Morgen/donderdag wordt om 17.45 uur in het Grimaldi Forum in Monaco geloot voor de groepsfase van de Champions League. Wie worden de tegenstanders van de Buffalo’s? In Gent wordt er reikhalzend naar uitgekeken.

Hij stond voor ons aan de kassa van de buurtsupermarkt in de Wondelgemstraat, hartje Rabot, een van de multiculturele wijken in Gent. Geschatte leeftijd: een jaar of zes. In de hand een lolly, gekregen van mama. Het shirtje half uit de broek. Eentje van Barcelona. Even verder, op het gras voor het nieuwe justitiepaleis, waren vriendjes aan het voetballen. Niet eentje droeg er de blauw en witte kleuren van de landskampioen. AA Gent zal hen worst wezen, ook in het centrum van de Arteveldestad.

Tot je op zondag door de stad fietst, als de Gantoise STVV ontvangt. ‘Een uitverkocht huis,’ zegt Filip, van de gelijknamige slagerij, ‘dat is toch iets speciaals, vijf jaar geleden was dat ondenkbaar.’ Dan zie je ze wél: op de fiets of wachtend aan de tram- of bushalte. Vlag, sjaal, trui in de hand. Dan regeert blauw en wit wél en is iedereen opnieuw Buffalo, op weg naar de Ghelamco, of het buurtcafé. Dat ziet Filip, sinds jaar en dag sponsor. Een kleine, zegt hij zelf: ‘Een stille, die vooral de jeugd steunt.’ In zijn ogen breidt de blauw-witte vlek uit. ‘Die titel heeft hier in Oostakker wat losgemaakt. Toen we de vlag uithingen, hebben verassend veel klanten zich als supporter geuit. Mensen van wie ik het nooit had gedacht. Alsof ze er plots wél voor uit durfden te komen. (mijmerend) Barcelona… Mm, wie weet?’

Wie weet wát?

Filip lacht: ‘Wie weet kan ik wat dichter bij Messi komen. Alhoewel, ik heb intern al een en ander opgevangen. Het zal zeer moeilijk worden…’

TURKSE SPELER

Augustus in de stad. Voetbal is ver van de gedachten van de Gentenaar. Er wordt dezer dagen gefilmd op de Sint-Michielshelling en meisjesharten slaan sneller. Niet voor voetballers, deze keer. Oscarwinnaar Adrien Brody is er, en ze hangen rond, op zoek naar een glimp van de acteur. De brug is van alle modernisme ontdaan, stewards regelen het fietsverkeer.

Op het stadhuis werkt Resul Tapmaz (sp.a) op een drafje zijn laatste afspraken af. De schepen van Sport, Jeugd en Integratie mag met vakantie. Tapmaz, van Turkse afkomst, is ook voorzitter van de vzw Voetbal in de Stad, de communitywerking van AA Gent. ‘Toen in mei was iedereen Buffalo, straks zal dat ook zo zijn bij de loting. Zelfs Gentenaars die tot dan absoluut niet bezig waren met voetbal. Ik schrok van wat voetbal kan losmaken. Dat kleine broertje dat uit zijn puberteit kwam, volwassen werd en mocht knokken tegen de toppers… Barcelona mag, ja. Iedereen wacht toch op Messi?’

Die betrokkenheid van iedereen is voor hem van groot belang. Tapmaz: ‘Wat AA Gent speciaal maakt, is de sterke communitywerking. Veel sociale projecten zijn maatschappelijk relevant – over onderwijs, gezondheid, het begeleiden en ondersteunen van druggebruikers – en samen met het bestuur van AA Gent hebben we recent beslist om daar nog meer in te investeren.’

De band met de gemeenschap moet nog hechter. Sportief moet een van de pijlers een nauwere samenwerking worden met de provinciale ploegen. Tapmaz: ‘We hebben meer dan 2200 jeugdspelers, maar toch slagen we er niet in om die talenten te laten doorstromen naar de topclubs. Daarom hebben we een charter ondertekend, met alle Gentse clubs in provinciale, RC Gent Zeehaven én AA Gent om samen te werken. Dat zal tweerichtingsverkeer zijn. Bij de provinciale ploegen moeten structurele hervormingen komen en twee keer per maand zullen trainers van RC en AA Gent ter plaatse training geven. AA Gent zal binnenkort een volledige uitrusting aanbieden aan die 2200 jongeren. We gaan ook regelmatig maatschappelijke thema’s aankaarten bij de jongeren, rond voeding, ouderparticipatie,… Jeugdspelers zullen de kans krijgen om op de oefenvelden van AA Gent een training te volgen, enzovoort.’

Het stadhuis wil open clubs en ziet het voetbal als middel voor integratie. Maar hoe rijm je dat met de wijkploegjes, die nog vaak homogeen zijn van nationaliteit? Tapmaz: ‘Dat kan je niet vermijden. Elke gemeenschap heeft zijn eigenheid, dat moeten we écht respecteren. Maar we moeten ook dingen vinden die ons binden. Ik loop tijdens wedstrijden geregeld door de Ghelamco, op alle niveaus. Ik zie meer en meer andere kleurtjes. De Gentse Turken raken niet door de jeugdrangen, ik constateer dat ook. Maar het project ‘elk talent telt’ is een langetermijnproject. (lacht) Misschien moet AA Gent een keer een goeie Turkse speler kopen, zodat die gemeenschap nog meer wordt aangesproken.

‘De communitywerking, een nieuw stadion, het kampioenschap, nu de Champions League,… Uiteraard heeft dat allemaal een impact op de stad’, vervolgt hij. ‘Daarom is het ook zeer belangrijk dat AA Gent eigenlijk een semioverheidsploeg is, de stad heeft mee geïnvesteerd. Wij zien die participatie als iets positiefs, zeker nu zakenmensen uit verschillende landen voetbalploegen opkopen. Topsport is commercieel, daar heb ik geen problemen mee, maar je moet beseffen dat een voetbalclub ook van de burger is.’

EEN GENTGEVOEL

Is AA Gent echt een semioverheidsbedrijf? Christoph Peeters (Open VLD en Gentse schepen van Financiën, Middenstand, Feesten en Innovatie) schrikt. ‘Die vergelijking gaat niet op. Het kan niet de bedoeling zijn dat we als overheid in de werking van de club participeren. Ik heb vroeger als schepen van Sport het motto gebruikt: wij doen de stenen, de clubs de benen. Als overheid moet je vooral wegblijven uit de werking van de clubs.’

De bezorgdheid van zijn coalitiepartner Tapmaz over het economisch model van ons voetbal deelt hij wél. Peeters: ‘Ik kijk uit naar de Champions League, het is iets unieks. Enfin, laat ons hopen dat het niet uniek blijft. Barcelona is de absolute topclub, maar qua businessmodel kijk ik eerder naar Bayern München, naar hoe Duitse clubs worden gerund. De Engelse clubs vind ik geen voorbeeld, die komen zichzelf ooit nog tegen. Ze zijn allemaal in handen van wat ik ‘een uitvergrote versie van Balthasar Boma‘ noem. RomanAbramovitsj is een Balthasar Boma in het groot, die kocht een club om zich mee te amuseren. Het Spaanse voetbal is samba, schitterende ambiance en beleving, maar qua businessmodel dramatisch. Het is, denk ik, niet altijd een goed idee om voorzitters te laten verkiezen. Ons Belgische model is evenmin duurzaam. Trek een cirkel rond Oostende en de helft van het publiek bestaat uit vissen. Je kan geen zeven van de zestien clubs uit West-Vlaanderen laten komen. Beveren, Lokeren, Gent, Waregem, Kortrijk, Moeskroen,… Heel die as, dat slaat nergens op, economisch is het Belgische voetbalmodel op niks gebaseerd. Maar goed, de Belgische competitie is internationaal dan ook provinciaal niveau.’

Waar staat AA Gent dan? Peeters: ‘Ons model is anders. Wij willen absoluut vermijden dat we hier toestanden krijgen zoals bij KV Kortrijk. De community is inderdaad belangrijk. Als ik kijk naar het wielrennen, waar een Oleg Tinkov (hoofdsponsor van Team Tinkoff-Saxo, nvdr) regeert als een despoot… Dat is waanzin. AA Gent maakt deel uit van iets unieks in deze stad, een netwerk van een société civile, met mensen uit de cultuursector, het Festival van Vlaanderen, het bedrijfsleven, de sportwereld, de politiek. Het is belangrijk dat AA Gent daarin verankerd blijft. We mogen er ook niet van uitgaan dat het elk jaar prijs zal zijn, we zijn Anderlecht nog niet. We gaan nog een tijdje bezig zijn voor we het ooit zullen worden. Om de twee jaar top drie of Champions League, dát is een goed model, rustig en organisch groeien. Dat is waarvoor Ivan De Witte en Michel Louwagie hebben gekozen. Geen zotte dingen doen met de miljoenen van de Champions League, geen steekvlampolitiek. Dat verhaal van de duurzame groei zit erin, maar is ook iets waar we nog wat mensen in de business van moeten overtuigen. We moeten er ook over waken dat we niet de arrogantie van Club Brugge of Anderlecht krijgen. Je agressief opstellen is nergens goed voor. Ik wens geen Bart Verhaeghe in Gent, iemand die zegt: we gaan ze hier nu eens allemaal verslaan. Dat zit niet in onze volksaard. We zijn de sympathieke underdog, die ook niet té bescheiden moet zijn. Dat zijn we in het verleden misschien iets te veel geweest.’

Heeft de titel de stad hipper gemaakt? Lokt De Gantoise meer toeristen? Krijgt Gent meer reportages in buitenlandse kranten? Peeters: ‘Dat zijn inspanningen van heel veel jaren. Ik kan me niet voorstellen dat buitenlandse toeristen wakker liggen van de lokale voetbalclub. In de Veldstraat hebben we geen fanshop, zoals Barcelona er wel eentje heeft op la rambla. Toeristen komen hier voor andere dingen. De Belgische competitie is ook niet van dien aard dat ze veel in het buitenland losweekt. Internationaal gaan we daar onze boterham niet mee verdienen, ook niet met de Champions League. Daar maak ik me geen illusies over. Maar lokaal-regionaal maakt het wél een verschil, het heeft mee een Gentgevoel gecreëerd. Van die 125.000 man die hier in de binnenstad langs het water stond bij het vieren van de titel heeft waarschijnlijk driekwart nog geen voetbalmatch gezien, laat staan een stap gezet in dat stadion. Dat maakt ook niet uit, je creëert een gevoel. Zelfs onder de aangespoelde Gentenaars. Jongeren kunnen nu tegen hun vader, die destijds supporter werd van Club Brugge, zeggen: dat is zo eighties of nineties, Clubsupporter zijn.’

HIGHLAND GAMES

Niet alleen sportief zet Gent zijn voet tussen de groten, ook commercieel. Een nieuwe naam op de mouwen is Wilink. Stefaan Vallaeys: ‘We zijn nieuw bij Gent, sinds een paar weken. De reden: we wilden onze nieuwe bedrijfsnaam enige naambekendheid geven. Onze hoofdzetel voor Vlaanderen is hier, het voetbal leek ons een mooi platform, mooier dan de autosport waar we voordien actief waren. We hebben ook onderhandeld met Club Brugge, maar dat zocht naar een shirtsponsor. Dan heb je het over heel andere bedragen. Bovendien bleek in Gent de bereidheid om iets op maat in mekaar te steken, groter dan in Brugge. Vandaar de keuze.’

Frederic Van den Steen werkt voor Jartazi, dat net voor de start van de play-offs met AA Gent in zee ging. Van den Steen: ‘De titel was onverwacht, een betere start konden we ons niet dromen. We konden niet volgen in het voorjaar, alles vloog de deur uit. Nu nog. Gelukkig hebben we onze eigen unit in China en kunnen we goed inspelen op de vraag. We waren al bij Lokeren, twee Oost-Vlaamse ploegen is geen toeval, we willen sterk staan in Oost-Vlaanderen. Al is de ambitie wel overal in het land aanwezig te zijn.’ En nu Europa? Van den Steen: ‘Rustig, we hebben niet de ambitie om pakweg tussen Nike of Adidas te gaan staan. Jartazi zal nooit tot dat niveau opklimmen, net als Gent ook nooit de Champions League zal winnen. Een ploeg als Anderlecht is voor ons niet weggelegd. We willen tot de top in België behoren en hebben nu ook een topclub. Dat is mooi.’

En met die topclub willen ze bij Napoleon Games, een structurele partner van Gent, iets moois doen, zegt Pieter De Maersschalck, marketingverantwoordelijke. ‘We gaan met de spelers een aantal leuke filmpjes opnemen, die we willen verspreiden via de sociale media. De eerste ideeën zijn er, de gesprekken lopen, het is alleen niet zo makkelijk om opnamedata te vinden. Het zal iets zijn in de trant van de Duiveluitdagingen, maar kleiner. Iets als de Highland Games. De trainer staat er positief tegenover, hij wil de rol van leider wel op zich nemen. Vorig seizoen waren we nog sponsor van vier eersteklassers, naast Gent ook nog Moeskroen, Westerlo en Oostende. Dat hebben we afgebouwd. Met Oostende en Moeskroen hebben we geen contract meer, dat bij Westerlo loopt nog een half jaar en wordt niet verlengd. We willen ons echt associëren met de waarden van AA Gent: ambitie, ernst en innovatie. Oostende heeft een feestimago, plezierig en ludiek, laagdrempelig. Daar willen we ons liever niet meer mee associëren. Wij willen in onze sector meedoen in de Champions League, ons ambitieus tonen. Net als de club.’

DOOR PETER T’KINT – FOTO’S BELGAIMAGE

‘AA Gent is eigenlijk een semioverheidsploeg, de stad heeft mee geïnvesteerd.’ RESUL TAPMAZ, SCHEPEN VAN SPORT

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content