DE NOG ALTIJD MAAR 21-JARIGE CHRISTIAN BENTEKE IS MET VEEL AMBITIE AAN HET SEIZOEN BEGONNEN, MAAR ZIT NOG MET EEN PAAR VRAGEN. OVER RC GENK, DE RODE DUIVELS EN EEN EVENTUELE TOEKOMST IN HET BUITENLAND…
1 Het seizoen 2012/13 is begonnen. Hoe kijk jij naar RC Genk?
Christian Benteke: “We hebben een goede ploeg. De meerwaarde van Kalidou Koulibaly ( die de competitiestart miste door een teenblessure, nvdr) is duidelijk. De automatismen met Simaeys ( door een spierscheur ook acht weken out, nvdr) kunnen natuurlijk wel nog beter, maar als je op je 21e kapitein was van Metz in de Franse Ligue 2, dan kan je geen slechte speler zijn. Julien Gorius kan ook veel voor ons betekenen, vooral voor de aanvallers. Het is aan mij om geregeld de bal te vragen, maar ik weet dat ik kansen ga krijgen met zo’n speler achter me. Alle grote Belgische clubs wilden hem. Dat hij voor Genk gekozen heeft, zegt iets over onze ambities.”
2 Maar jullie zijn wel een fenomeen kwijt…
“Ja, we gaan het zonder Kevin De Bruyne moeten doen, maar dat weten we al een tijdje. Het bestuur heeft tijd genoeg gehad om een speler te vinden die het profiel van Kevin heeft, maar hem vervangen zal niet simpel worden. Je ziet dat hij een grote is. Als hij honderd procent is, behoort Kevin tot de beste vijf spelers van de Jupiler Pro League. Uit het niets kan hij iets formidabels doen. Ik hoop dat hij een grote carrière zal maken.”
3 Je speelde de afgelopen drie seizoenen bij Standard, KV Kortrijk en KV Mechelen voor je in de zomer van 2011 terug naar RC Genk kwam. Ben je tot rust gekomen?
“Ik voel me nu goed in mijn vel, maar het is soms moeilijk geweest. Ik heb persoonlijke en sportieve problemen gehad. Als je als spits gedurende een periode niet scoort, ben je niet gelukkig, zelfs als je ploeg wint en je de matchpremie opstrijkt. Dan zit je toch in een hoekje in de kleedkamer met je kop in je kas.
“Wat mijn toekomst betreft, sluit ik niets uit. De transferperiode is nog niet voorbij, je weet nooit wat er gebeurt. Nog een seizoen bij Genk blijven zou niet fout zijn. Ik ben nog jong, ook al breken sommige spelers al door bij grote clubs op hun zeventiende of achttiende. Tegen een nieuw vertrek zeg ik niet neen, maar ik leg mezelf geen druk op. Een goed seizoen bij Genk kan ook in mijn voordeel zijn.”
4 Dat er zo veel Belgen naar het buitenland trekken geeft je ook goesting?
“Ja, dat speelt toch een rol. Hen zien presteren bij buitenlandse clubs is voor mij een bron van motivatie. Want ik denk, zonder op te scheppen, dat ik ook niet zo’n slechte speler ben.”
5 Waar droom je dan van?
“De Premier League en Arsenal, zonder twijfel. En die droom zal nooit veranderen. Zelfs als Arsenal in vierde klasse speelt, ga ik. Ik was een fan van Thierry Henry en ik hou van hun manier van spelen, technisch en met veel jongeren.”
6 Eden Hazard naar Chelsea, Axel Witsel die bij de grootste clubs genoemd wordt,… Verrast je dat?
“Nee, helemaal niet. Eden is een fenomeen en Axel heeft de kwaliteiten om op het hoogste niveau te spelen. Hij boekt constant progressie en hij is een intelligente voetballer. Het zijn niet altijd de spelers die vijf man kunnen dribbelen die het maken in het voetbal. Het zou me niet verwonderen als Axel straks bij AC Milan of Real Madrid tekent. Wat heeft Khedira meer dan hij?”
7 Hoe verklaar je dat de Belgen zo gehypet worden in het internationale voetbal?
“Omdat we gewoonweg verschillende heel goeie generaties hebben: of het nu die van 1985-1986 is, die van 1990-1991 of zelfs die daarna met spelers zoals de kleine Musonda en Dennis Praet. Ik denk dat België goed gewapend is voor de toekomst.”
8 Vind je het verrassend dat je telkens in de selectie van de nationale ploeg zit?
“Er is vaak gezegd dat ik in de selectie zat omdat Leekens er aan het hoofd stond en dat hij me graag had sinds mijn passage bij KV Kortrijk. Maar ik stel nu vast dat ik ook onder Wilmots opgenomen werd. En ik denk niet dat ik die selectie gestolen heb.
“Iedereen in de selectie is overigens erg opgetogen met zijn benoeming. Hij is recht voor de raap en hij wordt gerespecteerd door belangrijke spelers zoals Kompany, Ver- maelen en Vertonghen. Zijn ervaringen in het buitenland helpen hem ook om ons te leiden. Hij heeft ook begrepen dat we niet om een speler zoals Hazard heen kunnen: hij kan een match beslissen. Daarom heeft hij hem ook het nummer tien gegeven.”
9 Wat heeft Wilmots de ploeg bijgebracht in die twee oefenwedstrijden?
“Hij is nog strenger dan Leekens. Hij staat voor Duitse mentaliteit met een Vlaams sausje erover. ( lacht) In het hotel dolt hij met ons, maar eens op het veld wordt hij een andere mens. Hij kan heel hard zijn. Hij zegt ook duidelijk dat hij er niet is om de vriend van de spelers te zijn. Ik hou wel van zo’n discours. Ik zie mezelf niet meteen iets gaan drinken met een coach.
“Het vertrek van Leekens had ik wel niet zien aankomen. Als je als bondscoach over zulke spelers beschikt, is dat toch geweldig. Toch een rare keuze, zelfs als je rekening houdt met het salarisverschil. Leekens is ook maar een mens. Wie zou ‘neen’ zeggen tegen zo’n aanbod?”
10 Tot slot: voel je je eigenlijk goed in het voetbalmilieu?
“Het is een gemeen milieu, maar met de tijd heb ik begrepen hoe het werkt. Je moet vooral niet te naïef zijn. En ik was dat: ik heb lang gedacht dat voetbal alleen maar een spel was…
“Maar ik heb het geluk dat ik goed omringd ben door mijn familie en mijn makelaar, Kismet Eris, die ik als een grote broer beschouw. Ik ken hem al van op school toen hij er nog leraar was.”
DOOR THOMAS BRICMONT
“Andere Belgen zien presteren bij buitenlandse clubs is voor mij een bron van motivatie.”
