De mannen van Diego Simeone werden in alle stilte herfstkampioen in Spanje. Kunnen ze straks ook de titel pakken? Een en ander zal zaterdag duidelijk worden tijdens de klapper in Camp Nou.
Terwijl de Grote Twee uit het Spaanse voetbal dagelijks de voorpagina’s halen met trainerswissels (Zidane), rechtszaken (Messi, Mascherano), transfergeruchten (Neymar), leedvermaak over de eeuwige rivaal (Piqué) en andere joligheden, doet het Atlético Madrid van Diego Simeone geruisloos weer mee voor de prijzen. Sinds de komst van de Argentijnse coach won Atlético elk seizoen een trofee, alleen vorig seizoen bleef het achter met zo goed als lege handen. In augustus 2014 won het nog wel de supercup, maar op het einde van de rit strandde het op een derde plaats in de competitie en werd het in de Champions League en de Copa del Rey uitgeschakeld in de kwartfinales. Dit seizoen lijkt Atlético alweer de belangrijkste uitdager te worden van Barça en Real in de titelstrijd. In de 1/8 finales van de Champions League trof het met PSV een haalbare kaart en in de Spaanse beker kan het zich vanavond tegen Celta de Vigo verzekeren van een plaats in de halve finale. De enige smet is het FIFA-transferverbod, waartegen de club wel beroep aantekende.
Simeone verkoopt zijn ploeg nog altijd graag als de underdog, maar ondertussen is het dat al heel wat minder. De club is de laatste jaren gegroeid maar moet natuurlijk blijven opboksen tegen twee reuzen. Spaans bondscoach Vicente Del Bosque verbaasde zich erover dat er geen spelers van Atlético in het FIFA-wereldelftal van 2015 opgenomen waren, maar zo verbazend is dat niet. Er lopen immers geen wereldvedetten rond in het Vicente Calderónstadion, en zo ziet Simeone het ook graag. De enige die er op dit moment boven uitsteekt, is Antoine Griezmann. De spits neemt meer dan een derde van de doelpuntenproductie voor zijn rekening. Opvallend is dat meer dan tien andere spelers uit de ploeg ook al gescoord hebben. Doelpunten en assists komen zelfs met de regelmaat van de klok van bankzitters die invallen. ‘Elke speler moet begrijpen dat het bij ons niet het belangrijkste is dat je in de basiself staat’, zegt Simeone. ‘De kwaliteit van de speelminuten is belangrijker dan de kwantiteit.’
Dat is ook wat de drie van de zomeraanwinsten – Yannick Carrasco, Jackson Martínez en Luciano Vietto – zich in het hoofd moeten prenten. Het trio kostte in totaal 75 miljoen euro, maar elk van hen kwam in de competitie dit seizoen nog niet aan de helft van het totale aantal speelminuten. Van de drie wordt onze landgenoot nog het vaakst gebruikt door Simeone, die Carrasco vooral looft om zijn snelheid en omschakeling van verdediging naar aanval. Toch heeft de Belg nog werkpunten, zo zei de trainer aan El País: ‘Tactisch moet hij nog groeien en ik eis ook van hem dat hij meer goals maakt, want hij heeft een goed schot en is goed één-tegen-één.’ Over de titel wil Simeone zelf nog geen uitspraken doen, maar Carrasco liet zich wel al ontglippen: ‘Het kan, als we top zijn.’
DOOR STEVE VAN HERPE
