Babyface of niet, James Rodríguez was de absolute revelatie van het voorbije WK. Het leverde hem een transfer naar Real Madrid op. Waar is het wonderkind gerijpt? We zochten het antwoord in Colombia.

We schrijven 21 mei 2006. Iets meer dan acht jaar geleden. In de buitenwijken van Medellín bevindt zich het Estadio Polideportivo Sur. Een troosteloos stadion dat plaats biedt aan 14.000 man, maar zo veel zijn er die dag niet komen opdagen voor een typische eindeseizoenswedstrijd in de Colombiaanse competitie. Thuisploeg Envigado FC ontvangt Cúcuta Deportivo, een klein ploegje uit het Colombiaanse voetbal. Op de bank bij Cúcuta Deportivo zit een man die nog niet zo lang geleden zijn fifteen minutes of fame kende: Jorge Luis Pinto, de explosieve bondscoach van WK-verrassing Costa Rica.

In de loop van de wedstrijd zal een andere sensatie van het WK 2014 zijn opwachting maken. In de 64e minuut valt namelijk ene James Rodríguez in. En neen, we hebben ons niet van datum vergist, we zeggen en schrijven wel degelijk 2006, ook al is Rodríguez op dat moment amper veertien. “Iemand van die leeftijd zomaar voor de leeuwen gooien, was niet evident”, herinnert de toenmalige coach van Envigado, HugoCastaño, zich. “Het was vooral niet makkelijk omdat de teams van Jorge Luis Pinto steevast zeer agressief voetbal op de mat legden. Toch leek het van bij zijn eerste balcontacten al alsof James al jaren op dat niveau meedraaide. Iedereen wist dat we het debuut van een topper in wording meemaakten…” De verlegen jongeman die met trillende stem zijn eerste televisie-interviews gaf, toonde zich op een voetbalveld allesbehalve timide. Prof op z’n veertiende, basisspeler op z’n vijftiende, Argentijns landskampioen op z’n achttiende en op z’n 22e de ster van het WK.

Niet opvallend, wel efficiënt

Volgens Hugo Castaño was er wel degelijk een goeie reden voor de vroegrijpheid van James Rodríguez. “Zijn moeder en stiefvader droomden al lang van een profcarrière voor James en stelden dan ook alles in het werk om hem te laten slagen.” Toch zadelden zijn ouders hem niet met de typische druk op dat hij later de voltallige familie zou moeten onderhouden met zijn voetbaltalent. Integendeel, ze toonden zich geduldige mentoren die zich bewust waren van James’ potentieel en van de zaken die nodig waren om dat te ontwikkelen. Het hielp wel dat mama Pilar Rubio en stiefvader Juan Carlos Restrepo James niet nodig hadden om de financiën op te krikken. Pilar werkte immers in de marketing en haar tweede man was ingenieur.

Toen James op jonge leeftijd grof wild werd op de Colombiaanse transfermarkt kozen zijn ouders dan ook niet zomaar voor de hoogste bieder. Ze opteerden voor Envigado FC, een kleine club waar de jonge linkspoot volop zijn kans zou krijgen. Envigado werd pas in 1989 opgericht en speelde zijn thuiswedstrijden voor amper 2000 man, maar stond al snel bekend als ideale opleidingsclub voor jonge talenten. De kleine club uit de buitenwijken van Medellín werd dan ook al snel la Cantera de Heroes (het opleidingscentrum van helden) genoemd. Ook Intermiddenvelder Fredy Guarín en John Córdoba, de spits die Standard zo graag wilde inlijven, kregen hun opleiding bij Envigado FC. De meest recente held uit de Cantera deHeroes heet Juan Fernando Quintero, die uiteraard ook meteen de nieuwe James Rodríguez genoemd wordt. Het mag dan ook niet verbazen dat FC Porto Quintero inlijfde toen James Rodríguez in 2013 naar Monaco vertrok.

James kwam bij Envigado in januari 2004, nadat hij tijdens het Pony Futbol, het meest gerenommeerde U13-toernooi in Colombia, tot beste speler werd uitgeroepen. Zelfs in het ‘opleidingscentrum van helden’ schoot James als een komeet omhoog. Mede dankzij zijn talent, maar zeker ook dankzij de begeleiding en verstandige beslissingen van zijn moeder en stiefvader – die James overigens gewoon papa noemde. Castaño herinnert het zich maar al te goed: “Ik of een van mijn collega-coaches nam James elke namiddag even apart, op vraag van zijn ouders die wilden dat hij extra oefende op zijn schot en zijn fysiek. Hij werd zelfs psychologisch begeleid.” En stiefvader Juan Carlos Restrepo gaf onlangs in het Colombiaanse magazine Cromos te kennen dat hij zich zelfs met het voedingspatroon van de jonge James bezighield, in de hoop er zo voor te kunnen zorgen dat James, voorbestemd om klein te blijven, toch nog wat extra zou groeien.

Al die inspanningen leverden ook iets op. Daar waar een eerste seizoen bij de profs doorgaans gekenmerkt wordt door een paar korte invalbeurten was James meteen klaar voor het grote werk. “Iedereen stond erop dat we hem speelgelegenheid gaven”, geeft een van zijn voormalige coaches, Hernán Londoño Sierra, aan. “Hij was toen al sterk op zowel mentaal als fysiek vlak. Hij is na dat seizoen in ieder geval niet meer teruggekeerd naar het opleidingscentrum.”

Zodra Envigado in de tweede klasse uitkomt, verovert James een basisplaats en legt hij meteen zijn onnavolgbare speelstijl op die hij ook op het WK ten berde bracht. Hij toont zich een spelverdeler met vista, beschikt over de nodige dribbelvaardigheid en heeft het talent om zijn zware linker steeds weer in stelling te brengen. “James is niet de meest opvallende speler”, weet Hernan Londoño Sierra. “Hij is zelfs niet de technisch meest volmaakte speler, maar hij is wel de meest efficiënte.”

“Aanvankelijk was hij verlegen in interviews”, herinnert Castaño zich. “Maar op het terrein wilde hij zich alleen maar bewijzen door het verschil te maken. Ik heb altijd versteld gestaan van zijn overtuiging.”

Talent gekoppeld aan werkkracht

De invloed van mama Pilar en stiefvader Juan Carlos heeft hem enorm geholpen, maar zijn goeie voeten heeft hij ontegensprekelijk van zijn biologische vader geërfd. Wilson James Rodríguez Bedoya was ooit een groot talent van het Colombiaanse voetbal. Hugo Castaño trainde zowel vader als zoon Rodríguez en is dan ook beter geplaatst dan wie ook om hen te vergelijken. “James heeft duidelijk het voetbaltalent van zijn vader geërfd”, begint Castaño. “Als je hem op een bal ziet trappen, kun je niet ontkennen dat hij de zoon van zijn vader is – ook al was die laatste dan vooral een dribbelkont.” Na zijn glansprestatie in het team van onder meer spektakeldoelman René Higuita op het WK U20 in 1985, lag er een grote toekomst voor Wilson in het verschiet. Hij had uiteindelijk een verdienstelijke carrière, maar kon de verwachtingen toch niet helemaal inlossen. Hoe dat kwam? “Hij had de mentale kracht van James niet. Hij was te vaak met andere zaken bezig”, meent Castaño. Te veel feestjes, te veel vrouwen, te weinig discipline. Ofwel het tegenovergestelde van James Rodríguez die al op zijn negentiende met volleybalspeelster Daniela Ospina – zus van DavidOspina, doelman van Colombia en Arsenal -trouwde. Zijn enige minpuntje is zijn PlayStationverslaving.

James loopt over van het talent en werkt als een beest. Het dient dan ook niet te verbazen dat hij het niveau van Envigado snel ontgroeit. Destijds verdiende de huidige miljonair duizend euro per maand, premies inbegrepen. Op zijn zestiende trekt hij naar Argentinië. Zijn manager, een kennis van Castaño, versiert een contract voor hem bij Banfield, een club uit de buitenwijken van Buenos Aires, door hen een compilatievideo van James te laten zien. James zal zijn opleiding voltooien in het land van Diego Maradona. Al is het daar voor de jonge James die voor het eerst van huis is vooral een heel harde tijd. Hij verwacht dat hij meteen bij de A-kern zal mogen trainen, maar moet bijna zijn volledige eerste jaar in het opleidingscentrum doorbrengen. En dus trekken zijn moeder en stiefvader naar Argentinië om James te steunen.

In februari 2009 komt de verlossing. Het is dan dat hij voor de leeuwen wordt gegooid door Jorge Burruchaga, de man van het winnende doelpunt voor Argentinië in de WK-finale van 1986. Met zijn zeventien jaar en zeven maanden is hij de jongste buitenlander ooit die zijn debuut maakt in de Argentijnse competitie. Twintig dagen erna volgt zijn eerste doelpunt, meteen een nieuw record. Tegen Rosario Central pegelt hij de bal vanop een meter of twintig in de winkelhaak. “Toen we zagen dat hij aan de A-kern werd toegevoegd, waren we in eerste instantie verrast”, herinnert Banfieldverdediger Julio Barraza zich. “James was superjong en in tegenstelling tot enkele andere jongens uit de opleiding die al wel eens hadden meegetraind, kenden we hem niet zo goed. Maar we zagen meteen dat hij over een geweldige fysiek beschikte en ook de rest van zijn potentieel was onmiskenbaar: een krachtig schot, uitzonderlijke technische kwaliteiten en enorm veel goesting om te voetballen.”

Het duurde dan ook niet lang of de tot dan toe anonieme Rodríguez groeide uit tot de referentie van de Taladro. In het toernooi dat volgt op zijn debuutwedstrijd toont de jonge spelverdeler zich meteen een onbetwiste basisspeler in het team van nieuwe coach Julio César Falcioni. Meer nog, hij zal zijn steentje bijdragen aan de eerste landstitel (het Torneo Apertura in 2009) in de geschiedenis van de club uit de buitenwijken van Buenos Aires. “Hij was de jonkie van het team, maar legde zijn speelstijl vrijwel meteen op en leidde zijn medespelers naar de titel”, herinnert Barraza zich. “Om dat op je zeventiende te kunnen in een sterke competitie als de Argentijnse moet je heel goed zijn.”

Verplicht verdedigen

Opmerkelijk is dat James een hekel aan aanpassingsperiodes lijkt te hebben en ze dan ook simpelweg overslaat. Elke nieuwe stap in zijn carrière neemt hij sneller dan eenieder verwachtte. In zijn eerste volledige seizoen met Banfield scoort hij vier keer in negentien wedstrijden en vormt hij een dodelijk duo met zijn landgenoot Giovanni Moreno, wiens carrière een heel andere richting is uitgegaan. In de Copa Libertadores van 2010 doet de Colombiaanse spelmaker de netten vijf keer in acht wedstrijden trillen. Het spreekt voor zich dat iedereen bij Banfield vol lof is over James’ voetballende kwaliteiten, maar ook zijn houding verdient hulde. “James is uitzonderlijk”, verzekert Barraza ons. “Hij is niet alleen een geweldige voetballer, hij is ook nog eens een bescheiden jongen die hard werkt en in alle stilte steevast als eerste op de club verschijnt om vervolgens als laatste weer te vertrekken. Hij spendeerde flink wat uurtjes in de fitness. Tegenwoordig is het heel moeilijk om in Argentinië nog bescheiden, hard werkende jongens te vinden.”

De primus van de klas zou al snel geconfronteerd worden met een nieuwe positie, die van linksmidden. Een ideetje van coach Falcioni om James, voor z’n eigen bestwil, te verplichten om meer verdedigend werk op te knappen. Nadat hij de harde Argentijnse competitie en de Copa Libertadores verbijsterde met zijn talent, was het voor James zaak om nog sterker te worden. Het zou z’n toekomst in Europa er alleen maar makkelijker op maken. “Die periode in Argentinië was van kapitaal belang voor zijn ontwikkeling”, vindt Castaño.

“Ik stond vaak genoeg tegen hem op training”, vertelt Barraza. “Ik was een harde, al wat oudere verdediger die wilde tonen dat hij flink wat respect verdiende, maar James was bepaald niet onder de indruk, laat staan dat hij bang was. Hij had al snel door wat mijn zwakke punten waren en heeft me dat meermaals pijnlijk duidelijk gemaakt.” (lacht) James Rodríguez is op z’n achttiende al een complete voetballer en trekt in de zomer van 2010 naar FC Porto. Vier jaar na zijn debuut bij Envigado FC. Vier jaar vooraleer hij het WK in Brazilië naar een hoger niveau zal tillen met zijn spelinzicht en weergaloze doelpunten. En plots lijken de mistroostige tribunes uit Medellín wel heel ver weg voor de nieuwbakken Galáctico… ?

DOOR THOMAS GOUBIN IN COLOMBIA – BEELDEN BELGAIMAGE

” Hij is niet de technisch meest volmaakte speler, maar wel de meest efficiënte.” ex-coach Hernan Londoño Sierra

” Hij was de jonkie van het team, maar legde zijn speelstijl vrijwel meteen op.” ex-ploegmaat Julio Barraza

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content