Woorden van Nelson Mandela, die de sport gebruikte om een burgeroorlog in zijn land te vermijden. Nu en vooral komende zomer staat voetbal centraal, maar in 1995 was dat nog rugby, dat erin slaagde een verdeelde natie te verenigen.

De Confederations Cup, die dezer dagen in Zuid-Afrika wordt afgewerkt, is dé grote test voor het land met het oog op het WK voetbal volgend jaar. Leek de economische crisis lange tijd aan het land grotendeels voorbij te gaan – dankzij de grondstoffen en de voorzichtige koers die de Zuid-Afrikaanse banken hanteerden – dan zijn ook nu de eerste tekenen van de recessie aanwezig. Jan Wauters, sinds 1999 geregeld overwinterend in het land, constateert als gevolg daarvan enige twijfel, twijfel die het WK straks misschien kan/moet wegvegen. “Met de crisis merken ze dat de eeuwige vooruitgang van vijf à zes procent niet zomaar doorgaat. Er is misschien iets minder enthousiasme, maar wel nog steeds geloof in een betere toekomst voor het land. De oudere generatie blanken is geëmigreerd, naar Australië, Nieuw-Zeeland en Canada of Londen als stad, maar de jongeren keren terug. Ze gaan nog steeds in Londen studeren en daarna geld verdienen, maar komen dan terug, om een eigen business op te starten. En ze willen leren van ons, ze beginnen te beseffen dat ze toch niet zo goed waren onder die periode van apartheid. Die generatie hoopt, samen met de zwarten, dat het straks allemaal goed zal verlopen, want stel dat er van alles ontbreekt, dan krijgen ze toch een klets om de oren. Ik zeg het hen na: het is een prachtig land, een mooi land, niet alleen van natuur, ook van wijn, cultuur en literatuur, maar ook om allerlei redenen een dramatisch land. Van Herrenvolk werden ze underdog in de wereld en dat gaf aanleiding tot verzet. Nu is er een nieuw zelfrespect. En ze willen o zo graag horen of ze het wel goed doen. Wat denkt ge, Jan? Zijn we goed bezig? Ja, maar ik weet, de facto, hoe kwetsbaar ze zijn, alle goeie bedoelingen ten spijt, in de uitvoering. Hoe er toch weer iemand niet op post is, of er gekonkelfoesd wordt. Het Duitse woord Disziplin is voor hen een wonderwoord. Maar daar moet ik toch om lachen.”

* * *

Sport als katalysator voor een goed gevoel, van sterke emoties bij de massa. Als hulpmiddel om de (politieke) perceptie op een land (bij) te sturen, het is van alle tijden. Sterk zoals Guus Hiddink in 2002 Zuid-Korea achter de nationale voetbalploeg wist te krijgen. Of zoals Duitsland vier jaar later een goed gevoel overhield aan zijn perfect georganiseerde wereldbeker, ook al won het land geen titel. Sport werd soms ook misbruikt, het bekendste voorbeeld daarvan zijn de Spelen in Berlijn in 1936, waar Jesse Owens fameus de wens van Hitler, aantonen dat het Arische ras superieur was, ondermijnde door vier keer goud te winnen. In een jarenlang door rassensegregatie verdeeld land als Zuid-Afrika kan het WK van 2010 veel betekenen voor de zwarte bevolking, die soccer als haar sport omarmde. Zoals in 1995 de wereldbeker rugby het land misschien wel heeft gered van de burgeroorlog.

Dat meent althans John Carlin. Carlin was correspondent voor The Independent in Zuid-Afrika tussen 1989 en 1995. Een opwindende periode in de wereldgeschiedenis. In Europa viel het ijzeren gordijn en in Zuid-Afrika kwam een einde aan de apartheid. Nelson Mandela werd vrijgelaten, blank en zwart zochten voorzichtig toenadering en in 1994 werden de eerste democratische verkiezingen georganiseerd. Een jaar later was er het WK rugby.

Carlin volgde alles en publiceerde in 2008 een boek over die periode. Een sportboek, met een historische en politieke ingang. Uitgaande van het thema dat dankzij de uitgekiende strategie van Mandela de wereldbeker rugby blank en zwart voor het eerst met elkaar verzoende. Playing the enemy heet het werk in het origineel, de vijand bespelen. In de vertaling ging die titel verloren.

Robbeneiland

71 was Mandela, toen hij in februari 1990 werd vrijgelaten. In augustus 1962 was deze politieke activist opgepakt omdat hij zich verzette tegen de in 1948 officieel geïnstalleerde apartheid, waardoor blank, zwart en coloured (de zogenaamde bruinen) andere rechten kregen qua bewegingsruimte, gezondheidszorg, infrastructuur, … In een persoonlijk pasje stond tot welk ras je behoorde en welke rechten je daarom had. U kent de bordjes wel, bij bussen, stranden, parken of officiële gebouwen. Slegs vir blanke of Vir gebruik deur blankes.

Het was de Afrikaanse National Party die zo dom was een door Britten sluiks geïnstalleerd perfide koloniaal systeem in echte wetten te gieten. Mandela, een gewezen bokser en advocaat, protesteerde er jarenlang tegen. Eerst vreedzaam, daarna met steeds meer dreiging, waarna hij met de hulp van de CIA, die in hem een communist zag, werd opgepakt en achter tralies gezet.

In 1990 was zijn vrijlating onvermijdbaar. Zuid-Afrika werd getroffen door boycots allerhande en intern nam de spanning overhand toe. Mandela zat dan al lang niet meer op Robbeneiland, de befaamde gevangenis voor de kust van Kaapstad. In 1982 werd hij overgebracht naar Pollsmoor Prison en in 1988 naar Victor Verster in Paarl, waar Jan Wauters zijn winterresidentie heeft en Mandela binnen de gevangenis min of meer over een privéwoonst beschikte. Al vanaf 1985 waren er volgens Carlin geheime gesprekken over zijn vrijlating met de minister van Binnenlandse Zaken, toen bleek dat het (interne) geweld toenam.

Luwen deed het geweld ook na zijn vrijlating allerminst, zelfs niet toen bleek dat er vrije verkiezingen zouden komen. Wat bij het uiteenspatten van Joegoslavië gebeurde, dreigde ook in Zuid-Afrika. Zwart was het onderling oneens, Buthelezi en zijn Inkathapartij zagen een heel andere vrijheidsstrijd dan het ANC van Mandela, waar ook niet iedereen achter de vreedzame politiek van zijn leider stond. Er waren slachtingen, bij Boipatong, in de Ciskei, er was de moord op Chris Hani, de leider van de communistische partij. Blank had zijn milities, onder meer rond ConstandViljoen, hoofd van het Zuid-Afrikaanse leger tijdens een van de bloederigste periodes van strijd tussen blank en zwart. Viljoen verzamelde in die periode voor de verkiezingen zo’n 50 à 60.000 bewapende strijders rond zich en leek klaar voor een coup, of de creatie van een aparte blanke staat binnen het land, naar Israëlisch model. Kortom, Zuid-Afrika was een land vol geweld, haat en een burgeroorlog leek onafwendbaar.

Springbok

Toen deed Mandela, verkozen tot president in 1994 (hij was toen al 75) en één jaar eerder voor al zijn inspanningen beloond met de Nobelprijs voor de Vrede, een gedurfde zet: hij omarmde de sport. Niet die van zijn volk, maar rugby, het “opium van de Boer”. Boer verwijst daarbij naar de blanke Afrikaner, afstammelingen van de pastoraal geïnspireerde Europeanen uit vooral Nederland, maar ook Duitsland, Vlaanderen en Frankrijk, die tijdens de 18e eeuw op de Kaap waren geland, daar werden verdreven door de Britse kolonialisten en dan, via de Grote Trek, het land in trokken. En die Boer, die Afrikaner, was een, zoals Carlin het in zijn boek omschrijft “ongecompliceerde, oprechte, hardwerkende, in het geheim wel wat sentimentele en vooral kerkelijke rugbyfanaticus.”

Mandela’s bedoeling: iets zoeken, weg van de politiek, om de mensen tot mekaar te brengen. Iets dat de verschillen kon overstijgen en iedereen fier op het land kon maken. Sport. Tijdens zijn bezoek aan de Olympische Spelen van Barcelona was dat idee gerijpt, zou Mandela later zeggen. Hij zou de Springboks omarmen.

Allerminst evident. Rugby was blank, en blank stond symbool voor het oude regime, de apartheid. Dus moest er worden bijgestuurd. Mandela gebruikte daarvoor zijn charisma. Hij ontving François Pienaar, aanvoerder van de nationale ploeg en een typische, robuuste Afrikaner. Zijn charisma overtuigde de man. Mandela overtuigde het ANC om dat gehate symbool, de Springbok, niet af te voeren, zoals ze eerst eisten. Hij overtuigde de internationals dan weer om de zwarte helft van het nieuwe volkslied – samen met de oude vlag werd ook het oude lied afgevoerd – luidop te zingen. Niet evident, omdat de woorden in een taal waren die ze niet verstonden. Daarom kregen ze speciale dictielessen op trainingskamp. Springboks die Nkosi Sikelele zongen, dacht Mandela, het zou een sterk teken van verzoening zijn.

Restte natuurlijk nog de sportieve uitdaging. Een sportief fiasco, daar kon Mandela weinig mee beginnen. Dus gooide hij alles in de strijd om zijn team te helpen. Hij moedigde ze in het stadion aan, verscheen op het trainingskamp, droeg tijdens de finale tegen Nieuw-Zeeland het shirt van de Springboks – naar verluidt een idee van zijn lijfwacht. Keek voor die finale Jonah Lomu, tot dan dé troef van de quasi onoverwinnelijke All Blacks, diep in de ogen, zodat de man, naar verluidt, zwaar onder de indruk kwam en de helft van zijn indrukwekkende capaciteiten verloor. Rugby was die dag more than a game, meer dan een spel. (Overigens gebeurde er ook wat met het eten van de Nieuw-Zeelanders, die half misselijk op het veld stonden. Bewust?)

Het loonde. Zwart zag dat zijn president achter de ploeg stond en surfte gaandeweg mee op het succes. En blank, bevrijd van de boycot die hen jarenlang had weggehouden van het internationale toneel, wilde tonen dat zijn rugby, een veel ruwere variant dan dat van bijvoorbeeld de Europeanen of de vloeiende Nieuw-Zeelanders, het beste van de wereld was. Er viel geen try in de finale, in Ellis Park, Johannesburg, maar Zuid-Afrika won wel, na verlengingen. Tot een burgeroorlog kwam het niet, Mandela neutraliseerde Viljoen, ontwapende Buthelezi.

Toen hij Pienaar na de wedstrijd bedankte voor wat zijn team voor het land had gepresteerd, antwoordde die: “Neen, meneer de president, u bent bedankt voor wat u voor dit land hebt gedaan.”

***

In 1999 kwamen er nieuwe verkiezingen. Tachtiger Mandela besliste zich niet meer verkiesbaar te stellen en werd opgevolgd door Thabo Mbeki. 1999 was ook het jaar waarin Jan Wauters voor het eerst afreisde naar het land, op zoek naar een winterresidentie. Hij zag Zuid-Afrika de voorbije tien jaar evolueren, eerst onder Mbeki, sinds kort onder diens opvolger, Jacob Zuma. Wauters: “Een Zoeloekrijger uit het land van Inkatha, van de intellectueel Buthelezi. Heel anders dan Mbeki die ook niet de verzoenende, charismatische figuur was die Mandela was en nog steeds een beetje is, in zijn laatste maanden of jaren. Mandela wordt nog wel eens opgevoerd, maar is ziek en oud, de 90 inmiddels voorbij. Hij heeft zich onlangs nog tot het ANC bekend, maar is het tegelijk niet eens met die Zuma-achtige manier van doen. Dat populistische, dat ik voor de krant wel eens vergeleek met dat van Dedecker.”

Enkelma

Mbeki heeft het eigenlijk wat verbrod, vindt Wauters. “Mbeki is een intellectueel, een banneling gevormd in Engeland en Rusland, iemand die graag wat citaten uit de Engelse poëzie gebruikt en zichzelf een rol toedicht als vader van de renaissance in Afrika. Hij heeft die willen bevorderen door rond te reizen en zich over alle conflicten uit te laten. Maar daardoor was hij weinig op het thuisfront, waar hij weinig presteerde. Economisch ging het lange tijd goed, maar er is veel corruptie geweest, bij gebrek aan bekwame mensen om het staatsapparaat te vullen. Veel onbenul dat naar boven kwam, aangetrokken tot de macht. Het promiscue leven van de mensen, hun slechte behuizing, de medische gevolgen, de grote dronkenschap, het gewelddadige … Daar is te weinig aan gedaan. De economische groei en bloei is niet naar beneden gesijpeld, zodat Mbeki gaandeweg het vertrouwen verloor. Niet zozeer bij de wittes, maar ook bij de eigen mensen. Door dat gebrek aan zorg maar ook door een paar dwaze ontkenningen, onder meer over aids. ‘Als ze maar wat meer knoflook of citroen aten, zou het allemaal zo erg niet zijn’, zei zijn minister van Volksgezondheid. Zelfs Mandela, die een zoon verloor aan aids, kwam ertegen op, maar nooit al te duidelijk, vanwege die sympathie met het ANC. De toestand in die gemeenschap … De enkelma’s, zoals ze daar worden genoemd. Ik heb een soort deemoed voor de bruine of zwarte vrouwen, en agressie tegenover het waardeloze en onverantwoorde van menig bruine of zwarte man, die hun eigen leven misschien maar ook dat van hun vrouwen niet veel waard achten. Ze slapen maar rond, en besmetten … Zuma maakte ook fouten. Hij wordt vaak lachend afgebeeld in cartoons met een douchekop, omdat hij na een seksuele ontmoeting met een vrouw de aidsdreiging van zich zou hebben afgespoeld onder de kraan …”

Er is, sedert de recente verkiezingen, meer democratie. Na dat ene systeem van de apartheid viel je in dat andere uiterste, de eenpartijstaat van het ANC. Dat is nu weg. In de praktijk bestaat evenwel nog veel apartheid, ondanks een opkomende middenklasse bij de zwarten, zegt Wauters. En dus moet je toegeven dat van de droom – één regenboognatie – weinig is terecht-gekomen.

Primitief voetbal

Kan sport, nu soccer, straks nóg een keer de maatschappij helpen op weg naar dat moeilijke eenmakingsproces?

Wauters: “Het WK voetbal is iets helemaal anders dan het WK rugby of de World Cup cricket die ze in 2003 organiseerden. Dat snappen ze nog steeds niet, denk ik. Rugby en cricket, dat zijn dingen die stammen uit de koloniale tijd. Commonwealth- kampioenschappen. Rugby leeft sterker onder de Afrikaners dan onder de Britten. Zo zijn ze zelf ook een beetje, erop en erover, met hun 4 x 4 overal doorheen. Ze roepen zichzelf uit tot natuurliefhebbers en tegelijk vermoorden ze die natuur met hun grote karren. Rugby symboliseert het boerenleven, cricket is Engels, met tegenstanders uit Sri Lanka, Pakistan of de West Indies.

“Ze zijn geschrokken van de hoge eisen van de FIFA. Ze krijgen veel hulp, van de Duitsers onder meer, maar hun stadions zijn nog niet klaar en er is veel te weinig gebeurd aan het openbaar vervoer: bussen, trams, metro’s. Ik weet niet hoe de situatie in Johannesburg is, maar in Kaapstad is dat er allemaal niet. De treinstations zijn vuil, vies, er gebeuren geregeld overvallen, of ongelukken. Er is een soort gemeenschappelijk vervoer om mensen van en naar het werk te brengen, maar naar verhouding kost dat enorm veel. Er is een plan voor een snelbusdienst, maar daar kwamen protestacties tegen, schietpartijen, doden, opstand vanwege de maffia die de taxidiensten runt. Dat straks de hele wereld komt, beseffen ze nog niet.

“Soccer is zwart, hooguit een beetje bruin. Wit doet niet mee, is ook niet te overhalen om ernaartoe te gaan. De meeste wittes kijken naar de Engelse competitie, twee, drie wedstrijden live per week. In de stadions zit je verloren. Er is over het algemeen weinig volk. Vrij primitief voetbal, tactisch stelt het niet te veel voor. Soccer is er een televisiesport, sponsors houden het kunstmatig in stand. Heel soms is er eens een tweestrijd, maar ik weet amper wie kampioen werd. Maar!!! Ze zijn er allemaal wel enorm van overtuigd, ook de wittes, dat het WK straks goed zal zijn voor het land. En misschien de toenadering zal bevorderen. Dat hopen ze allemaal wel. Zoals die wereldbeker rugby in ’95, maar dan helemaal anders.”

‘Nelson Mandela en de wedstrijd die een volk verenigde’, het boek van John Carlin, werd uitgegeven bij Kosmos. ISBN 10 9021529947. Clint Eastwood draait op dit moment een film, The Human Factor, waarvan het script los op het boek is gebaseerd. Morgan Freeman heeft de rol van Nelson Mandela, Matt Damon die van François Pienaar. De film komt in de zomer van 2010 in de zalen.

door peter t’kint

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content