– in memoriam Wouter Weylandt –
‘Tragedia al Giro d’Italia, muore il ciclista belga Weylandt’
en: ‘Attenzione, le immagini che state per verdere
potrebbero urtare la vostra sensibilità’.
Zo sec en hard klinkt je dood, Wouter,
zelfs in de dansende en zingende taal van Dante,
zo scherp en ongenadig doet het internet zijn job,
een inferno van hartverscheurende realiteit.
Toen jij uit de roze Girohemel naar beneden viel
om niet meer op te staan, om nooit meer met
dat sterke lichaam bergen te verzetten,
zat ikzelf in het onooglijk Griekse oord Agios Ioannis
zwoegend op de fiets, in mijn rug de Pantokrator,
een berg die met de dramatische klank van zijn naam
zo uit de Ilias van Homeros kan komen.
Ach, de dood die op duistere hoogtes leeft
sluipt soms vals en giftig uit zijn hol:
Passo del Bocco, 957 meter hoog en plaats
waar renners zich gedwongen naar beneden storten
want, denken ze, engelen houden ons wel
bewarend bij helm en haren vast.
Niet dus. Niet jou, Wouter, die plots hemelwaarts
en heel even maar de ijle Italiaanse lucht in vliegt
voor je met een leegbloedend lichaam wordt beboet.
Maandag 9 mei 2011, de Giro lacht opgehitst
zijn opgepoetste roze tanden bloot als Lorca plots
met onsterfelijke kracht een hernieuwde klaagzang aanheft:
het ‘a las cinco de la tarde’ voor Ignacio Sanchez Mejias
schuift even in de tijd terug en wordt 16uur20
als jij in een razernij van gulpend bloed
je warm hart ongewild de kille dood injaagt,
stollende stilte, de kreunende rotswand, het asfalt
dat stinkt naar zwavel uit de bek van duivels.
Pantokrator of Passo del Bocco:
Grieks treurspel en Romeins drama maken geen verschil,
zelfs met wuivende helmbos werd je hoofd Achilleshiel, Wouter,
de zwarte weg de dolk die Caesar doodde.
Kort daarna in een hotel met grandeur op pensioen
lees ik het sms-bericht dat je in de strijd gevallen bent,
ik kan die nacht de slaap niet vinden,
zie in mijn verbeelding hoe je als gekruisigd
op de weg ligt en sterft.
Dagen later op het thuisfront dat nog steeds zijn tranen droogt
de schokkende foto’s en commentaren,
de tedere stem van een gekwetste Karl die in de micro
‘we hopen en bidden dat het goed komt’ stamelt,
je oud-ploegmaat Kevin die met trillende lippen zegt
dat zijn hart duizendmaal sneller gaat slaan
als hij ziet hoe die zuiderse koers je vermoordt,
ik wrijf de tristesse uit zijn trouwe ogen
en vang een flard Italiaanse woorden op,
iets in de aard van ‘pedale con muretto’,
haast ordinair in zijn alledaagse eenvoud,
een simpele pedaal tegen een schamel muurtje.
En dan, Wouter – Apocalypse now achterna – je laatste vlucht,
de wieken van de helikopter als Walkuren om je hoofd:
An-Sophie krijgt van Veronica het doek aangereikt
waarin je dochtertje, later, niet alleen je bloed
maar ook je brede glimlach vinden zal.
Rust zacht, mooie sterke krijger!
Willie Verhegghe – mei 2011
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier