Bijna een jaar geleden werd u ontslagen door de KBVB, wat u niet begreep. Hebt u intussen begrepen waarom u geen technisch directeur van de Belgische voetbalbond meer bent?

Benoît Thans: “Het is niet de voetbalbond die me mijn ontslag heeft gegeven. Er waren twee, drie mensen die mijn vel wilden, Franstaligen. Wanneer men de taal van het voetbal niet spreekt en nog nooit een bal zag, wordt het moeilijk om nog te functioneren. Ik wilde zeer veel veranderen, zeer snel, op veel vlakken. Daar kwam veel weerstand tegen. Toen ik probeerde om jongeren te halen, hebben de ouderen zich verzet en hun plaatsje beschermd. Ze zijn er nog steeds, zij hebben dus gewonnen. Mag ik er overigens aan herinneren dat ook Francky Dury het niet meer aankon, op het moment dat hij de job van technisch directeur opgaf? Ondanks alles denk ik dat ik veel werk heb verzet, daar zal ik altijd fier op zijn. Het was een kolossale taak. En er is nog veel te doen.”

Laat het grote publiek zich niet verblinden door de resultaten van de Rode Duivels om te zeggen dat alles op wieltjes loopt bij de voetbalbond?

“Dat is een uitstekende samenvatting. Ja, er is inderdaad een neiging om alleen te kijken naar wat loopt op het hoogste niveau. Maar daaronder gaat niet alles zo vlot. Ik geef maar één voorbeeld: de formule van het kampioenschap. Van bij de start van een seizoen zijn er vijf clubs verzekerd van deelname aan PO 1, ook al voetballen hun spelers tegen 60 procent van hun mogelijkheden. Europees moeten die evenwel tegen 110 procent spelen om een resultaat te kunnen halen, en dat is onmogelijk als je niet elk weekend alles geeft. Conclusie: je verzwakt je eigen kampioenschap en vermindert je kansen in de Champions League en Europa League. Dat hebben we dit seizoen gezien.”

Eist u, zoals Georges Leekens, ook een aandeel op in het succes van de nationale ploeg? U had immers een stem bij de keuze voor Marc Wilmots.

“Ik heb absoluut geen enkele verdienste aan de resultaten van de A-ploeg of die van de Beloften, maar niemand kan ontkennen dat ik de mensen die nu goed presteren mee heb aangebracht. Ik heb bijgedragen tot de aanstelling van Marc Wilmots en Johan Walem maar ook van Ives Serneels. Niemand wilde dat hij de vrouwen zou trainen, maar nu wordt hij alom geprezen. Gert Verheyen, Filip De Wilde, Gaëtan Englebert en Thierry Siquet zijn andere namen die ik naar de voetbalbond heb gehaald. Ze zijn er nog, terwijl ik opzij ben gezet. Dat wil zeggen dat het mensen met kwaliteiten zijn.”

U hebt de vereiste diploma’s, maar twaalf jaar na uw actieve voetbalcarrière kreeg u nog geen enkele kans om trainer te worden op het hoogste niveau. Hebt u daar een verklaring voor?

“Er waren in het verleden al concrete aanbiedingen van Westerlo en Charleroi, maar die projecten pasten op dat moment niet. Ik betreur niks, ben niet negatief en zeker niet gefrustreerd. Ik doe veel andere dingen. We zijn nu intens bezig met de Challenge Sjlivo, het grootste indoortoernooi van België: 5700 spelers, van U6 tot veteranen, vrouwen, partners, ondernemingen. In totaal 2000 wedstrijden en 70 scheidsrechters. Ik lanceerde ook een ander toernooi, dat mijn naam draagt. Ik heb een voetbalschool, organiseer stages. Je moet echt geen trainer in eerste klasse zijn om gepassioneerd bezig te blijven.”

Op dit moment werken in eerste klasse trainers die geen grote carrière als speler hadden: Felice Mazzu en Francky Dury zijn laag begonnen. Zou u ook die weg willen bewandelen?

“Ik ben trainer geweest in derde en vierde klasse, maar in tegenstelling tot de anderen had ik op hetzelfde moment nog een boel andere activiteiten. Had ik mijn aandacht toen niet ontzettend verdeeld, mijn parcours als coach had er misschien anders uitgezien.”

DOOR PIERRE DANVOYE

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content