Engels, Meunier en Vázquez. Dat waren de drie ‘spitsen’ waarmee Club Brugge vorige week uitpakte. In afwachting van… Quo vadis, Club Brugge?

Zijn het de (perverse) gevolgen van de toewijzing van het WK in 2022 aan Qatar? Ezekiel (die Belg wilde worden en zijn ambities voor de Rode Duivels uitsprak), Mpoku, Lestienne: ze hebben dit gemeen, bij hun overgang naar Qatar: jong, talentvol en in principe bij een eventuele ‘naturalisatie’ nog inzetbaar voor een andere nationale ploeg dan die van hun land.

Het is een gedachtegang die we het voorbije weekend tijdens gesprekken oppikten en die kan verrassen, zeker bij de twee laatstgenoemden. Mpoku was aanvoerder van de nationale beloften, Lestienne reisde een jaar geleden af naar de VS tijdens een zomerstage met de A-ploeg, beiden hebben uitzicht op een mooie carrière. Maar dezer dagen hoef je nergens van te schrikken.

Of is het gewoon een nieuwe manier van zakendoen, in een wereld die steeds gecompliceerder wordt, met geldstromen in belasting- en andere paradijzen die vreemde kronkels maken. Na investeringen in vastgoed, investeringen in voetballers, à la Doyen Sports, nu clubs via financial fair play minder rechtstreeks met elkaar kunnen handelen? Of ze lieten het achterste van hun tong niet zien, of ze wisten het écht niet, de makelaars in het wereldje die we maandagmorgen contacteerden. Niemand kon het plaatsen. Veel geruchten en bedenkingen, maar geen zekerheden. Het fenomeen van het investeringsfonds uit Azië is blijkbaar nog te nieuw.

In elk geval verschralen ze verder het niveau van ons voetbal. Een voetbal dat er qua tempo steeds weer op achteruitgaat. Een voetbal waarbij topspelers als Vadis Odjidja dezer dagen een moeilijke keuze moeten maken tussen een ambitieuze ploeg uit de Engelse tweede klasse en een ploeg die de titel ambieert. Norwich City vs. Club Brugge. En waarbij het euromuntje in de richting van de eerste leek te vallen. Sfeer, ambitie, snelheid, tempo en betere loonvoorwaarden: een paar jaar nadat Georges Leekens de deur van Everton voor Odjidja sloot, doet Norwich ze, op een lager niveau, weer open. Hij mocht zondag in Mechelen nog even invallen, maar dat Club niet meer echt op Vadis rekende, mocht blijken uit het tactische geschuif. Ondanks een achterstand en een gebrek aan opbouwend en infiltrerend vermogen op het middenveld werd Odjidja in de slotfase… centrale verdediger. Hij reageerde daarbij iets te laat in de laatste minuten, zodat KV Mechelen tot 3-1 uitliep. Maar het kalf was toen al lang verdronken.

Anderlecht

Zondag ontvangt Club Anderlecht. Het is crisis na de 2 op 9 concludeerde Tom Coninx zondagavond. Aad de Mos kon een monkellachje amper onderdrukken. Een veel te snelle kreet. Crisis was het vorig jaar, toen Club in ongeveer dezelfde periode Europees al was uitgeschakeld, het in de competitie ook verre van uitstekend liep en de trainer van toen al ernstig rekening hield met een ontslag. Dat kwam er ook, net voor de komst van Anderlecht, drie weken later dan nu. Het resultaat is bekend, Club veegde toen, voor de ogen van nieuwkomer Michel Preud’homme de Brusselaars met 4-0 van de mat. Achteraf zou blijken dat het de beste prestatie van het seizoen was, want in de latere onderlinge duels zouden de Bruggelingen dat niet meer kunnen herhalen.

Maxime Lestienne scoorde die middag twee keer en was een gesel voor de bezoekende verdediging. Vadis Odjidja regisseerde, in afwezigheid van de geblesseerde Víctor Vázquez de aanvalsgolven. Aan de overkant liepen Kouyaté, Bruno en Gillet. Allemaal voetballen ze nu elders, steeds meer bloedarmoede op onze velden.

En dat merk je aan het spel van Club Brugge. Blauw-zwart is in jaar twee van Preud’homme moeizaam gestart. Europees kon de ploeg verrassen – dat is al een grote verbetering na de afgang vorig jaar -, maar in de eigen competitie waar de tegenstander de tot dusver amper gewijzigde basisploeg goed kent, niet. Amper één goal die niet uit spelhervattingen valt, veel werkkracht, maar weinig genialiteit. Het pluspunt van een jaar meer met elkaar samens pelen en de automatismen die daaruit moeten voortvloeien, wordt tenietgedaan door de afwezigheid van spelers die op de kleine ruimte het verschil kunnen maken. Door individuele klasse.

Dat is niet nieuw, ook in de play-offs speelde het Club parten. Blauw-zwart heeft, kort gehouden door een beperktere beurs, verzuimd daar wat aan te doen. De fauw en Menegazzo zijn versterkingen in de breedte, niet in de diepte. De miljoenen van Lestienne en misschien ook Odjidja – de onderhandelingen liepen nog bij het afsluiten van dit magazine – kwamen laat. En dat was Achter de Kazerne te merken. Dat kan nog worden goedgemaakt met veel strijd, maar de scherpte in de duels die zijn voorganger er een jaar eerder ook nodig had, miste Preud’homme. Vorig seizoen won blauw-zwart moeizaam in Mechelen met 1-2, nu verloor het.

Verrassend hoeft dat niet te zijn. Sobota, Vázquez, Menegazzo, Simons zelfs, drie dagen na een Europese verplaatsing nog een keer knokken: kunnen ze dat wel? Van Vázquez is geweten dat hij moeilijk drie wedstrijden binnen de acht dagen verteert. Mag je dan van de Spanjaard in een geïmproviseerde rol van diepe spits vragen dat hij stevige jongens uit verband speelt? Kan Menegazzo, ook al 33, dat al, na zijn driejarige wandeltocht door de woestijn? Aan de bal zeker goed genoeg, maar bikkelend recupererend? In Mechelen leek het allemaal aan hem voorbij te gaan.

Michel Preud’homme probeerde zondag alles, zelfs Engels in de spits en Odjidja in de verdediging. Meunier als rechtsbuiten, diepe spits, rechtsachter. Vázquez diep, Vázquez links in de hoek, Vázquez terugvallend, Vázquez als offensieve middenvelder. Het zette weinig zoden aan de dijk. Het is proberen en soms vallen.

Met het vertrek van Odjidja en Lestienne heeft Club aan kwaliteit ingeboet, dat is duidelijk. De eerste heeft de voorbije jaren zijn deel van de pech gehad met blessures, telkens als zijn rendement naar een voor zijn talent aanvaardbaar niveau opklom, werd hij teruggeslagen. Maar de tweede was een zekerheid, fysiek tenminste. Intern stelden ze zich weleens vragen, bij de beroepsernst van Lestienne, en of hij wel helemaal voor zijn sport leefde. Maar sla er de gespecialiseerde websites gerust op na: Lestienne, weliswaar nog maar 22 en fysiek in de fleur van zijn leven, heeft amper een geschiedenis van blessures. Altijd fit. Minder scorend onder Preud’homme dan onder Garrido, die veeleer voor de counter koos omdat die beter paste bij Bacca en Lestienne, maar nagenoeg hetzelfde aantal assists. Mister vijftig procent schreven we tijdens de play-offs, betrokken bij zogoed als de helft van de goals die Club maakte, ook al lag hij bij de supporters onder vuur. Vuur dat Preud’homme in Lestienne niet leek te kunnen krijgen, ondanks diens actieve coaching.

Kwaliteit

Als de onderhandelingen in Qatar goed afliepen, valt hij nu definitief weg. Dat kan worden gecompenseerd met de doorbraak van de in Mechelen goed ingevallen Nikola Storm, die tactisch sneller de raadgevingen van de trainer oppikt en in die zin misschien iets makkelijker te coachen valt. Maar kan je van zo’n jongen, die van de week 20 wordt, wél regelmaat verwachten in een najaar waarin Club – als het morgen de horde Zürich zonder struikelen neemt – weer om de drie dagen moet presteren?

Naast kwaliteit levert Club met het vertrek van Odjidja, iets blessuregevoeliger, en vooral Lestienne ook regelmaat in. Regelmaat die Lior Refaelov niet heeft. Zaterdag op een lichte training voor de match alweer uitgevallen, pijn achteraan het been. Hij kan onder Preud’homme ook degelijke statistieken voorleggen (5 goals en 11 assists, tegenover de 7 en 13 van Lestienne), maar komt aan veel minder speelminuten. Veel blessuregevoeliger.

Menegazzo, 33, de vervanger van Odjidja? Het is vreemd, dat te horen uit de mond van de ploegleiding. Hooguit die van Simons, ja, als controlerende man. Tenzij hij fysiek de komende maanden grote stappen zet. Alle eieren nu in de korf van Hans Vanaken? Dat lijkt ook gevaarlijk. Wat doe je dan met Vázquez? De twee samen? De Limburger kan het spel sneller doen gaan, iets waar Club nood aan heeft, en staat fysiek sterk, maar tegen welke prijs dan? In Lokeren – waar Maes, nu hij is gebleven, ook wel sterk staat – zijn ze benieuwd.

Nieuwe Colombiaan?

Bovendien blijkt nu ook wel dat Club een bijkomende diepe spits nodig heeft. Castillo begon het seizoen goed, maar scoren uit iets anders dan een spelhervatting lukt ook hem moeilijk. Hij heeft af en toe nog ruzie met de bal. Nu de Let Valerijs Sabala (19) wat groen is, lijkt ook dat een werkpunt.

Maandagnamiddag bereikte ons vanuit Colombia het bericht dat Club bezig zou zijn met José Heriberto Izquierdo, de 22-jarige spits van Once Caldas. Rechtsvoetig, snel, krachtig en de ruimte zoekend, een nieuwe Carlos Bacca, afgaande op beelden die we van de man zagen. Wel van heel andere komaf, ouders die leraars waren, uit de betere Colombiaanse milieus. Voor drie miljoen euro zou Club aan tachtig procent van zijn economische rechten raken. Info, of een van de valse transfergeruchten, we zullen het eerstdaags zien. Ook op dat vlak is het een rare week.

Hoe dan ook, het wordt een moeilijke aanloop naar het duel tegen Anderlecht. Geen crisis zoals vorig jaar, wel moeilijk: eerst een Europees duel, zondag de eerste topper van het seizoen. En dan, na maandag, na 1 september, als de transfermarkt is gesloten, kan Club weer bouwen. Voor de zoveelste keer. ?

DOOR PETER T’KINT – BEELDEN BELGAIMAGE

Amper één goal die niet uit spelhervattingen valt, veel werkkracht, maar weinig genialiteit.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content