Erik Gerets heeft de Franse titelstrijd helemaal opengegooid en een Parijs feestje voor oudgedienden verbrod. Verslag van een sfeervolle avond in het Parijse Prinsenpark.

Parijs, even voor vijf zondagnamiddag. Op de Boulevard Péripherique stremt langzaam het verkeer, de eerste retours van het weekend melden zich in de hoofdstad. Een paar hoge stapelwolken versluieren het zonnetje, maar de thermometer in de auto geeft toch een milde 15 graden aan. In de buurt van de Porte D’Auteuil en de Porte de St-Cloud begint de file. Vlakbij is het Parc DesPrinces, over goed vier uur de arena waarin PSG en Om voor de 74ste keer tegen mekaar in actie treden. De inzet is groot: PSG-OM is – eindelijk – opnieuw een duel aan de top. De Parijzenaars wonnen zes matchen van de laatste zeven en staan in de tussenstand tweede. OM heeft iets minder goeie cijfers, maar slikte vijf matchen op rij geen goal en is voorlopig vierde, op drie punten van PSG. Beide ploegen zijn Europees nog actief in de UEFA Cup.

Van strakgespannen zenuwen op dit uur nog geen sprake. In de diverse bars in de buurt genieten ze nog van hun Pelforth of un café. De CRS, de Franse gendarmes, laten, uitgedost alsof ze naar de oorlog trekken, nog iedereen vrolijk toe. We mogen, op zoek naar de parking, ongestoord rond het stadion rijden en voor de hoofdingang parkeren. De eerste supporters kijken vanaf de kant toe. Er is nog geen OM-supporter te zien, maar her en der roept toch iemand: ‘ OM, on t’encule …’ De Franse gendarmes lachen eens.

Schijn bedriegt, hun uitrusting liegt niet. Zij zijn op het ergste voorbereid en rukken massaal uit voor deze wedstrijd, met ruim 1000 man weet L’Equipe. PSG-OM is een beladen match. Onze zuiderburen lieten er al hun sociologen op los om het fenomeen te duiden. De clash tussen twee leefwerelden, bedachten die. De haven tegen het binnenland. Het machtscentrum van de hoofdstad tegenover de naar onafhankelijkheid strevende en wat chaotisch ogende rebel die zich zo graag als een kleine Italiaanse vrijstaat ziet. De strijd tegen de onbekende ook, 800 km scheidt de twee metropolen, de ene van 12 miljoen, de andere van 1 miljoen. Geld versus chômage, werkloosheid, de plaats waar het gebeurt, versus de uithoek waar je eigenlijk alleen moet zijn met de tgv, op weg naar een of ander strand in de buurt.

Nadat Wilfried ( Mostinckx, de verslaggever van Prime in wiens kielzog we de wedstrijd volgen) de tickets en parkeerkaart afhaalt, gaan we nog snel een hap eten, in een van de brasseries wat verderop. Anderhalf uur later, als we onze plaatsen in het stadion willen opzoeken, slaat de stemming plots om. Vlak naast de hoofdingang is het blok van de bezoekers en die zijn hermetisch afgeschermd door de politie, die alle straten rondom het Parc heeft afgezet in een heel ruim bemeten perimeter. Geen doorkomen meer aan, de terugkeer naar onze plaatsen wordt plots een uitgebreide stadswandeling in deze toch wel chique wijk.

Les flics zijn waakzaam, want PSG-OM heeft een traditie van geweld, met als triest hoogtepunt een incident in 2000 waarbij een fan van OM, getroffen door een zitje, voor het leven verlamd raakte. En dat willen de CRS vermijden. In het stadion hangen nu netten rond het vak van de bezoekers en geen thuisfan die nog in de buurt van de tegenstand raakt. Je waant je in oorlogsgebied, maar op een klein incidentje aan de rust na, blijft het wel rustig.

Kunstmatig opgefokt

Nochtans, het was niet altijd zo heet, hier in Frankrijk .

Le Clasico des Pauvres, de klassieker van de armen, noemde een sociologisch standaardwerk deze wedstrijd ooit. Glasgow kent zijn Celtic-Rangers, Londen zijn Arsenal-Tottenham. Italië heeft diverse hete stadsderby’s, net als Istanboel of Buenos Aires. Het Ruhrgebied kent zijn klassieker, met Schalke-Dortmund. En dé clásico (mét accent, de Fransen schrijven het zonder) is voor de Spanjaarden die tussen Real en Barça. Wij hebben onze Standard-Anderlecht, een wedstrijd beladen met geschiedenis.

Maar de Fransen … Die hadden eigenlijk niks. Lens en Lille streden wel bij tijd en wijle om de heerschappij in het noorden, terwijl Nice en Marseille dat van oudsher doen in het zuiden, maar zo’n topper, die alles in de schaduw stelde, neen, dat kenden de Fransen niet.

Wat je niet hebt, kan je wel maken. Een beetje forceren, dachten ze bij Canal Plus. De Franse betaalzender was er al vroeg bij om in het voetbal een kip met gouden eieren te zien. In 1984 kocht Canal voor het eerst de televisierechten op de Ligue 1. Het moment was rijp, de Fransen waren net in eigen land Europees kampioen geworden. Platini, Giresse en Tigana werden begrippen voor inventiviteit, zegedrang, werklust en onverzettelijkheid. Integratie via sport, dat ook. Platini had Italiaanse roots, Tigana kwam als driejarige met mama en papa uit Mali.

In 1984 had Parijs nog twee grote clubs, Matra-Racing en PSG, een oude club (1904) die toch als oprichtingsdatum 1970 koestert. Het geeft maar aan hoe diffuus de supporters zich voelen. Canal Plus speelt die derbystrijd evenwel niet uit en wendt zich in eerste instantie tot Bordeaux, op dat moment de vaandeldrager van het Franse voetbal, onder impuls van voorzitter Claude Bez. Ergens ook uit dank. De Franse publieke zenders betaalden toen amper wat voor de uitzendrechten en boekhouder Bez was de man die zich verzette en de betaalzender verwelkomde. Aimé Jacquet, later wereldkampioen met Frankrijk, was coach van Bordeaux, Alain Giresse de ster.

Canal Plus speelde Bez uit en kreeg quasi onmiddellijk Bernard Tapie als godsgeschenk. Nog zo’n bestormer van heilige huisjes. Tapie gooide zich op OM en bond met iedereen de strijd aan. Zakelijk met Parijs, sportief met Bordeaux. Canal Plus had plots zijn clasico. Bordeaux-OM werd dé match van het jaar, zeker toen Tapie ook nog eens Giresse wegkocht bij de vijand.

Maar toen barstte de bom. Bez verknalde het gigantisch. Bordeaux was een zeepbel, een schip drijvend op zwart geld. De ploeg gleed af en de Franse bond zette het team in 1991 zelfs terug naar de tweede klasse omwille van het gesjoemel.

Canal Plus zat met de handen in het haar, het zocht een mediageniek alternatief en besliste om zelf in het voetbal te stappen. Saint-Etienne, vaandeldrager in de jaren zeventig, was te proletarisch. Lyon – nu een grootheid, jaren een dwerg – leek te dicht bij Les Verts. Monaco was kunstmatig, Nantes te provinciaal. En dus besliste ergens iemand in een kamer om PSG uit het slop te halen. Een paar keer kampioen geworden, ook al wel in opspraak door een zaak van dubbele ticketing (zwart geld), en eigenlijk zo’n beetje de club van couturier Daniel Hechter, die zichzelf graag fondateur noemt.

Canal Plus stapte in mei 1991 in de club, op het moment dat Bordeaux verplicht werd te degraderen en OM alleenheerser in Frankrijk dreigde te worden. Het restylede de club – nieuw logo, eerst met blokjes, vanaf 1996 met de Eiffeltoren als symbool, en een nieuwe trui – en investeerde vooral in namen. OM had toppers als Waddle, Boli, DiMéco en Giresse. PSG kreeg Ginola, Valdo, Ricardo en Weah. Tapie spaarde zijn kritiek op Parijs niet, en omgekeerd deed ook Parijs van zich spreken. “We vertrappelen ze”, liet PSG-trainer Artur Jorge in december 1992 noteren. Een nieuwe clasico was geboren.

Maar het bleef een clasico van de armen. Ook de zeepbel OM barstte. Tapie kocht een wedstrijd in de competitie om en Canal Plus zag hoe ook die andere vaandeldrager verplicht moest degraderen. De eigen ploeg vult het vacuüm niet op, dat had de pijn kunnen verzachten. PSG wordt in 1994 kampioen en daar blijft het bij, sterren als Rai, Ravanelli en andere Casoni’s kunnen de ploeg niet aan de top houden. Sterren komen – Ronaldinho, Jay Jay Okocha, Pauleta, Anelka – en gaan, maar titels blijven buiten bereik. De clasico keert met de promotie van OM na twee jaar terug, maar heeft te zelden een ereplaats als inzet.

Dertigers beslissen

Tot vandaag. Even voor achten, een uur voor de aftrap, is er goed nieuws. Olympique Lyon verliest thuis van Auxerre. De strijd bovenin was al ongemeen spannend, maar krijgt nu nog een extra pigment voor de thuisploeg: de eerste plaats. Voor de virage Auteuil (alle supportersvakken in het Parc dragen een eigen naam) is het duidelijk: OM definitief uit de titelstrijd slaan, lezen we op het spandoek. Voor de wedstrijd zit Erik Gerets eenzaam in zijn dug-out.

De twee trainers vanavond hebben dezelfde missie: hun ploeg weer naar de top brengen. Na twee jaar ellende, met een strijd tegen de degradatie, lijkt PSG-coach Paul Le Guen daarin geslaagd. Ten koste van een zware financiële inspanning. We lopen de ploeg af, tellen acht (!) spelers van 29 en ouder. Op de bank zitten nog twee dertigers, waaronder grootverdiener Mateja Kezman, 250.000 euro per maand. Goed voor één doelpunt dit seizoen: een strafschop … PSG heeft gemikt op kortetermijnpolitiek, een blijkbaar ook in eigen middens omstreden tactiek, want de club kende in januari nog een interne paleisrevolutie, waarbij voorzitter Charles Villeneuve werd gewipt door hoofdaandeelhouder Colony Capital. Le Guen is einde contract en heeft nog geen duidelijkheid over zijn toekomst. Een trofee kan helpen.

Idem aan de andere kant, ook Erik Gerets, die vorig jaar OM van de kelder naar de subtop bracht, heeft evenmin duidelijkheid. Deze zomer wordt hij 55, een moment waarop hij vroeger altijd wilde stoppen. Dat discours is de laatste tijd wel veranderd, maar net op dat magische moment kampioen worden, zeventien jaar nadat RaymondGoethals voor de laatste titel van OM zorgde, het zou wat zijn.

Maar daar denkt Gerets, alleen op dat bankje anderhalf uur voor de aftrap, wellicht niet aan. Hij heeft voldoende problemen. Zijn seizoen was wisselvallig: in het begin scoorde Marseille veel, maar tegelijk incasseerde het ook. Te traag in het centrum was de kritiek. Gerets stelde defensief stevig bij, waarna het offensief weer minder werd. Bovendien blijken zijn sterren nukkig. Mamadou Niang ging woensdag nog in conflict met de eigen aanhang, toen die tegen Ajax begon te fluiten. Het kost Niang zijn basisplaats, want fans zijn heilig. En Hatem Ben Arfa, de vorige zomer van Lyon overgenomen jonge parel, krijgt Gerets ook maar niet aan het draaien. Individualiste, ingérable, inconstant, de woorden waarmee de Franse pers hem omschrijft, liegen er niet om. In de heenwedstrijd (2-4 voor PSG) weigerde Ben Arfa nog op te warmen toen Gerets hem dat vroeg. De pers verwacht vandaag een revanche maar die komt er niet, Gerets houdt hem op de bank. Eerder dit seizoen liet Gerets in de media al noteren dat “voetballers sinds het arrest-Bosman zo veel verdienen dat ze na drie, vier jaar al een soort zekerheid hebben. En dat je mentaal heel sterk moet zijn om performant te blijven.” Vorige week nog, na OM-Ajax hekelde hij de Franse mentaliteit in het algemeen.

En hij heeft nóg zorgen, de Leeuw. In een interview met L’Equipe in januari liet patron Robert Louis-Dreyfus noteren dat hij niet tevreden is met minder dan een eerste of tweede plaats in het kampioenschap en een of andere trofee. Als waarschuwing kan dat tellen. Gerets daarover: “Ik vind het niet erg dat hij zoiets zegt, integendeel, het is ook mijn ambitie. Alleen neemt de man nooit de telefoon om mij dat te zeggen. Ik zou liever samen een sigaar roken.” Ze delen dan ook een favoriet merk. Een Cohiba, Cubaans rookgerief.

Kortom: Gerets voelt dat er wat in zit. Wilfried Mostinckx voelt dat ook en constateert met ons dat OM het best uit de startblokken schiet. Te enthousiast zelfs, we tellen in de openingsfase een pak wilde schoten op doel. PSG wacht af en probeert te counteren, via good oldLudovic Giuly (33).

Tekenen aan de wand, want het zijn de oudjes die deze clasico zullen beslissen. 23ste minuut: balverlies Makelele (36, PSG), Brandão (29) die voor één keer niet naar buiten draait, maar met een hakje Zenden (33, OM) bedient, waarop die profiteert van de ruimte die Makelele centraal laat en scoort: 0-1. De Nederlander gaat, in extase, bovenop een reclamevierkant staan en … zakt prompt door het karton. 43ste minuut: Luyindula (30, PSG) stuurt Giuly (33) vrij op Mandanda af en PSG stelt gelijk. 53ste minuut: Zenden wordt centraal foutief gestuit, waarop Camara (30, PSG) rood krijgt. Zenden neemt zelf de vrije trap, die door doelman Landreau (30, PSG) op het lijf van Bakary Koné wordt gebokst: 1-2. Zeven minuten later velt aanvoerder Cana (26, OM) het vonnis (1-3).

Onmachtig en met een man minder lukt PSG niks meer. Weg eerste plaats. Opvallend: Le Guen gunt niet één invaller speelminuten.

Even over 23 uur stroomt het Parc leeg. Ergens in de buik droomt een man van zijn Cohiba. Op de titel! Of een prijs, vandaag/woensdag is er al de return Ajax-OM. Heen 2-1 voor Marseille. In topvoetbal is er nooit rust. S

door peter t’kint

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content