“De Rode Duivels gaan naar Brazilië!” Het moet ondertussen zowat de meest gebruikte zin van het jaar zijn. Als voetbalsupporter drijf je vaak blind mee op die golf van enthousiasme. Mensen met minder liefde voor het spel kijken met een iets kritischere blik naar de Copa. Mijn vriendin bijvoorbeeld. Al maanden probeer ik haar te overtuigen van de schoonheid en de esthetiek van de sport, de heroïek van haar protagonisten en de emoties bij de miljoenen supporters. Tevergeefs. “Al dat geld voor een spelletje”, zucht ze vaak wanneer alweer een club tientallen miljoenen neertelt voor de diensten van een balverliefde twintiger. Ik moet toegeven dat zelfs een fervente voetballiefhebber als ik het steeds moeilijker vind om haar van antwoord te dienen…

De wantoestanden rond de organisatie van het WK in het land van o jogo bonito helpen daar niet aan. Arbeidsongevallen, betogingen, politiegeweld… Het contrast met de vreugdetaferelen in de gekwalificeerde landen, België voorop, is navenant. Wat begon als een uiting van ongenoegen over 20 cent meer voor het openbaar vervoer, groeide uit tot massale straatprotesten tegen corruptie en geldverspilling. De Brazilianen zien hun overheid investeren in peperdure stadions in plaats van in scholen, ziekenhuizen en andere voorzieningen.

Draagt de Wereldbeker en zijn organisator, de FIFA, de verantwoordelijkheid voor deze protesten? Dat zou wat kort door de bocht zijn. Protesten als deze horen bij een groeiende economie en prille democratie als Brazilië, al voedt een geldverslindend evenement als het WK uiteraard de frustratie. Toch vestigen de verontwaardigde stemmen, net als vier jaar geleden in Zuid-Afrika, opnieuw de aandacht op de dubieuze werkwijze van de FIFA. Het eisenpakket, met onder andere een belastingvrijstelling voor een groot deel van de eigen inkomsten en die van haar partners, doet meer dan een wenkbrauw fronsen. Nu met de affaire-Qatar nog maar eens een corrupt lijk uit de kast valt, dringt een hervorming van dit institutionele monster zich meer dan ooit op. Van Sepp Blatter en andere grijze mannen mogen we die helaas niet verwachten. De FIFA verdedigt zich met het klassieke argument dat het WK toeristen en buitenlandse investeringen aanbrengt, die de kosten ruimschoots zullen compenseren. De Zuid-Afrikanen wachten nog steeds.

Maar genoeg gemoraalridderd. De Belgische voetbalsupporter, zoals ikzelf, kan dan wel meeleven met het lot van de brasileiros, uiteindelijk zijn we blij dat we nog eens mogen meedoen met de grote jongens. Heel voetbalminnend België koestert daarbij de hoop dat deze gouden generatie die van Mexico’86 zal overtreffen. En toch, zelfs al halen ze de finale, dan nog moeten deze Duivels het afleggen tegen Jan Ceulemans en co. Zij scoorden indertijd namelijk ook naast het veld door een deel van hun premies af te staan om Casa Hogar op te richten, een lokaal project dat Mexicaanse straatkinderen een nieuwe toekomst gaf. Deze maand zijn de Belgen terug op het Amerikaanse continent, met meer uitstraling, invloed en financiële middelen dan ooit. Daarom, heren Duivels, waag jullie tijdens het toernooi ook eens buiten het hotel, kijk wat mogelijk is en verricht engelenwerk onder het goedkeurend oog van Cristo Redentor! Heel het land staat achter jullie, de bond heeft een marketingmachine die honderdduizenden Belgen kan mobiliseren. Doe er iets mee!

Dan kan ik mijn vriendin er eindelijk van overtuigen wat een mooie sport voetbal is.

Simon Hoebeke, Oudenaarde

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content