Impressies vanop de Confederations Cup in Brazilië. Van de kapper van Pelé over ‘pacificaties’ tot Christus de Verlosser.
Zondag 23 juni
São Paulo is een eindeloze stad, de grootste van het zuidelijk halfrond en op zeven na de grootste van de wereld. Hier wonen 22 miljoen mensen. Als je door São Paulo rijdt, lijkt er geen einde aan te komen. Links, rechts, boven, onder, overal beton.
Sampa, zoals São Paulo hier doorgaans wordt genoemd, is het economische hart van Brazilië. Desondanks is het Estadio Itaquerao van Corinthians in een strijd met de klok gewikkeld om tijdig klaar te zijn voor het WK, omdat de financiële garanties ontbraken om met de bouw te beginnen.
Maandag 24 juni
Het Braziliaanse voetbal begint voor ons Europeanen met Pelé en FC Santos. Santos ligt zuidwaarts van São Paulo en aan zee. Zo’n tachtig kilometer van São Paulo, dwars door de Serra do Mar.
Een bezoek aan het Centro de Treinamento Rei Pelé, het trainingscentrum van FC Santos, is letterlijk een wandeling door de voetbalgeschiedenis. Achthonderd meter vol muurschilderingen met de grote momenten en de grote namen van deze roemrijke club. Van Pelé (zijn eerste contract, zijn duizendste goal, een bicicleta of omhaal) tot Neymar.
Het Estadio Vila Belmiro, de thuishaven van FC Santos, oogt niet echt indrukwekkend met zijn 21.000 plaatsen. Schuin over de hoofdingang bevindt zich de kapperszaak van Didi. Alle muren hangen vol met memorabilia van Pelé. “Hij was pas vijftien toen hij voor het eerst bij mij kwam om zijn haar te laten knippen”, aldus een fiere Didi. “Neymar is een uitstekende voetballer, maar er is maar één Pelé en er zal altijd maar één Pelé zijn.”
Dinsdag 25 juni
Het regent oude wijven in São Paulo. De stad staat helemaal stil. Er zou een nieuw record gevestigd zijn: 400 kilometer file. In één stad!
Ik breng een bezoek aan het trainingscentrum van Corinthians, in de buurt van de luchthaven Guarulhos. Marc Wilmots zou volgend jaar hier zijn Rode Duivels willen klaarstomen voor de wereldbeker.
Het moet een van de fraaiste en modernste oefencentra in de wereld zijn. Een eigen hotel met 32 kamers, een indrukwekkende gym, een lab voor biomechanica, een kerk en een perscentrum om u tegen te zeggen. En vier schitterende oefenvelden, omringd door gigantische plassen en versierd met prachtige muurschilderingen van onder andere Socrates en Ronaldo, die tegen Palmeiras zijn eerste goal voor Corinthians maakt.
Woensdag 26 juni
Het regent nog altijd in São Paulo, maar gelukkig wacht in Rio de Janeiro weer de zon. De Cidade Maravilhosa heeft echter andere problemen. Gisteren zijn er negen doden gevallen bij de ‘pacificatie’ van de Complexo da Maré, een van de beruchtste favela’s van de stad. Brazilië begon in 2008, in het vooruitzicht van het WK en de Olympische Spelen, aan het pacificeren of schoonvegen van de favela’s die in handen waren van de drugsbaronnen. Zolang er een markt is voor drugs zijn de dealers echter niet klein te krijgen. Het is vechten tegen de bierkaai.
Donderdag 27 juni
De favela’s zijn alomtegenwoordig in Rio. Ze zijn vervlochten met de stad. In tegenstelling tot Zuid-Afrika, waar de townships ver van het centrum liggen. Het is een van de redenen waarom de Braziliaanse steden zo onveilig zijn. De huisjes zijn wel van steen en niet van blik, zoals in de Regenboognatie.
Taxichauffeur Paulinho, die me vorige week naar het graf van Garrincha bracht, heeft beloofd me vandaag mee te nemen naar Rocinha. Deze favela in het zuiden van de stad is gepacificeerd. “Mijn tante woont er en ik ken er heel wat mensen”, verzekert Paulinho. “Met mij kan er je niks gebeuren.”
Dit is Napels maal honderd. De smalle straat slingert zich de hoogte in en wordt beheerst door motorrijders die als taxi fungeren. Er liggen metershoge bergen afval en wat vooral opvalt, zijn de ontelbare kabels die boven de straat hangen. Iedereen tapt ergens zijn elektriciteit af.
Chaos troef, maar Paulinho is hier thuis. De taxi gaat aan de kant en we lopen door steegjes die minder dan een meter breed zijn. Tante Esther laat trots haar piepkleine huisje zien. Eet- en leefkamer, samen een ruimte van minder dan zes vierkante meter. Het bezoek komt niet onverwacht en Esther heeft minibananenpizza’s klaargemaakt. Ze ziet de toekomst hoopvol tegemoet. Volgend jaar komt er een Teleférico, zoals in de favela Complexo do Alemão, zodat de bewoners met de kabelbaan op een kwartier in plaats van een uur bij de winkels en de scholen zouden geraken.
Vrijdag 28 juni
Meer dan dertig miljoen Brazilianen zijn de voorbije jaren tot de middenklasse kunnen toetreden, maar de kloof tussen rijk en arm blijft gigantisch. Een vijfde van de Carioca’s – de bevolking van Rio – leeft in een favela. De rijken huizen aan de stranden van Copacabana, Ipanema en Leblon.
Copacabana is wellicht het bekendste strand ter wereld. Een enorme bocht van vier kilometer en bezaaid met tientallen terrasjes. Langs de Avenida Atlântica, een vierbaansweg die de hotels en restaurants van het strand scheidt, defileert een oneindige stoet joggers, fietsers en skateboarders, allemaal getooid met een koptelefoon en vaak met een hartslagmeter. De gekste figuren en outfits maken hun opwachting.
Het strand is bezaaid met voetbaldoelen. Hier worden echte kampioenschappen georganiseerd. Tot diep in de nacht wordt er gescoord. Door de obers, die tot twee uur ’s morgens caipirinha’s hebben geschonken.
Zaterdag 29 juni
Het is 29 graden, de warmste dag van de week in Rio. Tijd voor wat sightseeing. Hét symbool van Rio is de Cristo Redentor, Christus de Verlosser. Al sinds 1884 brengt een tandradtreintje met twee rode wagons om de twintig minuten een groep toeristen naar boven. Het treintje kruipt hijgend en puffend door het bos de Corcovado (de berg met de bult) op, naar een hoogte van zo’n 700 meter. Af en toe is het uitzicht duizelingwekkend. Na het eindstation volgen nog 215 treden om bij het dertig meter hoge beeld te komen van Christus, die met open armen naar de stad onder hem kijkt. Daar beneden ligt Maracanã, waar over een jaar en tien dagen de finale van het WK wordt gespeeld. De droom van voetbalminnend België.
Zondag 30 juni
De manifestanten hebben om tien uur afgesproken op het Praça Saens Pena in de wijk Tijuca en willen van daar naar Maracanã opstappen. Om twaalf uur zijn de straten rond de voetbaltempel echter al afgesloten en is er een gigantische politiemacht op de been. Slechts een paar schaarse betogers zijn tot vlak bij het stadion geraakt. Aan de persingang houden ze een spandoek op, waarbij ze aanklagen dat het geld voor de verbouwing van Maracanã beter naar de gezondheidszorg zou gaan.
In een flatgebouw recht tegenover het stadion blijkt de verdeeldheid van het Braziliaanse volk. Er hangen vlaggen als steun voor de Seleção, maar ook een doek met de boodschap ‘Fuck the Cup’. ?
DOOR FRANÇOIS COLIN IN BRAZILIË – BEELDEN: FRANÇOIS COLIN
Een vijfde van de bevolking van Rio leeft in een favela.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier