedaan, Frank blijft voor een wedstrijd alles herhalen. In die fase dit, in die fase dat, ik kan het lijstje stilaan zelf afdreunen.”

Vromans: “Als er een serieuze fout gebeurt, maar hij kan voordeel geven, dan moet iemand van ons het nummer kennen van de speler die de fout maakte. Hij heeft dat ook wel gezien, maar is bezig met de volgende fase en wil zekerheid.”

Hermans: “Als het spel dan stilligt, zeggen wij waar die bewuste speler staat, zodat hij niet moet beginnen te zoeken. Dat weten we van buiten, maar voor elke wedstrijd zal hij dat herhalen. Ook bij opstootjes weten we perfect wie wat gaat doen.”

Hoofdstuk

Gaat het dit weekend raar aanvoelen in Waregem?

Hermans: “Het is een hoofdstuk dat wordt afgesloten. In Arsenal waren we er voor de wedstrijd ook niet mee bezig dat het onze laatste Europese opdracht was.”

Vromans: “Peter is dat proces in Zuid-Afrika al begonnen.”

Hermans: “Na de laatste strafschop in Uruguay-Paraguay. Ik denk dat Frank er langer over zal doen. Logisch, hij zit er al veel langer in en heeft een andere persoonlijkheid. Wij hadden ook nog onze jobs.”

Vromans: “Bij Frank was het eerst het gezin, dan de arbitrage, en dan pas werk.”

Hermans: “Voor een EK of WK was de arbitrage ons leven, vijf, zes maanden lang. Nadien gingen we weer werken. Voor Frank was de arbitrage er het hele jaar door. Voor ons begon die intense periode in 2005, voor hem duurt dat al veel langer. De arbitrage was zijn leven.”

Staat er in Waregem straks iets te gebeuren?

( in koor) ” Wait and see.”

DOOR PETER T’KINT – BEELDEN: IMAGEGLOBE

“Ik kon aan de lichaamstaal van Frank zien of hij goed zat of niet.” Peter Hermans

“Na het WK in Duitsland is het respect van de topspelers in België voor Frank enorm gestegen.” Walter Vromans

“Het moet niet alleen op het veld klikken, maar ook ernaast.” Walter Vromans

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content