De week van Justine Henin, die in Athene helemaal open bloeide en België met tennisgoud gelukkig maakte.

Een paar dagen voor de tennisfinale werd Justine Henin-Hardenne in het olympisch dorp aangeklampt door een vrijwilliger met een fototoestel. Op dat moment wist Henin perfect wat van haar verwacht werd. Met een brede glimlach poseerde ze voor de foto, maar dat was niet de bedoeling, maakte de man duidelijk. Of zijeen foto kon maken van hem, bedoelde de man, zich niet eens bewust dat hij te maken had met het nummer één in het vrouwentennis. In het olympisch dorp stelt dat niets voor : hier is iedereen wel ergens nummer één.

Niet dat Justine Henin-Hardenne internationaal niet naar waarde geschat wordt. Dat wordt ze heel zeker, misschien nog meer dan in België zelf, zegt Frank Basters, PR-man van haar sponsor Adidas, fijntjes. Posters van Justine hangen overal in Athene op reuzengrote borden. Ze is niet alleen Adidas’ boegbeeld in het tennis, maar ook hun voornaamste vrouwelijk gezicht. In april 2003, toen Henin nog zesde stond op de wereldranglijst, legde het Duitse sportmerk haar onder contract. Henin betaalt elke euro die in haar wordt geïnvesteerd dubbel en dik terug. In België, vindt Basters, wordt de waarde van Henin niet voldoende ingeschat : “Jullie maken jezelf en jullie toppers nog te klein : ‘Het is maar Justine uit het kleine België, dat stelt toch allemaal niet zo veel voor.’ Het klopt niet dat ze voor ons minder interessant is omdat ze uit België komt, dat als markt niet zo veel voorstelt. Wereldwijd is ze een ster. Als wij iets organiseren, komen er voor haar meer cameraploegen opdagen dan voor sprinter Maurice Green. In Parijs prijkte haar foto in alle metrostations tijdens Roland Garros. Ter vergelijking : Serena Williams is qua look heel erg lifestyle, maar weinig vrouwen kopen haar kleedjes. Wat Justine draagt, is sportkledij voor een brede markt. Sinds de Australian Open heeft ze haar eigen kledijlijn. Het is trouwens een heel fijne meid om mee samen te werken. Geen kapsones bij haar.”

Een fijne meid toonde ze zich ook in Athene. Af en toe, gaf ze toe, voelde ze zich een beetje gegeneerd wanneer andere atleten aan haar een handtekening kwamen vragen : “Terwijl zij in hun sport even groot zijn als ik in de mijne.” Haar gedrag stuurde het beeld van de verwende ster, dat veel andere sporters van toptennissers hebben, flink bij. Van diva-allures had Henin geen last. Voor haar geen dure hotelkamer, maar gewoon een plek in een vierkamerappartement met drie judoka’s, waar ze zich vanaf de eerste dag goed voelde. Dat straalde ze ook uit. “Justine ziet er heel gelukkig uit”, merkte medetennisser Xavier Malisse al na een paar dagen op. “Ze lacht veel en babbelt met iedereen.”

Athene, zal later blijken, was een keerpunt in de carrière én de manier van denken van Justine Henin-Hardenne. Pas een week voor de start van de Spelen nam een perscommuniqué de onzekerheid rond haar deelname weg. Toen bleven nog veel vragen open. Misschien beschouwde ze de Spelen als een goeie training voor de US Open of had het BOIC haar onder druk gezet. Was ze er wel klaar voor of riskeerde ze al voortijdig naar huis gestuurd te worden door een onbekende speelster, zoals het haar in de tweede ronde op Roland Garros overkwam ?

Meer vragen dan antwoorden had ook trainer Carlos Rodriguez, toen ze de dag voor de Spelen met haar Griekse sparringpartner Central Court verkende. Op de vraag wat van haar in Athene mocht verwacht worden, haalde hij de schouders op : “Je ne sais pas. On s’attend à tout et à rien. In de eerste match zal al veel duidelijk worden. Ik hoop dat ze de laatste vier haalt. Maar ze is ook niet naar hier gekomen om één wedstrijd te spelen en dan naar huis te gaan.” Justine, benadrukte hij, legde vooraf geen enkele druk op zichzelf. Dat deed hij ook niet, het BOIC evenmin. Het was ook niet Rodriguez die haar overhaalde naar Athene te komen. “Ze wilde dat zelf. Niet als voorbereiding op de US Open. Daarvoor heeft ze te veel respect voor dit gebeuren. Een medaille is haar even veel waard als een Grand Slam.”

Zelden, geeft de Belgische na de wedstrijd aan, heeft ze zich op een groot toernooi zo ontspannen gevoeld als hier. Ze straalt, lacht, maakt grapjes. De Spelen, gaf Rodriguez al in het begin van het toernooi aan, kwamen op het juiste moment voor Henin : “Justine heeft door haar aanwezigheid als boegbeeld België gered, maar België en de Spelen hebben ook haar gered, omdat ze haar weer een doel gaven. Ze leeft hier helemaal op.”

Bij aankomst in Athene kwam Justine uit een heel diep dal, benadrukte Rodriguez. “Het minste wat ze deed, kostte zo veel energie dat ze meteen doodmoe was. Het virus trok haar mentaal naar beneden, omdat je het einde van de tunnel niet ziet. Ze had nergens energie voor, kwam ook nauwelijks buiten. Vooral de eenzaamheid van de laatste maanden wilde ze ontvluchten door naar hier te komen.”

Zelf was Rodriguez verbaasd dat Justine Athene überhaupt haalde. “De dokter bleef maar herhalen dat het herstel nabij was, maar ik merkte daar niets van, ik zag geen beterschap. Tot 19 juli dacht ik niet eens aan de Spelen. ’s Anderdaags voelde ze zich echter ineens goed. Dat was het keerpunt. We besloten om gedurende tien dagen een doorgedreven trainingsprogramma af te werken en te zien hoe ze daar op reageerde. Ze kreeg geen inzinking meer.” Dat garandeerde echter nog geen sterk toernooi in Athene, bleef Rodriguez voorzichtigheid prediken. Misschien had ze zo veel zin om te spelen dat ze de signalen van haar lichaam negeerde, zoals haar overkwam op Roland Garros : “Daar wilde ze tegen beter weten in toch starten. Ze zei dat ze zich er klaar voor voelde, maar ze was niet klaar.” Toch liet hij haar ginder spelen. “Ik neem geen beslissingen. Ik heb enkel een adviserende rol. Beslis ik, dan speelt ze Roland Garros niet.”

Een paar dagen al na de start van de Spelen zijn bij Henin, trainer en pers de twijfels omtrent de fysieke en mentale paraatheid weg. In de tweede ronde veegt ze Maria Vento-Kabchi, toch nummer 31 op de wereldranglijst, in 45 minuten van de baan met 6-1 en 6-0. De Venezolaanse zucht : “Ik heb ongelofelijk mijn best gedaan, maar ze was gewoon beter. Zij sloeg veel sneller dan ik.” Mary Pierce dan maar in de kwartfinale, na veel blessureleed opnieuw opgeklommen tot nummer 28 op de ranglijst. Een offensieve speelster. Rodriguez is benieuwd hoe dat loopt : “Dit wordt de eerste match waarin Justine niet zelf het spel moet maken.” Na één uur en tien minuten en twee keer 6-4 mag de Française inpakken. Pierce : “Ik deed wat ik kon, zij speelde erg goed, ik was erg verrast.”

In de halve finales ontmoet Justine een tegenstander van een ander niveau : Anastasia Myskina, reekshoofd nummer drie. De spanning is te snijden en beiden speelsters wisselen, behoorlijk nerveus, sterke met zwakke periodes af. Tennis is, vooral bij de vrouwen, een mentale strijd. In de tweede set komt Henin tot op twee punten van winst, maar dan slaat ze een makkelijke smash buiten. Wanneer Myskina bij het begin van de derde set meteen door de Belgische opslag gaat, krijgt Henin een mentale dreun. “Plots voelde ik hoe moe ik al was.” Even later staat ze op een zucht van de uitschakeling. Dan gebeurt het ongelofelijke. Met een 5-1-voorsprong in de derde set gaat de Russische ten onder aan faalangst. Tot haar eigen verbazing ziet Henin zichzelf na twee uur 44 minuten winnen. De Russische barst in tranen uit. “Plots voelde ik de druk van het hele land op mijn schouders, besefte ik dat ik niet mocht verliezen. Daar ging het fout.”

Carlos Rodriguez is opgelucht. Niet dat hij tevreden was met wat hij zag. Te vaak sloeg Justine harde ballen terug, in plaats van hard en zacht, kort en lang te variëren. Nog eens blijkt dat tennis vooral een mentale sport is : “Pas toen Justine helemaal leeg was, besefte dat ze niets meer te winnen of te verliezen had en ging ze weer goed tennissen.” Maar te streng wil hij niet zijn : “Al vóór deze match was voor mij haar toernooi geslaagd.” Bij 5-3 in de laatste set voelde Henin naar eigen zeggen dat ze toch nog kon winnen : “Maar ik probeerde dat niet te tonen.” Doodmoe komt ze nog spits uit de hoek. Of ze tijdens de wedstrijd aan een medaille dacht ? “Ja. Ik dacht : brons vind ik niet mooi. Die wil ik niet.” Gelach alom.

Zeventig en honderdveertig euro zijn de prijzen die de straatverkopers voor een ticket voor de finale vragen. Flink wat minder is dat dan voor de finales van het zwemmen, als olympische sport duidelijk nog altijd hoger aangeschreven. Een echte wedstrijd is het niet. Amélie Mauresmo, toch nummer twee op de wereldranglijst en in de vorige wedstrijden sterk op dreef, kan nauwelijks een vuist maken. Vanaf de eerste games voelt Henin dat ze de wedstrijd in handen heeft. Dat geeft ze niet meer af. In elke set breekt ze één keer door Mauresmo’s service. Het volstaat. Na één uur achttien minuten (6-3, 6-3) smasht Justine zichzelf en België naar goud. Mauresmo is niet eens ontgoocheld, maar erg blij met zilver. Berustend : “Ik heb mezelf niets te verwijten. Ik vond geen oplossingen, zij was erg sterk, ze speelt weer op haar vroeger niveau.”

Op de ceremonie zingt Justine Henin-Hardenne met blinkende ogen de Brabançonne mee. Op school geleerd, geeft ze later aan. Het levert haar bewonderende blikken op. Ze grijnst : “Maar goed dat jullie me niet hebben horen zingen !” Bij het verlaten van het terrein geeft ze haar zegebloemen aan Aagje Vanwalleghem. Vertederd : “Aagje was toch een beetje onze mascotte.”

Het was, besluit ze, een mooie week : “Niet alleen omwille van het resultaat, ook omdat ik weer helemaal gezond ben. Dat is een les die ik moet onthouden : dat ik meer moet genieten van wat ik heb en meemaak. Plus dat alles wat rond het tennis hangt, veel energie vraagt. Ik moet leren om meer barrières rond mezelf te leggen, me bezig te houden met wat écht belangrijk is.” De hele week hield ze niet op te benadrukken hoe goed ze zich wel voelde in Athene, hoe ze hier helemaal opleefde. “Ik heb hier vooral veel over mezelf geleerd omdat ik in de omgang veranderd ben. Ik stap nu zelf naar iedereen toe, vraag iedereen uit. Een paar jaar geleden had ik me niet zo kunnen openstellen in groep omdat ik nog veel te introvert was, te veel gericht op mezelf. Nu lukte dat wel. Wat me nog bij blijft, is hoe alle atleten met hart en ziel voor hun sport leven, terwijl ze er niet half zo veel geld, media-aandacht en waardering voor terug krijgen. Dat stemt tot nadenken. Je moet echt naar hier komen om het belang van de Olympische Spelen in te kunnen schatten. Mijn mening tegenover de Spelen is hier helemaal veranderd. Vooraf dacht ik ook : de Spelen, pfft, dat stelt niet zo veel voor in vergelijking met een Grand Slam. Als kind droomde ik niet van de Spelen, maar van een Grand Slam. Dat was in mijn ogen het allerbelangrijkste. Hier veranderde ik van mening. Bij een Grand Slam sta je alleen, hier staat een heel land en een team achter je. Ik ben heel blij dat ik naar hier ben gekomen. Over vier jaar wil ik terug naar de Spelen.”

door Geert Foutré

‘Over vier jaar wil ik terug naar de Spelen.’

(Justine Henin)

‘Justine heeft België gered, maar België en de Spelen hebben haar ook gered’ (Carlos Rodriguez)

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content