Morgen neemt Club Brugge het op tegen het Zwitserse Young Boys Bern in de eerste ronde van de UEFA Cup. De Paraguayaan Antolin Alcaraz lijkt na een moeilijk jaar zijn draai te vinden in de blauw-zwarte verdediging. ‘Ik heb al veel geleerd over mezelf.’

In de zomer van 2007 kwam verdediger Antolin Alcaraz transfervrij over van het Portugese Beira-Mar. Groot loopvermogen, goede voorzet, goed positiespel, sterk met het hoofd, niet vies van een stevige tackle en altijd zoekend naar een voetballende oplossing. Kortom, de algemene teneur was dat Club Brugge een gouden zaak gedaan had. Ondertussen zijn we een zomer verder en kan de Paraguayaan zich eindelijk beginnen te bewijzen.

Hoe evalueer je je eerste jaar bij Club Brugge?

Antolin Alcaraz: “( zucht) Ik wist dat het eerste jaar moeilijk zou worden. Vandaar dat ik heb geprobeerd om me zo snel mogelijk de mentaliteit en de manier van spelen hier eigen te maken. Maar dan kwam een spierblessure roet in het eten gooien. Elke keer als ik dacht dat ze weg was, dook de pijn weer op. Zo heb ik vier maanden gesukkeld tot er uiteindelijk geen andere uitweg was dan opereren. Dan heb ik drie maanden moeten revalideren, wat maakte dat ik pas op het einde van vorig seizoen echt terug op niveau was.”

Het was de eerste zware blessure uit je carrière. Is het toeval dat dat net hier in België gebeurt?

“Nee, ik geloof niet dat het toeval was. Het klimaat is hier anders, het voetbal is anders, de manier van trainen is anders, … Dat heeft allemaal zijn invloed gehad, niet alleen fysiek, maar ook op het mentale vlak. Maar goed, dat is nu gelukkig allemaal achter de rug.”

Wat zijn je ambities voor dit seizoen?

“Voor dit seizoen? Goh man, ik denk nu op korte termijn. Beter worden, trainen, en de coach overtuigen, dat is alles waar ik mee bezig ben. Stap voor stap. De toekomst is voor mij het heden, als je begrijpt wat ik bedoel.”

Snap ik, maar het heden is ook het verleden. Wat vond je van je wedstrijd tegen Tubeke?

“Moeilijk! ( lacht) Voor mij persoonlijk liep het niet zoals ik wou. Ik stapte daar kwaad van het terrein, kwaad op mezelf. Ik maakte fouten die ik in de toekomst niet meer zal maken ( Alcaraz bracht zichzelf in de problemen bij het uitverdedigen en lag daardoor aan de basis van de penalty en het doelpunt van Tubeke; Club won met 1-4, nvdr). Ik heb het er achteraf met de trainer over gehad. Hij zei me dat ik ook de positieve kanten van m’n wedstrijd moest zien, maar ik bleef toch vooral boos op mezelf.”

Het gebeurt wel meer dat je een fout maakt die je eigenlijk op dit niveau niet mag maken. Heb je daar een verklaring voor?

“Niemand is perfect. Iedereen maakt wel eens fouten. Je probeert daar lessen uit te trekken. Maar in het voetbal loopt het, net zoals in het leven, niet altijd zoals je wil. Het gaat met ups en downs. Tegen Tubeke was ik duidelijk niet ‘up’ ( lacht). Ik maakte een fout die de ploeg schade heeft berokkend, daar ben ik me volledig van bewust. Maar dat mag geen invloed hebben op het geloof in mijn capaciteiten. En dat heeft het ook niet bij mij.”

Wat doe je om beter te worden?

“Na elke wedstrijd doe ik een auto-evaluatie. Wat deed ik goed? Wat deed ik fout? Het goede probeer ik te bestendigen, het foute te verbeteren.”

Aanpassen

Als ik aan je moeder zou vragen hoe je was tijdens je jeugd, wat zou ze dan zeggen?

“Tegendraads. Rebels. Onrustig. Maar dat allemaal in de goede zin. Zoals elke jongere tastte ik mijn grenzen af. Als ik ergens op een bepaald uur moest zijn, gebeurde het wel eens dat ik wat later was. Zulke dingen. Maar in het algemeen zal je mijn moeder niks dan goeds over mij horen vertellen ( lacht).”

Ben je nog altijd rebels?

“Ja en nee. Als je volwassen wordt, moet je meer en meer rekening houden met de maatschappij, maar je blijft natuurlijk voor een groot stuk de persoon die je al was toen je jong was. Het kind in je levend houden is gezond, denk ik.”

Op je zestiende ging je in Argentinië bij Racing Club de Avellaneda voetballen en op je negentiende verhuisde je naar Europa (Fiorentina). Wat was de moeilijkste stap?

“De eerste. Het was de eerste keer dat ik zo ver van mijn familie zat. De eerste keer ook dat ik Paraguay verliet. Het heeft me veel moeite gekost om aan die nieuwe situatie te wennen. De tweede stap – naar Europa komen – kostte me minder moeite, maar je zit natuurlijk wel nog veel verder van je familie.”

Wat heb je geleerd door naar Europa te komen?

“Ik heb hier al veel geleerd over mezelf. Je komt hier niet alleen je job uitvoeren, maar je maakt ook onderdeel uit van het dagelijkse leven. En daar komen zowel goede als slechte ervaringen bij kijken. Maar ik denk dat je van elke ervaring – goed of slecht – iets kan leren.

“Het is ook een kwestie van je aanpassen. Voor mij viel de overgang naar België nog mee, omdat ik al in Argentinië, Italië en Portugal gevoetbald heb, maar voor bijvoorbeeld iemand als Ronald Vargas, die alleen Venezuela gewend is, is de aanpassing enorm. Daarom is het belangrijk dat er hier bij Club Brugge mensen rondlopen als Daniel Chavez, Ivan Leko en ikzelf. Wij spreken zijn taal en kunnen hem opvangen of helpen als hij iets nodig heeft.

“Toen ik hier vorig jaar belandde, heb ik ook heel veel gehad aan Daniel en Ivan. Zo heeft Daniel me in contact gebracht met een Spanjaard, die in het centrum van Brugge een restaurant heeft. En via hem heb ik andere mensen leren kennen. Mensen die me de stad hebben laten zien. Zo ging de bal aan het rollen.”

Vorig jaar was niet je makkelijkste jaar. Je had wat aanpassingsproblemen en dan kwam er die vervelende spierblessure bij. Voel je je nu al een beetje thuis in België?

“Ja hoor. Laat ons zeggen dat ik hier nu mijn plan kan trekken.”

Hoe ging je vrouw om met je moeilijke jaar?

“Goh. Als ik me slecht voel, voelt mijn vrouw zich ook niet goed. Voor haar was de hele situatie nog lastiger dan voor mij, omdat ze eigenlijk niks om handen had, terwijl ik bezig was op de club. Maar nu gaat het ook beter met haar. Ze begint het Nederlands wat te begrijpen en zelf wat Engels te spreken. Gelukkig spreekt iedereen hier heel goed Engels.”

Hoe zit het met jouw Nederlands?

“Ik ken vooral de woordjes die op training gebruikt worden, zoals ‘snel’, ‘passen’ ( denkt na maar er schieten hem geen andere woorden te binnen,lacht). Onder elkaar spreken we natuurlijk vooral Engels, maar ik vind het toch belangrijk om de lokale taal te leren, want niet iedereen beheerst het Engels.

“Lessen Nederlands volg ik nog niet, nee. Het was voor mij in eerste instantie belangrijk Engels te leren, omdat ik tot vorig jaar alleen maar Spaans sprak.”

Guaraní

Je spreekt Spaans met een Argentijns accent. Dat je drie jaar in Argentinië gevoetbald hebt en met een Argentijnse getrouwd bent, zal daar niet vreemd aan zijn. Wat is voor jou het verschil tussen een Paraguayaan en een Argentijn?

“Het voetbal ( lacht)! Het niveau van het voetbal in Argentinië ligt een pak hoger dan in Paraguay. In heel Zuid-Amerika is voetbal trouwens de maat van alle dingen. Voetbal beheerst er het leven. Je kan over gelijk wat beginnen te praten, maar altijd zal het gesprek uitdraaien op … voetbal.

“Paraguayanen zijn altijd nogal gesloten geweest, maar de laatste jaren zijn we op dat vlak wel geëvolueerd. Onze cultuur en tradities zijn wel erg belangrijk voor ons. De Paraguayanen stammen af van de guaraní ( indianenvolk dat vooral in Paraguay, het noordoosten van Argentinië en het zuidwesten van Brazilië leefde, nvdr). Op school zijn wij zelfs verplicht om het guaraní ( indianentaal, nvdr) te leren. In Zuid-Amerika is Paraguay bij mijn weten het enige land dat die link met het verleden, met de indianencultuur van onze voorvaderen, onderhoudt. De eerste taal in Paraguay is uiteraard Spaans, maar door het verplicht aanleren van guaraní op school worden we constant herinnerd aan onze roots. Met mijn familie spreek ik ook guaraní. Als ik nu bijvoorbeeld met hen chat, gebeurt dat gedeeltelijk in het Spaans en gedeeltelijk in het guaraní. Ik vind het ook belangrijk dat je je roots niet vergeet. Je kan in andere landen heel wat leren en groeien als persoon, maar die groei is alleen maar mogelijk op een stevige basis. En die basis vind je in je eigen cultuur, je eigen tradities.

“Dat is hetzelfde in België. Als jij als Vlaming in Wallonië gaat wonen, dan ga je op een gegeven moment – hoe goed je ook Frans geleerd hebt, spreekt en schrijft – het Nederlands missen. Omdat dat jouw taal is en het deel uitmaakt van jouw identiteit.”

Daar heb je een punt. Wat kan een Belg volgens jou leren van een Paraguayaan?

“( denkt na) Ik denk niet in termen van nationaliteiten, maar van mensen. Je kan van veel mensen iets leren, of het nu Belgen, Argentijnen, Bolivianen of Paraguayanen zijn. Je moet gewoon openstaan voor alles wat er op je afkomt.

“Maar als iemand gelukkig is door zich af te sluiten en het isolement op te zoeken, dan is dat wat mij betreft ook oké. Het belangrijkste is dat iemand zich goed in zijn vel voelt.”

Instelling

Club speelt nu met verplaatsingen naar Young Boys Bern, Genk en Mechelen drie uitwedstrijden op een week. Hoe kijk je daar tegenaan?

“Dat wordt fysiek heel zwaar, maar we hebben ons daar de afgelopen maanden op voorbereid. Het wordt een belangrijke week, maar dat zijn de andere weken ook, hoor.”

Vorig jaar ging Club er in de UEFA Cup uit tegen het niet onoverkomelijke Brann Bergen. Waarom zal het dit jaar anders zijn tegen Young Boys Bern?

“( diplomatisch) Er zijn een paar goede spelers bijgekomen, maar dat betekent ook dat je als ploeg opnieuw moet beginnen. Dat heeft zijn tijd nodig. De voorbereiding was toch niet ideaal: er waren spelers met interlandverplichtingen, spelers met blessures, … Maar langs de andere kant hebben de nieuwe spelers zich wel goed geïntegreerd, vind ik. Iemand als Vargas bijvoorbeeld, die zich zowel aan een ander land als aan ander voetbal moet aanpassen, doet het heel behoorlijk.

“Samengevat: als de ploeg helemaal op punt staat, kunnen we veel bereiken. We hebben een goede, jonge ploeg.”

Een betere ploeg dan vorig jaar?

“Ik vergelijk niet met vorig jaar. Vorig jaar hadden we óók een goede ploeg. We moeten alleen naar het heden kijken. Het doel van deze ploeg is: een rol spelen in de titelstrijd én in de UEFA Cup. Een grote club als Club Brugge – met zijn verleden – móét een rol spelen in Europa.”

Young Boys Bern is een haalbare kaart.

“Er zijn geen gemakkelijke ploegen meer. Voetbal is een spelletje waarin elf spelers het opnemen tegen elf andere spelers, en na 90 minuten winnen de beste elf. Alles is mogelijk in voetbal. Dat is juist het mooie van de sport.”

In het Stade de Suisse van Young Boys Bern wordt op kunstgras gespeeld. Heb je daar ervaring mee?

“( verbaasd) Ah, spelen zij op kunstgras? Dat is nieuw voor mij.

“Nu ja, in feite maakt dat niks uit. Als prof moet je je daaraan kunnen aanpassen. Op een veld dat doordrenkt is van de regen, is het ook anders voetballen. De omstandigheden zijn altijd aan verandering onderhevig, maar één ding mag nooit veranderen: je instelling als prof. Dat is veel belangrijker dan de ondergrond. Je instelling en je wil om te winnen.”

Droom

Wat wil je bereiken met je carrière? Waar liggen je grenzen?

“Ik leg mezelf geen grenzen op. Maar op dit moment zit ik in Brugge en denk ik niet aan andere clubs of andere landen.”

Denk je ook nooit aan de nationale ploeg? Paraguay doet het op dit moment erg goed en staat zelfs aan de leiding van de WK-poule van Zuid-Amerika, vóór landen als Argentinië en Brazilië.

“Dat maakt me wel trots, hoor. Het voetbal in Paraguay gaat erop vooruit en dat helpt de Paraguayaanse voetballers ook om elders aan de bak te komen.

“Ik weet niet of de Paraguayaanse bondscoach me volgt. Zo moeilijk kan het niet zijn om alle Paraguayanen in Europa in het vizier te houden, want het zijn er echt niet zo veel. Maar op dit moment interesseert me dat niet.

“Dat neemt niet weg dat ik er wel graag eens bij zou zijn op een wereldkampioenschap. Dat is uiteindelijk toch de droom van elke voetballer …”

door steve van herpe

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content